Uflo -28- dat dat heel goed geregeld moet zijn. Hij heeft ook gezegd, de opdracht is nauwelijks of niet uitvoerbaar. Vandaar ook onze vraag, als je wat kunt schrappen dan zouden wij dat graag zien daar wordt de uitvoerbaarheid van de opdracht alleen maar gemakkelijker door. Wellicht in tweede instantie zijn er toch nog zaken waarbij U aan kunt geven van, dat zou voor ons niet een eerste prioriteit zijn, laat dat voorlopig achterwege. Ik denk dat dat de opdracht alszodanig duidelijk kan versimpelen, kan vereenvoudigen. Mevrouw Frietman heeft heel duidelijk aan te geven geen voorstander van een stichtingsvorm te zijn, wel artikel 61. Daarnaast heeft zij als slot gezegd, toch blijft mogelijkheid 1 tot en met 5 bespreekbaar. Maar dan neem ik aan in de context zoals de heer Mouws aangegeven heeft, heel duidelijk met een verantwoordelijkheid terugleggend bij de gemeente. Ik kan het anders namelijk niet plaatsen in het verhaal wat ze in eerste instantie gedaan heeft. Het punt is, ze heeft de voorkeur duidelijk uitgesproken voor een artikel 61, —anders moet ze dat straks maar verbeteren-, maar ze heeft wel gezegd, 1 tot en met 5 blijft bespreekbaar. Moet ik het zo zien dat 5 alleen bespreekbaar blijft in de contaxt van artikel 61? Als ze dat gezegd heeft dan is het duidelijk dat die mogelijkheid voor de P.v.d.A. vervalt. Die mogelijkheid is bij de huidige exploitant, de huidige beheerder van het gemeenschapshuis niet bespreekbaar. Dan is dat probleem opgelost. Mevrouw Wiersema is duidelijk geweest, heeft het ook beargumenteerd, en gezegd, mogelijkheid 5 met neem ik aan ook duidelijk op de achtergrond wel een verantwoordelijkheid in het kader van het akkommodatiebeleid, maar dat zou U nader met elkaar moeten regelen. Ze heeft met name aangegeven dat het privatiseren wellicht toch wat kostenverlagende zaken tot gevolg zou kunnen hebben. Het lid MouwsDe wethouder vraagt, schrap in godsnaam wat. Laten we stellen, mogelijkheid 1 is voor ons niet bespreekbaar. Er moet iets gebeuren, daar zijn we ook heilig van overtuigd. Dan blijven we met 2, 3, 4 en 5 zitten. Hij is er verder niet op ingegaan, maar de gevel van met name het oude klooster, dat is zo'n gezichtsbepalend beeld. Als het maar enigszins mogelijk is, dan willen wij dat duidelijk handhaven. Je kunt dat inpassen in de verdere bebouwing. Dat zou in kunnen houden, met name de Lepelaar verder slopen en de kleuterschool slopen. Waar je nu verder aan bouwt aan die bestaande gevel, het aanpassen zoals men wenst. Of eventueel naar het gemeenschapshuis gaan met alle die mogelijkheden die ik daar straks aangehaald heb. Vooral invloed van de gemeente, eigen verantwoordelijkheid. In die zin. Ik heb daar straks gezegd wij zijn overtuigd dat het een hele moeilijke zaak is, maar met name dat gebouw en vooral de gevel, die zijn voor ons min of meer heilig. Voor het overige vinden wij dat er iets aangepast moet worden. Als het enigszins kan dan zien wij ook duidelijk voordelen in een beheersinstantie. Wij zien eigenlijk geen mogelijkheid hoe dat in te bouwen is. De invloed van U kunt zeggen we hebben andere voorbeelden, andere stichtingen waar dat wel zo is. Ik denk dat dan invloed uit te oefenen is door 1 of 2 vertegenwoordigers in zo'n bestuur te zetten. Ik verwacht dat de statuten op de helling moeten, in die zin dat daar met goedkeuringsrecht en dat soort zaken gewerkt moet worden. Dat is een verdere uitwerking en daar kunnen we vanavond beter niet verder op in gaan. Het lid SomersDe mening van Leefbaarheid. Allereerst het stuk wekte bij ons geen misverstanden. Ik moet mijn bewondering uitspreken. Zelfs voor de zorgvuldige manier waarop het kollege dit voorstel heeft geschreven. Er spelen namelijk een groot aantal faktoren een rol. De

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 87