i I -14- Ik meende me te herinneren dat de abri aan de Tholenseweg dat die meteen kon, in elk geval vrij snel, en ik heb net inderdaad de Halsterseweg er ook bij genoemd. Ik denk dat U gelijk heeft. Toen hebben we afgesproken dat die opstappers eerst geteld zouden worden en dat we daar op terug zouden komen. Ik denk dat het terecht is dat U me daar op wijst. En dat we ook van onze kant even goed uit moeten zoeken hoe dat met die tellingen zit. Hoever we staan en wat we daar voor gevolgtrekkingen aan kunnen verbinden en dan zullen we daar in de kommissie op terugkomen Het lid Roosenboom; Bij interruptie, ik vind niet dat U zich al leen moet laten leiden door de B.B.A., want ook die abri's worden gebruikt door partikulieren die met, ik noem maar een voorbeeld, de kinderen die met de Koek naar Bergen op Zoom rijden, die maken daar ook gebruik van. De voorzitter: Dat komt vanzelf. Dan De Beeklaan. Ik heb in conve nant er naar gekeken. Ook in relatie uiteraard met de omleiding Halsteren-Bergen op Zoom zoals die nu in het bestemmingsplan staat. Maar opmerkingen over de Beeklaan in de convenant zelf heb ik niet kunnen ontdekken. Ik denk dus niet dat die er in staan. Het probleem zoals de heer van de Watering dat schetst, hij praat uit een meer dan zeventig jarige ervaring en weet dat hier als geen ander. Ik denk dat hij daar dan ook helemaal gelijk in heeft. Het punt is al leen, dat je dat argument ook precies kunt omkeren, namelijk er is inmiddels al zoveel verloren gegaan en niet alleen in Halsteren, maar dat geldt uiteraard voor heel Noord-Brabant en eigenlijk voor heel Nederland dat we datgene wat we nu nog over hebben dat we daar extra zuinig op zijn. Voor de mensen die er altijd gewoond en ge werkt hebben, weleens wat overdreven zuinig. Als ik een ander voor beeld mag geven: de Oosterschelde dat is een natuurmonument van de eerste orde mede dank zij de mensen die er al eeuwen omheen wonen. Een van. de eerste dingen die dreigde te gebeuren is dat die zelfde mensen er überhaupt niet meer in mogen komen. Dat gaat na tuurlijk veel te ver, maar het geeft tevens aan dat het met het beleid op dat punt, dus het behoud van hetgeen we nog hebben op landelijk zowel als op prvinciaal niveau, gewoon echt ernst is. En op zichzelf in zijn algemeenheid sta ik daar ook wel achter. En kan ik me ook goed aansluiten bij wat de heer Roosenboom daarover zegt. Die inderdaad mooie en unieke plekken waarvan wij er gelukkig toch nog verhoudingsgewijs nogal wat hebben, die werken remmend als je eens wat wil. En of dat nu de bouw van woningen is of de aanleg van een weg, dat werkt remmend, maar het woord remmend geeft het al aan. Het is niet een absoluut opstakel. Als wij op een gegeven moment in staat zijn om voldoende verkeerstechnische gegevens op tafel te leggen waaruit blijkt dat de Dorpsstraat op geen enkele wijze meer op een verantwoorde manier het verkeer af kan wikkelen, dan kom je in een ander beeld te staan. Het eerste deelonderzoek daarvan is dan inmiddels geweest. En daar komen aantallen uit maar ook niet zo van dien aard dat je zegt, van jonge, wat gebeurt daar, daar moet nodig een weg door een heel gevoelig stukje landschap gelegd worden. Dat is natuurlijk gewoon het probleem dat we daarmee hebben. En ik denk gewoon dat we dan alert moeten blijven. Goed op de ontwikkelingen hier in de Dorpsstraat met name, want dat is dan toch de belang rijkste vervangende ader, om het zo maar te zeggen, moeten blijven letten.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1989 | | pagina 60