-54-
ook in de antwoorden die we steeds gegeven hebben voldoende uitgelegd
dat dit het beleid is dat al sinds jaren gevoerd wordt in Halsteren.
Er is geen enkele reden om aan te nemen dat dat beleid niet vervolgd
wordt. Kijk maar naar de meerjarenraming. Wij stellen geen andere
verhogingen voor. Uiteraard kan niemand overzien wat er komt. Eerst
zal altijd gekeken worden naar bezuinigingen mits die mogelijk zijn.
Overigens is dat het uitgangspunt van het kollege bij de installatie
er van, en ook van het vorige kollege. Voor de meerderheid van de
raad die dit kollege steunt is het inderdaad ten ene malen overbodig.
Het tweede deel van de motie, om daar op in te gaan, ik denk dat dat
geen beleid kan zijn. Je kunt niet zeggen dit is ons beleid. Als het
tot problemen leidt dan is het geen beleid. Ik wijs deze motie ten
sterkste af.
Het lid SomersIk begrijp er totaal niets van. Ik neem de motie
terug.
De voorzitter: Dan zijn de beraadslagingen hierover beëindigd
waarbij als uitgangspunt blijft dat het kollege vindt dat als er
tekorten zijn er eerst in eventuele bezuinigingen gezocht moet worden
voor je gaat verhogen. Dat is een algemeen uitgangspunt. Dat is een
beleid dat wordt gekontinueerd. U suggereert met deze motie of er nu
in 1989 met dit beleid een aanvang wordt gemaakt. Allereerst moet dat
gebeuren, dat is echter altijd al gebeurd. Dat is wat heel duidelijk
was, daarom dat men er niet voor voelt deze motie zo aan te nemen. Ik
wil U dat voor alle duidelijkheid als onafhankelijke voorzitter, maar
aangezien ik deel uitmaak van dit kollege die dat beleid ook voert,
toch nog even toelichten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
3. VOORSTEL TOT HET GOEDKEUREN VAN DE JAARREKENING 1986 VAN DE OPENBARE
BIBLIOTHEEK "DE BEIJMOER" TE HALSTEREN.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
4. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN
HET ONDERHOUD VAN DE BASISSCHOOL DE BIEZENHOF.
(32E WIJZIGING BEGROTING 1987).
Het lid Roosenboom: Ik wil een korte opmerking maken bij dit
voorstel. U zegt in verband met eventuele reparaties, teneinde dat
goed in de hand te houden, om bij die vervanging, als het niet nodig
is, om niet meer uit te geven dan noodzakelijk is, is in de bouw-
kommissie een ambtenaar toegewezen. Ook dat kost geld. De vraag is wat
je bij het ene misschien wint geef je bij het andere toe.
Wethouder van der Weegen: Hij bedoelt op dit moment is niet te zien
in welke omvang er reparaties aangebracht moeten worden. Wij denken dat
het goed is dat iemand van de gemeente daar in meedenkt en meekijkt in
hoeverre dit krediet, dat dus een maximaal krediet is, nodig is. Dat is
de opzet van het aanwezig zijn van een ambtenaar van de gemeente
Halsteren. Het is in goed overleg met het schoolbestuur tot stand
gekomen. Het is een goede zaak. We geven dan zeker niet meer uit dan
nodig is.
Het lid Wiersema-DupréEr is nu onderzocht, of ze gaan nog verder
onderzoeken of de boeiboorden op een aantal plaatsen moeten worden
vervangen. We gaan dan afwachten of ze niet allemaal maar vervangen
moeten worden. Denkt U dat er één aannemer is die zegt, die laat ik
maar zitten en die pak ik. Is het niet veel verstandiger om te zeggen,
-55-
we pakken meteen alles en we maken het netjes in orde. Zo heb je er
nooit kontrole op.
Wethouder van der Weegen: Het krediet gaat uit van totale vervanging.
Alleen is pas vast te stellen of totale vervanging noodzakelijk is als
de zaak er af gehaald wordt. Dat onderzoeksburo heeft dat op een aantal
plaatsen gedaan. Op basis daarvan hebben ze gezegd, waarschijnlijk is
het voor een groot deel nodig. Ze kan niet zeggen of dat het totaal is.
Dat is de reden dat er iemand bij is van de gemeente om te zeggen, hier
moet het wel en daar moet het niet. Het krediet gaat uit van een totale
vervanging. Het wordt netjes in orde gebracht.
Het lid Wiersema-DupréDat heb ik goed begrepen, daarom stelde ik,
waarom niet meteen alles toch. Misschien dat er later weer eens een
paar komen en dan zouden we er nu meteen vanaf zijn.
De voorzitter: U bent nu al aan het woord, U plakt er meteen een
derde instantie achter. Als het niet nodig is dan moeten we dit echter
niet doen. Als het wel nodig is dan wel. Wat niet nodig is om geld aan
uit te geven dat is overbodig. Dat willen we zelf een beetje kunnen
bekijken door er een ambtenaar bij te zetten. Wij huldigen wel Uw
uitgangspunt dat als het gebeurt dan moet het goed gebeuren.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
5. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN
HET ONDERHOUD VAN DE BASISSCHOOL ST. JOZEF.
(33E WIJZIGING BEGROTING 1987).
Het lid Roosenboom: Een simpele opmerking. Die had ik bij het vorige
onderwerp ook kunnen stellen. U zegt het advies van de kommissie
Welzijn, Onderwijs en Bibliotheek ligt voor U met de overige stukken op
de gebruikelijke wijze ter inzage. De laatste tijd is de verordening
ter diskussie geweest bij het vaststellen van de kommissies. Mag ik het
kollege er op attenderen dat de kommissie uit 7 leden bestaat en er 3
aanwezig waren. Het quorum was dus niet aanwezig. Ik vraag me af of dat
de kommissie wel een advies uit mocht brengen. Ik ken de verordening.
In de verordening wordt gezegd, de kommissie moet tenminste uit drie
leden bestaan en daar wordt ook vermeld dat er tenminste twee aanwezig
moeten zijn. Daarin geeft de verordening heel duidelijk aan dat er een
meerderheid moet zijn. Deze kommissie bestaat uit zeven leden en je mag
daar gevoeglijk uit veronderstellen dat er tenminste een meerderheid
aanwezig moet zijn om een advies uit te brengen. Ik zou dat nog veel
extremer kunnen stellen. In de kommissie Sportzaken zit Gemeente
belangen met twee leden in. Veronderstel dat je een kommissieverga
dering zou houden en deze twee zouden aanwezig zijn en voor de rest
niemand, dan zouden die twee leden van Gemeentebelangen een positief
advies uit kunnen brengen aan het kollege in casu de raad. Dat is nooit
de bedoeling. Ik denk dat al die adviezen die op 7 december zijn
gegeven, dat die in strijd zijn met de verordening. Ik zou die
opmerking niet gemaakt hebben als de diskussie de laatste tijd niet was
gevoerd en waarbij die verordening als schild is gebruikt en gezegd
werd, wij voldoen er aan, 3 x 24 uur. Ik denk dat hier de wethouder
zich een beetje heeft verkeken op het niet aanwezig zijn van een
meerderheid.
De voorzitter: Het is in dit land geoorloofd om bij elkaar te komen
en een vergadering te organiseren en een advies te geven. Of dat advies
via een quorum tot stand komt of niet, het blijft toch een advies. Het
is of een advies van de kommissie of een advies van individuele mensen.
Gemeentebelangen heeft bij sommige kommissies inderdaad twee