-24-
Dat is het meest domme wat we zouden kunnen doen als raad. Ik denk
dat we nu het hoofd toch maar koel moeten houden en dan maar
afwachten waar dat ons toe leidt. Want nu een strategie bedenken die
de indruk wekt welke kant er al is misgegaan zou kunnen zijn, dat
zal de gemeenschap,-en daar zitten wij voor-, nog meer kunnen gaan
kosten. Dus met Uw toezegging om de zaak verder af te wikkelen, zo
gauw mogelijk, zijn wij tevreden. Laten we nu maar geduldig, degene-
nen die erbij betrokken zijn ook, zo snel mogelijk hier klaarheid m
kxi i 26T1
De voorzitter: Met name de heer Mouws heeft wat dat betreftaan-
sluitend, de heer van Elzakker refereert er ook aan, gevraagd hoe
zit het dan met claims en zo. Ik heb met opzet net die brief nog
even geciteerd, waar gewoon instaat: "Bij voorbaat staat dan ook
niet vast of het resultaat voor U positief zal .zijn." En ten aanzien
van de hinderwet wordt een voorbehoud gemaakt en wordt gezegd dat
het opleggen van beperkingen ten aanzien van het milieu-aspekt tot
de mogelijkheden behoort. Ik ben van mening dat wij op zichzelf, de
gemeente heeft deze zaak gedoogd, maar van meet af aan ook te kennen
gegeven dat ze niet kon garanderen dat het allemaal goed afliep,
heb de stellige overtuiging dat wij op dat punt onszelf na-ets te
verwijten hebben of het risiko lopen dat op ons zaken verhaald zou
den kunnen worden, mits wij maar inderdaad onze toezegging ook ge
stand doen. En dat betekent dus dat wij via de best mogelijke weg
moeten proberen het juridische verhaal rond te breien. Vandaar dat f
ik ook de motie zou willen afraden, omdat die eventueel toch dwin
gend oplegt dat binnen twee maanden tijd een bepaalde procedure moet
zijn afgewikkeld. En dat zou weieens niet de beste procedure kunnen
zijn. Het kan op een gegeven moment zijn dat de provincie zegt, als
U een postzegelplannetje stuurt, gaat U Uw gang maar. Het wordt afge
wezen. Als wij zoiets zouden doen, dan komt er natuurlijk een ander
verhaal op tafel. Dan zeggen ze, ja maar gemeente U hebt Uw best
niet gedaan en daar willen wij weieens even een gesprek over voeren.
Ik zou met klem willen verzoeken dat U ons in de gelegenheid stelt
de snelst mogelijke procedure te volgen, maar ook de goede proce
dure. Dat wil zeggen de procedure waarvan we met z n allen kunnen
zeggen van, dat had het kollege of de raad uiteindelijk m redelijk
heid niet beter kunnen doen. Dat we er geen knoeiwerk van maken, dat
we het niet afraffelen, een zijstraatje kiezen. Maar ja dan zijn we
er wel vlug. Dan komt er wel een afwijzing, maar goed dat zien we
dan weer wel. Dat moeten we niet doen. Vandaar dat ik blij ben met
de brede steun die U uitspreekt om nog eens te kijken bij de provin
cie van is er een mogelijkheid om het te versnellen. Zo niet dan
moeten we gewoon de ingeslagen weg zo gedegen mogelijk afwikkelen en
gewoon iedereen die erbij betrokken is zijn uiterste best doen om
inderdaad die weg vlot te laten verlopen. Dat laatste daar hoeven we
niet aan te twijfelen. Hier voor ons ligt in mijn ogen een scherp
schema en dat komt ook nog in de kommissie Ruimtelijke Ordening aan
de orde. Dus dan kunt U dat zelf ook nog eens even precies nazien.
