(18e wijziging gemeentebegroting 1989 en 6e wijziging begroting 1989 dienst Gemeentewerken) 9. Voorstel tot het beschikbaar stellen van kredieten voor de aanleg van voetpaden langs Erasmusweg en Halsterseweg (19e wijziging gemeentebegroting 1989 en 7e wijziging begroting 1989 dienst Gemeentewerken) 10. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van een P.C.-privé project. 21e wijziging gemeentebegroting 1989). 11. Voorstel tot herziening van het raadsbesluit van 22 december 1989 tot overname van grond van J.W.M. Bakker Eigen Huis B.V.. OPENING: De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijke gebed. 1. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 16 FEBRUARI 1989. De voorzitter: Hier zijn geen op- of aanmerkingen over binnengekomen. De notulen worden hierbij vastgesteld. 2. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN. De voorzitter: Wie wil nog punten van de ingekomen stukken aan de orde stellen. Het lid Roosenboom: Punt 26 en 29. Het lid MouwsPunt 29. Het lid Somers: Punt 28. De voorzitter: Deze punten zullen aan het eind van de agenda worden toegevoegd. Voor de overige punten wordt besloten konform de voorstellen van burgemeester en wethouders. 3. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN HET VOLUMEBESLUIT STADS- EN DORPS VERNIEUWING 1989; HET INSTEMMEN MET HET MEERJARENPROGRAMMA STADS- EN DORPSVERNIEUWING 1989 - 1993. Het lid MouwsWij hebben het al eerder aan de orde gesteld wat de verdeling betreftIk wil alleen een algemene opmerking maken. Deze subsidie die we hiervoor krijgen is bedoeld voor de stads- en dorpsvernieuwing. Als U het lijstje nog eens een keer goed doorneemt, dan lijkt het er op dat we weinig direkt uitgeven aan woningverbetering, maar heel veel aan plannen en daarnaast nog eens een keer super weinig aan partikuliere woningverbetering. Ik denk dat we toch goed in de gaten moeten houden wat de bedoeling is. Het is niet zo uitdrukkelijk omschreven, maar ik denk dat de essentie van deze subsidie woningverbetering is met name de partikulieren. Ik wil dat toch nog eens een keer onder de aandacht van het kollege brengen dat we dat niet uit het oog verliezen. Het lid SomersDe verordening, waar we vorige keer wat kanttekeningen bij geplaatst hebben, is nu niet meer aan de orde. Het betekent alleen inderdaad, de heer Mouws maakt een opmerking m die richting, dat de partikuliere woningverbetering met 30% is gedaald. Dat is ook bij onze fraktie een beetje een jammere zaak. Dat is dus niet terug te draaien. Verder nog enkele kanttekeningen ten aanzien van de instemming ten aanzien van de meerjarenplanning stads- en dorpsvernieuwing. Akkoord, met 2. het volumebesluitEen kanttekening ten aanzien van het bijbehorende werkprogramma. En dan met name ten aanzien van punt 4. de Lepelaar. Ik ga nu op dit moment geen -3- inhoudelijke diskussie aan. Ik denk dat dat op dit moment ook niet het punt is om over de welzijnsaktiviteitakkommodaties te diskussiëren. De groepering Leefbaarheid stelt wel voor om die f 50.000, voor de Lepelaar, voor het gebouw de Lepelaar, niet op te splitsen. Wat verstaat U onder de Lepelaar aanmerken als ruimtelijk element. Verder bij punt 4 noemt U dat de gebruikersmogelijkheden in de toekomst, wat betreft het hoofdgebouw van de Lepelaar, alleen het hoofdgebouw dan meer in de partikuliere sfeer komt te liggen. Ik neem aan dat dat ook een partikuliere stichting kan zijn. Voor het overige geen opmerkingen. De voorzitter: Ten aanzien van de opmerkingen ten aanzien van het volume waar het gaat over partikuliere woningverbetering, het is het gevolg van het feit dat wij de herverdeling die de provincie heeft toegepast, die als een bezuiniging voor ons uitpakt, te verdelen zowel voor de woningverbetering als voor de struktuurverbeteringOp zichzelf vind ik het signaal van de heer Mouws en de heer Somers van let wel op dat onderdeel van de regeling niet ondersneeuwt, waardevol, ik denk dat wij in de loop van dit jaar ook goed nota moeten houden van de ontwikkelingen op dat terrein dat de aanvragen zo die zich voor doen, of er niet een al te groot stuwmeer ontstaat zodat we op grond van die informatie bij de verdeling voor het volgende jaar eventueel bijstellingen zouden kunnen doen. Ik denk dat dat op zichzelf verstandig is. Dan een specifieke vraag van de heer Somers waar het gaat om die tweedeling. Enerzijds hebben we voor de Lepelaar dit project. Zoals het hier staat is het bedoeld als een bijdrage aan de uiteindelijke aanbouw aan het gemeenschapshuis. In tweede instantie hebben we ook middelen nodig vanuit het stads- en dorpsvernieuwingsgebeuren als we dat gebied gaan herstruktureren. Dan is het meer de Lepelaar als ruimtelijk element wat aan de orde is. Die tweedeling is bedoeld. Als er op termijn diskussie komt over het behouden van het gebouw de Lepelaar in relatie met een invulling van dat gebied dan zijn de mogelijkheden van de Woningstichting om het uit té baten, die zijn weg. De mogelijkheden die er overigens zijn die zullen zijn van partikuliere bewoning denken wij in eerste instantie. Het is die markt die we dan zullen onderzoeken. Het lid Roosenboom: Ik had aanvankelijk niet het woord willen vragen, maar nu ik toch vanavond min of meer een beetje spijtoptant geluiden hoor, dat wij eigenlijk een verkeerde beslissing hebben genomen in voorgaande vergaderingen aangaande de partikuliere woningverbetering, dat wij dat teruggebracht hebben van f 60.000, naar f 42.000, dat wij hier vanavond zitten om een definitief bedrag in te vullen, althans de verdeling, doe ik een voorstel om die f 42.000,terug te brengen naar f 60.000, Het is mij bekend dat dat nu al diverse problemen heeft opgeleverd bij mensen die daar gebruik van willen maken. Ook de voorwaarden die men nu hanteert geven minder mogelijkheden. Ik heb het dan ook altijd een slechte bedoeling gevonden om het bedrag van stads- en dorpsvernieuwing ten koste te laten gaan van de premie woningverbetering. Ik denk dat we nu vanavond daarover moeten beslissen en dat het goed is om het oude bedrag te handhaven. Ik maak daar een voorstel van. Het lid Somers: Behoudens het voorstel van onze fraktievoorzitter deel ik U nu mede dat de groepering Leefbaarheid behoudens punt 4 van het werkprogramma akkoord gaat. De voorzitter: Ten aanzien van de opmerking van de heer Roosenboom, ik denk dat de argumenten die er toe geleid hebben om tot deze verdeling te komen genoegzaam bekend zijn, ik heb in deze raad ook geen spijtoptanten waargenomen, hooguit een wijzen op aandacht dat dat

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1989 | | pagina 33