wij hebben, wij willen een profijtbeginsel hebben. Ik denk dat dat
zaken zijn die duidelijk ook uit de algemene beschouwingen van
Leefbaarheid naar voren komen en dat daar in principe in ons antwoord
in heel veel zaken positief op ingegaan is. Wij zeggen U toe dat we
daar een nadere studie op zullen doen en komen daar in de loop van
1989 op terug. Ten aanzien van het aspekt voorzieningen nu al
besluiten om af te bouwen of niet. Ik heb dat net naar mevrouw
Wiersema al gezegd waar ik vind dat dat staat. Wij vinden dat de
lastendruk in deze gemeente vanuit de gemeentelijke overheid zeker
acceptabel is. Daar zijn in de kommissie Financiën de afgelopen jaren
een aantal stukken over gegeven. Ook staatjes van het Centraal Bureau
voor de Statistiek zijn in copie gegeven aan alle leden van de
commissie Financiën waar alle frakties in zitten, waaruit duidelijk te
zien is dat wij zeker geen koploper zijn in het belasten van onze
inwoners. U heeft ook staatjes in de krant kunnen zien waar ook
Halsteren op dat gebied er ook vrij positief uitspringt. U zegt de
afvalstoffenheffing, die 5%, dat was de afspraak. Wij kunnen met
elkaar opnieuw in diskussie gaan. Ik denk dat wij vrij uitvoerig
aangegeven hebben waarom wij vinden dat wij deze stap moeten doen en
deze kant op moeten gaan en niet de algemene middelen moeten verhogen.
Wij vermelden daar een aantal zaken die positief uit zouden kunnen
werken in het drukken van de kosten. Wij geven duidelijk aan dat we
ons zullen moeten realiseren dat ons op dat gebied als gemeenschap, en
niet alleen als Halsterse gemeenschap, beperkingen op zullen moeten
leggen en dat we zeker bereid moeten zijn om meer lasten in dat kader
te moeten betalen. We kunnen met elkaar opnieuw die diskussie aangaan,
maar ik denk dat dat niet zo zinvol is omdat we die een paar jaar
geleden zeer uitvoerig gedaan hebben maar ook vorig jaar denk ik nog
heel beperkt en de jaren daar tussenin ook beperkt over met name de
hoeveelheid aangeboden vuil zou de basis moeten zijn van de heffing. U
weet dat een afvalstoffenheffing er is om gebruik te mogen maken van
de voorziening. We hebben dat meerdere malen gezegd richting raad,
daar zijn meerdere malen, met name ook voor de Werknemerspartij in het
verleden uitvoerige pleidooien voor gehouden, uitvoerige berekeningen
zijn in deze raad aan de orde geweest. Die diskussie hebben we met
elkaar gevoerd, we kunnen dat opnieuw doen, maar ik denk dat we ons
dan samen af moeten vragen of dat zinvol is. Ik denk dat het
verstandiger zou zijn om straks in het kader van milieu nog wat betere
afspraken te maken en dat we de totale kosten terug kunnen dringen,
dat we dat aantal tonnen alszodanig wellicht wat kunnen gaan
verminderen.
De heer Van Elzakker heeft gezegd blij te zijn met de opmerkingen die
naar voren gebracht zijn om wat meer beleidsmatig bezig te zijn met
meerjarenraming enzovoorts. Wij hebben die toezegging gedaan en we
zullen proberen om in elk geval in de eerste helft van volgend jaar de
raad toch daarmee te konfronteren en van de raad vooraf toch wat meer
lijn te willen vragen, lijn aan te geven waar we naar toe moeten zodat
we daar met het opstellen van de begroting of het bijstellen van die
begroting rekening mee kunnen houden. Met name die visie op lange
termijn is nodig om toch wat afwegingen te maken. Daarnaast heeft U
het over verwachtingen van privatisering. Wij hebben gezegd we zullen
ze op een rijtje zetten. De verwachtingen zijn vanuit het kollege nog
niet zo hard uitgesproken, maar U heeft daar hoge verwachtingen van.
Wij zullen kijken, wij zullen af moeten wegen wat kan en wat niet kan.
Wij hebben als gemeente een bepaalde taak en dan ga ik toch verder
naar de heer Mens, die heeft dat duidelijk aangegeven. Die zegt wees