-22- burgemeester zijn tijd. Ik denk dat het erg noodzakelijk is dat er meer aandacht naar die bejaardenwoningen toe moet. Er komen dan meer lokaties in beeld. Men is daar volop aan bezig. Ik denk dat ons dorp nog veel mogelijkheden heeft, maar die kwaliteit moet voorop staan. Men zal er alleen maar blij om zijn in de toekomst. Dat kan ons dorp gebruiken. We hebben ook steeds toegezegd dat we naar een maximum zullen streven. Het is ook eigenlijk zo dat wat de draagkracht betreft het ook weer een stuk huuregalisatie is wat het mogelijk maakt dat het voor iedereen bewoonbaar wordt in de toekomst. Dat is zeker ons streven. Het lid Roosenboom: Wethouder Sinke licht het goed toe. Aanvankelijk was het de invulling van de Hadrianusschool. Het is eigenlijk zo dat de Woningstichting een alternatief biedt. Toch tussendoor, nadat dat alternatief al was gelanceerd bij de kommissie Ruimtelijke Ordening en iedereen al een bepaald enthousiasme demonstreerde, is er toch weer wat gebeurd en is de Woningstichting weer verder gaan denken. Nu is mijn vraag, het type woningen zoals die zijn gebouwd in de Elkhuizenlaan, -ik heb daar geen indikatie over-, maar hoe zouden die in de huurprijs liggen ten opzichte van de gewone woningen zoals die hier zijn gepland. Dat is toch een type woning dat bij de mensen in het algemeen heel gunstig ligt. U heeft net een opmerking gemaakt van de trein staat op de rails. Dan is het moeilijk om die er nu af te halen, als het al in een zo ver gevorderd stadium is. Vandaar dat ook de groepering Leefbaarheid geen diktaat aan het kollege geeft in casu aan de raad, maar gewoon de vraag heeft gesteld, is dat alternatief van de Woningstichting, -nu blijkt dat er veel vraag naar is om daar te gaan wonen waar je meer een woonruimte kan aanbieden-, is dat nog aanspreekbaar. Als dat aanspreekbaar was geweest dan in ieder geval, in tegenstelling van hetgeen ondergetekende namens de groepering in de kommissie tot twee maal toe heeft geadviseerd, zou dat voor ons anders mogen worden. U kunt dat beter inschatten dan wij. In dat opzicht hadden wij dan tegemoetgekomen aan de wens van de Woningstichting. Als de woningen dan goedkoper hadden geworden en dan uiteraard met die lift er bij. Wij zouden absoluut tegen bejaardenwoningen zijn met een etage en zonder lift. Zo werkt dat niet. Dat is bij de Isabelleflat ook. De mensen hebben daar zelf een sleutel van, daar kan niet iedereen gebruik maken van die lift. Dat gaat fantastisch, dat is geen enkel probleem, iedereen is enthousiast daar. Wij maken onze gedachten hier openbaar, wij denken hardop, U kunt daar misschien iets meer doen. Het lid Van Eekelen: Ik heb op een paar vragen nog geen antwoord gekregen. Namelijk op de stukken die bij de raadsagenda lagen. Daar lagen maar twee brieven bijer was er een van de Woningstichting en een met een advies van de heer Coomans. Of er nu volop gesprekken geweest zouden zijn met de Woningstichting, dat heb ik niet uit de stukken op kunnen maken. Een andere vraag heeft U ook niet beantwoord. Dat het van hoffelijkheid zou getuigen als er een brief binnenkomt op 15 juli 1988 en daar nooit een brief op uitgegaan is. Als hij wel uitgegaan is, dan had die bij de stukken moeten liggen. Voor mij als raadslid geldt een ding. Als ik goed als raadslid wil funktioneren dan moet ik ook kunnen beschikken over de stukken die er zijn, in geval er een stuk aan de raad gericht wordt. Dat maken wij nogal eens mee in ons midden. Als de groepering Leefbaarheid, -daar bedoel ik niets goeds of slechts mee-, als die binnen de voorgeschreven tijd gestuurd is naar de raad, dan komt hij ook bij de raad, wel of niet beadviseerd. Ik denk als de Woningstichting een