-8- ningen aan te brengen. U kiest onmiddellijk te zoeken in de sfeer voor een gematigde verhoging van de tarieven of belastingen. U zou dat uitvoerig hebben onderbouwd en gemotiveerd in Uw Nota van Aan bieding. Waar staan die motieven? Op pagina 2? In hoofdstuk 9? U doet ons inziens gewoon een keuze. Dat zegt U ook op pagina 3 op het antwoord van de Algemene Beschouwingen. Bij het ontbreken van nieuw beleid rest slechts een trendmatige aanpassing aan het loon- en prijsniveau. U herstelt eerder genoemde zinsnede onmiddellijk door te stellen dat dat niet betekent dat een beleidsvisie ont breekt, want Uw beleidsvisie is het voeren van een zuinig beleid. Allicht, in alle sektoren van onze samenleving is men genoodzaakt om zuinig aan te doen. In zo'n tijd leven we nu eenmaal. Het gaat in deze om de keuze die je maakt en de motivering er achter, om de begroting op termijn sluitend te maken en te houden. Dat is de kern van het verschil van mening over het beleid tussen Leefbaarheid en ook een aantal andere frakties, -zie pagina 3 van de Algemene Beschouwingen-, en het kollege. Eerst bezuinigen en daarna pas de tarieven verhogen. Leefbaarheid zegt, de kosten van woonlasten in zijn totaliteit en andere noodzakelijke basisvoorzieningen zijn voor onze inwoners dusdanig dat we die niet verder moeten verhogen. De vanaf de jaren zeventig tot half de jaren tachtig gegroeide subsidiestijgingen met betrekking tot de talrijke voorzieningen binnen onze gemeente, mogen ons inziens ook best eens een stapje terug. Hier en daar kan best wat franje af. Dat hoeft ook niet rigoreus te gebeuren, ook dat kan middels een gematigde verlaging. De tering naar de nering zetten. Als de gemeente minder geld binnen krijgt, dan kan ze toch gewoon minder geld beschikbaar stellen. Als het rijk meent een korting van de uitgaven op een bepaalde werksoort te moeten doorvoeren, dan vinden wij dat die korting daar in principe ook terecht moet komen. U zegt het zelf, dat is ook de keuze van Leefbaarheid. Wij menen dat we dat met een gerust hart aan de diverse instellingen kunnen vragen. Doe eens een stapje terug. Mochten, met rekeningscijfers in de hand, sommige verenigin gen of instellingen daar onoverkomenlijke problemen mee hebben, dan kunnen we dat alsnog bespreken. Uw beleidsvisie, het voeren van een zuinig beleid, -nogmaals noodzakelijk in deze tijd, dat onder schrijft ook Leefbaarheid-, willen wij ombuigen in een andere richting, door de raad de volgende motie voor te leggen. Leefbaar heid had het ook voor 1988 reeds zo gewenst, dat is niet haalbaar gebleken, zodoende hoopt zij op steun voor deze motie voor de toekomst De voorzitter: Ik lees de motie even voor. "De raad van Halste ren, in vergadering bijeen op 16 december 1987 spreekt de wens uit dat bij het ontstaan van tekorten in de toekomst allereerst gezocht wordt naar bezuinigingen in die sektoren waar het rijk kortingen oplegt en vervolgens een gematigde verlaging van andere voorzienin gen teneinde de woonlasten en basisvoorzieningen voor onze inwoners niet nog verder te verhogen. Mochten deze ombuigingen voor bepaalde diensten, instellingen of verenigingen tot onoverkomenlijke moei lijkheden leiden, slechts dan zullen we bij onze bewoners kunnen aankloppen voor lastenverzwaring. Ik neem aan door alle leden van Leefbaarheid bedoeld te zijn ondertekend. Die motie maakt verder deel uit van de beraadslagingen. Het lid MensOok namens de Werknemerspartij hartelijk dank voor Uw uitvoerige antwoorden op het door ons gestelde in onze Algemene Beschouwingen. Er is bij ons een vraag blijven liggen, dat was op -9- bladzijde twee van Uw antwoord. Daar