-23-
neer moeten leggen. De heer Van der Weegen heeft mij wel kunnen
overtuigen over de financiële gang van zaken en tussen het schetsplan
en de definitieve votering van het krediet, dan hoop ik dat we het
daar over eens zijn en dat die zaak opgelost is.
Het lid Van Eekelen: Ik kan natuurlijk proberen nog een nieuw
betoog te houden, maar daar begin ik niet aan. Alleen een paar
opmerkingen in de beantwoording van de heer van der Weegen verbazen
mij een beetje. U zei dat ik iets nieuws in bracht in verband met de
B.T.W.. Dat is niet iets nieuws. In Uw eigen stuk staat, bladzijde 14
van dat rapport, dat er B.T.W. teruggevraagd kan worden door de
beheerskommissie f 102.000, Het is nog niet een zakcentje ook. Als
dan de zaak verhoogd wordt met f 60.000,qua bouwkosten dan is dat
niet zo moeilijk om daar 18J% van te nemen en zo kom ik aan die
f 11.000, Dat is niet iets nieuws. Wat me wel bevreemd, wel en
niet, omdat ik in meer besturen zit en ik ook wel eens een briefje
krijg waar U ook bestuurslid van bent, wat bedoeld U met bloedgroepen
in dat verenigingsgebouw. Ik denk dat ik het over gebruikers had en
dat zijn mensen die gewoonweg gebruik maken van het gebouw. Gebruikers
zoals in de Wittenhorst, dat er gewoonweg mensen benoemd worden vanuit
de gebruikers naar de gebruikersraad toe en dat er mensen vanuit die
gebruikersraad verplicht zitting hebben binnen dat gemeenschapshuis.
Dat is heel iets anders als bloedgroepen, althans in mijn ogen. U zegt
geen open eind financiering. Daar heeft U natuurlijk zoals U het zegt
wel gelijk. Wat doet U of wat doet de wethouder van Financiën als de
exploitatie werkelijk f 70.000,tekort komt, wat ik U voorspel.
Breekt hij het dan af. Denkt U dat U met de lasten die aan het gebouw
zijn, kapitaal, er zullen toch nog enige schoonmaakmiddelen moeten
zijn, er zal een bepaald postje huur moeten zijn, daar kunt U niets
doen en dan kunnen wij niets doen als raad en dan vind ik niet dat wij
zo sterk voor de dag kunnen komen en zeggen, dat doen wij niet. Dan
moet je eigenlijk zeggen we kunnen zoiets niet waar maken. Ze
exploiteren en als er geen onnodig of overdreven geld weggegooid
wordt, en dat ben ik met U van mening, dan kun je de vinger aan de
pols houden, om te zeggen dat is het eindplaatje dat kan niet. Dat
kunt U niet, dat kan ik niet en kan ook het gemeenschapshuis niet. Om
mijn kollega, waar ik het altijd niet mee eens ben, maar die toch
altijd wel meerijdt en samen toch best pittige diskussie op onze
raadsvergadering houden, hij zegt de meerderheid hier wel of hier niet
beslist. Natuurlijk, dat hoef je mij niet te leren. Ik denk dat je een
keer naar Jan Somers moet luisteren die zegt dat hier vanavond de
beslissing is, dat probeer ik te voorkomen. Als dat zo meteen anders
is, god zegen de greep, dan zal de meerderheid het wel goed gedaan
hebben.
Vanavond is het zo als we nu instemmen, dan kiezen we voor de
statuten, deze manier van aanbouw en is er absoluut geen weg terug.
Zolang die weg niet absoluut afgesloten is dan probeer ik mijn
mederaadsleden te overtuigen dat het geen goede beslissing is. Als dat
niet lukt, dan is dat jammer, dan zit dat misschien in het pleidooi of
ben ik niet zo slim, dat kan ook best. Naar eer en geweten vind ik het
als raadslid mijn plicht om net zo lang te strijden tot dat de hamer
definitief gevallen is over dat besluit.
Het lid GraafmansDaar straks heeft de wethouder wel aangegeven de
reden waarom de statuten dan aangepast zijn met de zinsnede, lid aan
te wijzen door het kollege van burgemeester en wethouders, maar ik zou
graag willen weten hoe stelt U zich dat voor. Zoekt burgemeester en
wethouders iemand willekeurig aan, komt er een advertentie in de