v J :l; nsv n 1 iJSH£ixï ®.tx njotid at Termijnen kunnen gesteld worden, maar dit is geen fatale termijn. Het had natuurlijk best eerder gekund. Ik denk dat het door een andere prioriteitstelling even is blijven liggen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van burgemeester en wethouders. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE VIERDE WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN EEN AFVALSTOFFENHEFFING EN EEN REINI GINGSRECHT. Het lid Roosenboom: Het zal U bekend zijn dat de Groepering Leefbaar heid zich altijd verzet heeft tegen deze vorm van heffing. Wij zijn principieel tegen het systeem. Je zult zeggen, moet je dat dan elk jaar herhalen, dat zijn we ook geenszins van plan. Bij het invoeren van dit systeem is uitdrukkelijk gesteld dat die verhoging, -men sprak toen van 5% per jaar, maar in werkelijkheid is die verhoging hoger-, geen automatisme hoeft te zijn. De raad kan naar believen zelf beoordelen of men deze verhoging al of niet toepast. Er doen zich nu omstandigheden voor, maatschappelijk, dat de woonlasten voor de mensen bijna niet meer te dragen zijn. Dat geldt ook voor de inwoners van de gemeente Halste ren en het kerkdorp Lepelstraat. Van rijkswege worden er kortingen opgelegd. Kortingen die betrekking hebben op geen verhoging of zelfs verlaging van uitkering of salaris. Als de gemeente door blijft gaan die belastingdruk te verhogen, dan werkt dat voor de mensen die aan de rand van de maatschappij leven dub bel op. Vandaar dat wij vinden dat we dit jaar een pas op de plaats moeten maken. We zullen dan ook tegen deze verhoging stemmen. Het lid MouwsWij willen ons conformeren aan eerder gemaakte afspra ken. Alleen wil ik graag de mening horen van het kollege wat betreft het dekkingspercentage. Wij zouden eigenlijk voor willen stellen om het dekkingspercentage sneller te verhogen. Daardoor worden de tarieven ho ger. Het is geenszins de bedoeling om de mensen meer geld uit hun zak te kloppen. Wij zouden dat willen vereffenen met het percentage verho ging van de onroerend-goedbelasting zoals voorgesteld in de begroting. Graag Uw mening hierover. De argumentatie is als volgt. Intern zal het ook bekend zijn, dat er door het Streekgewest ijverig gezocht wordt naar een nieuwe stortplaats. Uit krantenpublikaties weten we dat de Gedeputeerde met zijn verbrandingsovens rond reist. Ook wij zullen niet aan het feit ontkomen dat de tarieven in de komende jaren erg snel omhoog gaan. We willen de mensen nu een beetje gewennen aan een geleide lijke verhoging, wennen aan zeker een hoger bedrag. Wij vermoeden, wij hebben het angstige vermoeden dat we toch in de orde van grootte moeten spreken van bijna een verdubbeling van het huidige bedrag. Dan denk ik dat het aldus een beetje prettiger overkomt. Men gewent de mensen er langzamerhand aan. En nog eens een keer, via de vermindering of een lagere verhoging van de onroerend-goedbelasting zou het een zelfde effekt hebben op onze begroting. Het lid van Eekelen: Inhoudelijk zijn wij het nog niet zo oneens met Uw voorstel. Alleen het voorstel als zodanig vinden wij eigenlijk niet op het juiste tijdstip gekozen. Volgende maand stellen wij de begroting vast. Als wij die begroting dan vast stellen en men vindt in meer derheid in de raad dat er best een bepaalde bezuiniging toegepast zou kunnen worden, dan ben je vooraf de zaak al aan het verhogen. Ik denk dat het zo zou moeten zijn dat je de begroting vaststelt en daar aan gekoppeld eventuele verhogingen om je begroting sluitend te maken. U kunt zeggen, we hebben de kommissie gehoord, maar daar wordt geen be- i-TOOV I >j8/U( >f 3; £bfiftr iVM I iSj uir jib nsidb 1 J 6

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 117