-29- gen. Bij een kalamiteit zal dat misschien een te lange vaarroute zijn van daar naar hier, maar ik denk dat het rijk met hetzelfde gemak die overeenkomst kan maken met de firma Theunisse. Dat als er iets op doet, dat dan de firma Theunisse op kosten van het rijk direkt hulp kan bie den. Wij maken ernstig bezwaar om hier aan deel te nemen. Je weet wel waar je aan begint, maar weet niet waar je mee eindigt. Ik wil refe reren aan Uw woorden, die voor mij heel duidelijk waren, dat dit geen zaak is van de gemeente. Mij is ook bekend dat gemeenten al meer dan tien jaar deze problematiek aanhangig maken bij het rijk in casu de provincie. De voorzitter: De heer Roosenboom heeft gekonstateerd dat ik me in de vergadering van gemachtigden kritisch heb opgesteld. Op een bepaald moment kom je echter toch met een voorstel naar de raad als slot van de diskussie. Hetgeen hij hier naar voren brengt dat geeft een beetje mijn standpunt neer, met iets nuanceringen. Ik kom daar zo op terug. Mevrouw Frietman zegt, ik hoop dat het anders gaat als met de bosbrand- bestrijding waar een aantal gemeenten niet mee doen. Hier doen die ge meenten mee, die grenzen aan het Schelde-Rijnkanaal, dat zijn de zo genaamde gemachtigden. Die gemeenten moeten hier wel aan mee doen. Die hebben ook een taak op dat gebied. Het geldt niet voor een gemeente als bijvoorbeeld Roosendaal. Die staat er buiten. Bij de bosbrandbe- strijding is het ook zo, dat wordt samengewerkt tussen die gemeenten die bos in hun gemeenten hebben. Overigens ben ik van mening, U als raad ook wel, dat dit eigenlijk iets zou moeten zijn voor de geweste lijke brandweer. Dat vind ik eigenlijk voor zo'n zaak als het Schel de-Rijnkanaal ook. Dit is een regionale taak die eigenlijk toch meer bij de regionale brandweer zou thuishoren. Ik heb van mevrouw Frietman begrepen, dat ze zegt het moet gebeuren, dat kwartje is niet veel, we zijn er niet gelukkig mee, maar je kunt het risico niet lopen dat er niets gebeurt en daarom zijn we nu toch voor. Overigens hoeft er nu nog geen krediet van een kwartje te worden gevoteerd. Het verslag van de gemachtigden is alleen maar ter kennisname bij de brief van de firma Theunisse gevoegd. Hiervoor komen nog aparte voorstellen in deze raad. Zo heb ik het betoog van mevrouw Frietman begrepen. Zij zegt, wij zijn er niet gelukkig mee dat het een kwartje per inwoner kost, maar gezien de zaak waar het om gaat, gezien de veiligheid dat daar dan in elk geval wat aan gedaan wordt, vinden we toch dat het verantwoord is. Ze zegt ook reeds de heer Theunisse heeft een offerte gedaan, hier gaan we mee akkoord. Dat gaat wat ver. Wij vonden het erg hoog. Dat is overi gens een diskussie tussen het rijk en de heer Theunisse. Dan kom ik nu meteen terug op hetgeen de heer Roosenboom naar voren brengt. Het groot ste bedrag wordt door het rijk betaald. Wij geven een kleine bijdrage. Daarom dat het rijk in hoofdzaak die onderhandelingen voert met Theu nisse. Wat er ook uitkomt, dat kwartje per inwoner blijft gelijk. Hoe is dat tot stand gekomen dat kwartje per inwoner. Dat is iets waar U bedenkingen tegen heeft. Ik ook. Het rijk stelt zich op het standpunt, dan ga ik nu het standpunt van het rijk uiteenzetten, voor de goede dat is niet mijn standpunt, het rijk zegt, U heeft een uitkering uit het gemeentefonds en daar zitten bedragen bij om dit soort bijdragen te betalen. De één heeft dit en de ander heeft dat, we hebben allemaal van dit soort situaties binnen de gemeentegrenzen. Dat is in Halsteren weer anders als bijvoorbeeld in Arnhem, maar eenieder heeft zijn eigen za ken. Dat betekent dat zoiets in de algemene uitkering van het gemeen tefonds is begrepen en daarom is het redelijk, weliswaar dat niet die

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 143