brief naar de raad -23- stuurt op 15 juli, dan hoort hij in de eerstvolgende raadsvergadering ter inzage te liggen. De voorzitter: Er ligt hier alleen een brief aan de raad van 31 oktober die hier 1 november is binnengekomen. Welke brief bedoelt U dan. Er is mij geen brief bekend van de Woningstichting daterend van het tijdstip waar U op doelt, waarop zij geen antwoord zouden hebben gekregen. Om misverstanden te voorkomen, hier is aan de orde de brief van 31 oktober. Het lid Van Eekelen: Ik vergis me in de datum. Terecht. Dat neemt niet weg dat een ander als die 10 dagen van tevoren een brief stuurt dat die dan ter inzage ligt bij de raad. Of het nu van een stichting is, een partikulier of een partij, dat maakt niet uit. Als er een brief aan de raad gericht is, dan hoort hij in de eerstkomende raadsvergadering bij de stukken te liggen, dan kun je er wel of niet op ingaan. Dat is niet gebeurd. Automatisch had je dan een andere diskussie gehad dan je nu krijgt. Ik zit niet in de kommissie Ruimtelijke Ordening, maar mijn fraktiegenoot wel, die is er dus beter mee bekend en zal me beslist wel adviseren. Daar gaat het niet om. Alleen al wat er zich afspeelt in de kommissie, daar moeten we duidelijk over zijn, dat is nog niet in de raad. De raad is het hoofd van de gemeente. Als een brief aan de raad is gericht dan hoort hij niet eerst alle kommissies gepasseerd te zijn eer hij bij ons als raad komt De voorzitter: Ten aanzien van de opmerking van de heer Roosenboom. De trein staat op de rails. Ik heb het in eerste termijn ook al gezegd, het kontingent is verdeeld. Wij hebben de gesprekken met de overige gemeenten gehad. Wij krijgen dacht ik van Willemstad twee woningen terug. Als we er een nieuw plan van moeten maken met zoals het in het jargon heet een knip naar 1990 zonder dat je weet hoe het daar met de prijzen voor dat jaar staat en dan op zo n klein projektje, het zijn er nu 16 en dan worden het er 23 of iets dergelijks. Op zichzelf zijn er dan wel weer 8 of 7 bij, maar het wordt wel een gigantische toestand om dat prijstechnisch aan elkaar te breien. Ik denk, dat wil ik toch ook nog wel even beargumenteren, wethouder Sinke bracht het ook nog even naar voren, het is niet iets dat uit de lucht is komen vallen. Wij hebben er allemaal bij gezeten om het zo maar te zeggen. Wat dat betreft zou het wel heel vreemd zijn als wij zouden zeggen dat is ook een goed idee, daar hadden we nog niet aan gedacht. Zo is het niet gegaan. Dan naar de heer Van Eekelen, die brief van de Woningstichting is hier 1 november binnengekomen, die is in een van de eerste vergaderingen met raadsleden die ik had, de kommissie Ruimtelijke Ordening op 15 december aan de orde geweest. Dat is veertien dagen nadat hij is binnengekomen, is hij besproken, hij was in november al in B&W geweest. Dat gesprek met de Woningstichting is ook nog in december geweest. Daarna is er wat mis gegaan, dat ben ik met U eens, hij had in december misschien wel in de raad gekunnen, maar toch zeker in januari. In januari had hij bij de ingekomen stukken moeten zitten, dat is gewoon niet gebeurd. Dat is vervelend. Ik kan niet anders zeggen dan dat het niet hoort zo te zijn. Wij zullen er op letten. Waar gehakt wordt vallen spaanders. Er maken wel eens mensen fouten. Daar moeten we niet zo zwaar aan tillen nadat er kontakt is geweest met het bestuur. Overigens ook van de Woningstichting uit. Toen hebben wij in goed overleg gezegd wij zullen het in februari rechtzetten en dan sluiten we dat hoofdstuk. Wat dat betreft is er wat ons betreft en ook wat de Woningstichting betreft geen vuiltje aan de lucht. De heer

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1989 | | pagina 31