-20-
dat er gewoonweg een fatsoenlijk overleg kan zijn en zou moeten zijn.
De manier waarop zo'n brief gesteld wordt, dat spreekt voor mij al
boekdelen. Dan nadien. Ik heb nergens kunnen vinden dat het gesprek
ooit met de Woningstichting plaatsgevonden heeft. Het zou best wel
plaatsgevonden kunnen hebben, maar uit de stukken vindt je daar niets
van terug. Ik heb ook geen enkele brief gezien die gericht is aan de
Woningstichting waarin staat, -dat vind ik toch eigenlijk een bepaalde
fatsoensnorm—, dat men de brief of het stuk ontvangen heeft en dat men
te zijner tijd zal antwoorden, maar dat men eerst de kommissies,
enzovoorts enzovoorts dat dat dan toegestuurd wordt. Als dit verstuurd
wordt, dat zou best kunnen, maar dan lag dat niet bij de stukken. Ik
vind dat je niet zo met elkaar om kunt gaan. Als je een bepaalde
plaats hebt en men wil daar sociale woningbouw op doen, dan denk ik
dat het gewoon hoffelijk is, zonder dat de Woningstichting op de stoel
van de gemeente gaat zitten, dat je dan zo'n Woningstichting moet
zeggen, dat zijn wij voornemens, denk er eens aan en bekijk wat U er
mee kunt doen. Nee, wij draaien het hier andersom. Als het in de
kommissie Ruimtelijke Ordening geweest is dan weet de Woningstichting
dat ze daar misschien 16 woningen moet bouwen. Ik denk dat dat zo niet
werkt. Ik denk dat dat absoluut zo ook niet zou mogen werken. Dit
alles bij elkaar zeg ik, ik heb daar een beetje wrange smaak van. Ik
vind dat men gewoon fatsoenlijk met elkaar moet overleggen. Wij willen
niet zeggen dat je daar aan toe hoeft te geven, dat is heel iets
anders, alleen de omgang vind ik dat die op een andere manier zou
kunnen. Dan, wat mij betreft, zeg ik, betere betaalbare woningen. Dat
betekent op meer plaatsen. Dat is voor de bevolking van Halsteren een
hele goede zaak. Ik ontmoette een bejaarde die zei, wat zijn ze nu
toch eigenlijk van plan. Dat zegt mij dan voldoende. Moeten persé de
rijkste inwoners van Halsteren op het mooiste plekje van Halsteren
komen te wonen. Om daar zoveel dure woningen weg te zetten, of heb ik
daar in de toekomst ook nog kans op. Je kunt zeggen dat is een beetje
op de sentimentele toer gaan, maar het spreekt bij de bevolking aan.
De heer Roosenboom, -wij weten allemaal dat hij echt onder de
bevolking leeft en fietst en rijdt-, die heeft dat ook aangehoord. Dat
wil nog niet zeggen dat je daardoor meteen je plannen aan moet passen,
maar ik vind dat er in ieder geval fatsoenlijk overleg moet zijn. Als
het de gemeente dan daardoor nog meer geld kost, dat we er meer bij
moeten leggen, dan zeg ik, volgens mij zijn wij verkeerd bezig.
Het lid Mouws: Ik ga een beetje twijfelen aan de totstandkoming van
besluiten! Ik vind in eerste instantie dat besluiten hier genomen
moeten worden, maar ik ben het met ieder ander eens die zegt, in
overleg met. Wij hebben eigenlijk niet anders begrepen dan dat er na
een uitvoerige diskussie er een beslissing genomen is dat de
Woningstichting alsnog achteraf met een brief gekomen is, was het niet
beter geweest als. Nu ga ik zelf twijfelen wat de volgorde geweest is.
Als het wel zo gebeurd is, dan vind ik dat het een beetje vervelend
overkomt. De Woningstichting zal zich dan ook min of meer als
verliezer moeten gedragen. Als besluit en uit eenduidigheid van de
kommissie Ruimtelijke Ordening heb ik begrepen dat iedereen er erg
blij mee was. Dan vind ik dat je niet achteraf moet komen om je gelijk
te halen.