En ik denk ook dat wanneer we dat zo doen, aan de ene kant de moge
lijkheid dat de rechtszekerheid op tafel komt, het grootst is en oo
geen vormfouten en dergelijke gemaakt worden die vaak leiden tot te
rugverwijzen van de procedure, waardoor het allemaal nog langer
duurt. En aan de andere kant ook de financiële risiko s blijven lig
gen waar ze thuishoren. En dat is dus niet bij de gemeente op dit
moment
-25-
Ik denk dat ik toch zo in zijn algemeenheid de vragen heb beant
woord. Daar ligt dan nog de motie die gewijzigd is in de zin van dat
"draagt op" is veranderd in "verzoekt het kollege vriendelijk". Uw
wenst die motie te handhaven?
Het lid Somers: Ik heb ook gezegd, ik kan niet goed uit de voeten
met terminologie als 'zo snel mogelijk' en 'op korte termijn 22
april 1988 belooff U de Raad van State wij gaan aan dit plan werken.
Dat is anderhalf jaar geleden. Op korte termijn zegt men niets.
Daarom zeg ik, ik ben het met U eens. Het is allemaal prima waar. Er
moet een goed plan komen, maar ik vind dat er een termijn in genoemd
moet worden en ik ben desnoods bereid om twee maanden te wijzigen in
drie maanden. Maar ik neem aan vanaf 22 april 1988 tot heden is er
denk ik niets gebeurd aan dit plannetje. Aan dit gedeelte van de
Sleutelweg en daar doelen wij op en vandaar dat ik mijn motie in
deze zin toch in stemming wil brengen.
De voorzitter: Is er nog behoefte aan een stemverklaring, kort en
krachtig?
Het lid Roosenboom: Waarom ik mijn stem aan deze motie geef? Omdat
ik niets geef om toezeggingen uit het kollege. En ik zal de raad er
aan herinneren. Begin 1988 is er ook een diskussie hier in de raad
geweest. Het geval Ooms, LagemetenwegToen is ook een stemming ge
vraagd. Toen is ook toegezegd voor eind 1988 komt er een partiële
wijziging. We zijn bijna een jaar verder en er is nog niets. Dus
voor die toezeggingen, die van het kollege uit naar de raad komen,
daar geef ik niets voor. We moeten als raad onze verantwoordelijk
heid kennen. En U eigenlijk dwingend opleggen wat U moet doen.
Het lid Mouws: Wij zullen de motie om deze reden niet steunen. Wij
vertrouwen het kollege wel en wij zijn het met Uw uitleg eens dat
het op korte termijn gebeurt en U heeft daar zelf 12 oktober als
datum bij genoemd. Wij vinden dat op korte termijn.
Het lid Wiersema-DuprëWij zullen deze motie ook niet steunen,
omdat we de bedrijven en omliggenden, dus alle betrokkenen, de
grootst mogelijke kans willen geven op een goede afloop. Ik heb wel
vertrouwen in U, al heb ik U net echt wel een standje moeten geven.
Ik hoop dat U daar toch lering uit trekt en dat U hier voortvarend
aan werken zult.
Het lid van Eekelen: Wij zullen deze motie ook niet steunen. Om de
volgende reden. U hebt toezeggingen gedaan, maar U hebt ze niet al
leen zo maar gedaan. U hebt er data bij genoemd. U komt er mee
oktober en dan krijgen wij als raadsleden de gelegenheid om
onze manier op te reageren. Komt het op 12 oktober niet in de ko:..
missie dan vind ik dat je zelf in de fout gegaan bent en als er dan
de eerstvolgende raadsvergadering een motie komt, dan vind ik dat
niet meer dan billijk. U krijgt van mij een kans. U zit er ook nog
niet zo gek lang. Ik vind dat U het eigenlijk maar eens waar moet
maken en eens moet laten zien wat U op ruimtelijke ordening-gebied
in Almere allemaal kon, dat U dat hier waarmaakt.
De voorzitter: We doen ons best.
Aan de orde is de motie. Wie voor de motie is zegt voor, wie tegen
de motie is zegt tegen.
Voor het voorstel stemmen de leden: Roosenboom, van den Kieboom, So
mers en van de Watering.