zegt U dat er achterstanden weggewerkt moeten worden. Dat is prijzenswaardig, daar staan wij ook volkomen achter. Als ik het wel heb, dan is in de raadsvergade ring van 18 juni het aanbieden van de bedrijfs- en gemeenterekening geweest. Ook het benoemen van de kommissie van onderzoek heeft daar plaats gevonden en tot op heden is daar nog niets meegedaan. Dat is geen teken dat er haast gemaakt wordt om bepaalde achterstanden in te lopen. Ik wil alleen vragen, hoe komt dit. Tevens heeft U op die bewuste vergadering van 18 juni gezegd dat misschien de rekening van 1986 voor 1 januari 1988 vastgesteld zou worden. Dat heeft u toen voorzichtig gezegd. Wij willen gewoon vragen om uitleg waarom dat nog niet het geval is. Het lid Wiersema-DupréNamens de V.V.D. hartelijk dank aan het kollege voor de keurige manier waarop U het antwoord op de Algemene Beschouwingen uitgebracht heeft. Er blijft ons niet zoveel te vragen meer over. Op pagina 2 spreekt U over het inlopen van de achterstand bij het rekeningswerk en over het inhuren van extra personeel voor het geheel ongedaan maken van deze achterstand. Ik zou eerst willen stellen dat er nu toch ook ingelopen wordt. Hoe lang gaat het duren voor we, op deze manier voortgaande, uit deze achterstand zijn. Ten tweede wat is het kostenplaatje van inlopen op korte termijn. We kunnen dan bepalen wat het ons waard is om recente cijfers ter beschikking te hebben. Dan nog een keer de hondenbelasting. Natuurlijk moet de vervuiler betalen, maar de overlast beperkt zich tot misschien 10% van de hondenbezitters. Waarom moeten dan de andere 90%, die goedwillend zijn, hiervoor boeten. Ik zou graag in de loop van het komende jaar eens uitvoerig willen ingaan om dit op een andere manier te doen. De voorzitter: Het woord is aan wethouder van der Weegen, maar ik ga even in op het punt van Leefbaarheid, waar ze zeggen, wanneer hadden die voorstellen dan gedaan moeten worden. Dat is niet zo zeer alleen een financiële zaak, maar meer een kwestie van organisatie, van algemeen bestuurlijke zaken, daarom dat ik er graag eerst even op wil antwoorden. De heer Somers is daar nogal uitvoerig op ingegaan. Ik ga niet in op irritaties over en weer, die heb ik overigens niet alleen gekonstateerd aan deze kant van de tafel. Laat daar geen misverstand over bestaan. Daar praat hij niet over. Wanneer kunnen zulke voorstellen het beste worden ingediend? Wij zeggen inderdaad als ze eerder worden ingediend dan kan er beter over worden gediskussieerddan zou dat een zinvolle zaak zijn. Wij bedoelen daar mee, ik dacht dat U dat wel begrepen zou hebben, dat U via de Algemene Beschouwingen deze voorstellen ook kunt indienen. Dit jaar ging het anders dan in voorgaande jaren, maar wij vinden dat U in de algemene beschouwingen deze voorstellen reeds had kunnen doen. Dan had dat onderdeel uitgemaakt van ons antwoord. De andere frakties hadden daar ook hun reakties op kunnen plegen. Die waren dan voorbereid geweest op de voorstellen die U doet en dan had het op die wijze op een zeer zinvolle manier kunnen worden bediskussieerd. Dan hadden de andere frakties het ook met de achterban kunnen bespreken, die hadden er dan ook kennis van genomen. Als U dus in Uw algemene beschouwingen deze voorstellen tot bezuiniging reeds had gedaan. Op die wijze, vind ik als voorzitter, kan men serieus met de voorstellen van de diverse frakties omgaan. U hebt dat niet gedaan in Uw algemene beschou wingen, U zegt dan alleen we zullen voorstellen daartoe doen, maar U doet ze nog niet. U komt daar nu vanavond mee, terwijl dit de

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 152