-16- toch een heel bedrag op onze begroting. Naar aanleiding van alarmering verwonder ik mij eigenlijk dat iemand hier het woord er over vraagt, terwijl dat vorige raadsvergadering onze maandvraag was, en eigenlijk naar aanleiding daarvan dat hij daar aanleiding toe vond om ons het stellen van vragen te ontnemen. Hij vraagt nu precies hetgene wat wij ook vroegen. Wij hebben gevraagd, -en dat komt hier ook niet goed tot uiting-, in 1979 zijn er signalen naar de mensen gegaan en wij hebben gevraagd om vooral voor de nieuwe bewoners, die toch in de loop der jaren hier in Halsteren en Lepelstraat zijn komen te wonen, om aan te geven wat te doen bij een ramp. Dat hoeft dan niet de oude kaart te zijn van 1979. Men kan die aanpassen aan de tijd van heden. Je kunt niet volstaan door te zeggen, er komt iets. In 1984 is die toezegging ook door burgemeester Hendriksen gedaan en gezegd, er komt iets. Toen is mijnerzijds gevraagd, hoe lang kan dat duren. Toen is gezegd, dat duurt geen jaar. Maar inmiddels zijn we wel vier jaar ouder. Toen was men ook enthousiast dat binnen nu en korte tijd er iets zou zijn. Uw antwoord, in afwachting hiervan adviseert de districtsinspectie nog even op de plaats rust, liever iets konkreets. De voorzitter: Mevrouw Frietman, ik denk dat het ten aanzien van fietsen het zeer zeker een goede zaak kan zijn om in het kader van voorlichting daar eens een stukje over in de Publi-Pers op te nemen. Ik weet niet of het echt frequent voorkomt, maar ik neem volmondig aan dat U hier praat over hetgeen wat gebeurt. Ik zal het met de politie op laten nemen of zelf opnemen als ik daar nog een gesprek mee voer op korte termijn. Dan zullen we kijken of dat probleem zich voordoet en kijken hoe we daar ook aandacht aan kunnen schenken. Maar het andere probleem doet zich zeker ook voor wat de heer Mens naar voren haalt. Meneer Van Elzakker en meneer Roosenboom hebben zo direkt best tijd om met elkaar onder het genot van een kopje koffie te praten over de ingekomen brieven. Ik zal er zelf niet meer op ingaan. Ik heb net mijn mening daarover voldoende weergegeven. Ten aanzien van de huisvesting brandweer meneer Roosenboom, ik kan niet meer zeggen dan ik net toegezegd heb, dat wij zullen natrekken welke behoeften en welke plannen er liggen. Ten aanzien van de alarmering, dat U zegt het duurt allemaal lang, ook wij vinden het lang duren. Ik heb net ook gezegd vanuit Bergen op Zoom wordt gekoördineerd, vrij frequent aan de bel getrokken bij het ministerie. Wij kunnen niet meer doen dan hetgeen ons in alle reden in dat kader geadviseerd wordt en, wat ik als antwoord ook net naar de heer Mouws gaf, niet meer ongerustheid te veroorzaken dan echt nodig is. Wij zullen wel blijven vragen naar een oplossing in deze. Die toezegging hebt U van ons, die blijven wij ook doen. Ik kan U geen konkrete datum noemen wanneer het wel opgelost is, dan zou ik spreken namens hogere heren in dit land. Ik ben me bewust dat het niet alles oplost, we blijven ons best doen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van burgemeester en wethouders. VERKEER, VERVOER WATERSTAAT. Het lid Princen: De heer Roosenboom had het er daar straks al over, hij was er op vooruit gelopen, het gaat over de geparkeerde vrachtauto's binnen de bebouwde kom. U zegt, het is een problematiek die voortdurend onze aandacht vraagt. U zegt er zelfs bij, zeer recent is kontakt opgenomen, welke datum dat is dat weet ik niet. Wij weten allemaal dat de politie een tijdje uit bedrijf is geweest, want ze

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1988 | | pagina 16