De voorzitter: Er is ten aanzien van dit projekt ook een hele
voorgeschiedenis in de zin dat zoals ik begrepen heb in eerste
instantie gepoogd is om binnen het bestaande schoolgebouw woningen te
realiseren of zo'n beetje in te passen of in te pakken. Ook toen al is
de Woningstichting met een alternatief gekomen om meer woningen te
-21-
realiseren. Over die alternatieven is toen gesproken, de heer
Roosenboom en de heer Mouws refereerden er ook aan. Op die manier is
gaandeweg, met name in de sfeer van de ruimtelijke ordening de
gedachtenvorming tot stand gekomen. Wij moeten daar dat type woningen
neer zetten, ook een beetje denkend aan de bebouwing ten opzichte van
de Schoolstraat, de Nieuwmarkt, waar voor Halsterse begrippen kompakte
invullingen gemaakt zijn van de omgeving van de Dorpsstraat dus om
daar wat ruimte te kreëren. Dat is een afweging. De opmerkingen die
van de kant van de heer Van Eekelen en de heer Roosenboom gemaakt
worden dat dat ten kosten gaat van het aantal woningen, dat is ook zo.
Dat heeft ook invloed op de prijsstelling van de huren. Die keuze is
toch gemaakt, er is niet over een nacht ijs gegaan de gemeente heeft
niet zo maar gazsgd kom op doe het maar zo. Daar is serieus over
gesproken. Desalniettemin heeft de woningbouwvereniging gemeend toch
nog eens even haar optie onder de aandacht te moeten brengen. Het is
een zelfstandig orgaan in onze gemeente dus die mogen nog een keer aan
de bel trekken. De heer Van Eekelen wijst erop is de sfeer eigenlijk
wel goed. Ik kan U zeggen dat in december, vrij snel nadat ik hier
gekomen ben, wij als kollege een gesprek gehad hebben met de
Woningstichting en daar was van de kant van de Woningstichting toch
wat onvrede. Dat is uitgepraat. De kaarten zijn geschud, zo gaan we
aan de gang, je zit natuurlijk ook met de kontingenteringAls je een
groter bouwplan maakt dan moet je een heel ander bouwproces op gang
zetten. Dan hadden we misschien dit jaar onze woningen bijvoorbeeld
aan andere gemeentes uit moeten lenen om bijvoorbeeld volgend jaar het
projekt in één keer te realiseren. Als je dan denkt aan 24 woningen of
iets dergelijks of een andere optie. De rijdende trein staat nu
helemaal op de rails om 16 woningen te gaan bouwen daar. We hebben
daar ook met twee andere gemeenten waarvan we nog kontingent te goed
hadden nog afspraken over gemaakt. Ik denk dat op dit punt het toch
een beetje een gedane zaak is. Althans in zoverre dat ik hoop dat we
het proces snel op gang kunnen brengen en voor 1 juni moeten we 50%,
in dit geval 100% van ons kontingent benut hebben. Wat betreft de mate
waarin de Woningstichting op de hoogte is, die zijn toch goed op de
hoogte van de diskussies. Bij ons is het mis gegaan in de zin dat dit
punt de vorige maand op de agenda had moeten staan als mededeling en
ingekomen stuk. Waar gehakt wordt vallen spaanders. Met het bestuur
van de Woningstichting is daar kontakt over geweest. Die vonden het
ook gek. Ik heb uitgelegd hoe dat is gekomen en we hebben afgesproken
we wachten af wat de raad er over zegt en dan gaan we over tot de orde
van de dag. In voorkomende gevallen moeten we goed eikaars hand
vasthouden, in die zin dat iedereen goed weet wie wat doet. Dat
iedereen goed weet wie waar verantwoordelijk voor is. Wij moeten niet
op de stoel van de Woningstichting gaan zitten en de Woningstichting
niet op onze stoel, maar we moeten wel voortdurend met elkaar spreken
zodat we niet in verwarring geraken. Ik denk dat dat het traject is
dat we de komende tijd gaan volgen.
Wethouder Sinke: Ik denk dat het misschien goed is om, wat weinig
belicht is alsnog toe te lichten. In de tijd dat er gedacht werd om de
Hadrianusschool te sparen en opnieuw in te richten, heeft de
Woningstichting als reaktie daarop een plan als nu bedoeld aangereikt.
Ik heb toen gezegd dat we op moesten passen dat toen de keus niet zou
gaan tussen het slopen van de school en het invullen van het toevallig
ter tafel liggende plan. Er is toen al een heel nauwkeurig gesprek
geweest, een heel nauwkeurige diskussie tussen die twee objecten en
toen is toch gekozen voor die kwaliteit. Het is iets vóór de