band de bouwondernemer, daar is geen sprake van. Dat gebeurt
normaal met een artikel 19 procedure wel.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
2. GEBIED TER HOOGTE VAN STEENBERGSEWEG 67;
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
3. GEBIED TER HOOGTE VAN SCHOUTENPAD.
Het lid Roosenboom: U overlegt bij de stukken het schrijven dat
twee personen akkoord gaan met de voorwaarden en al wat er aan
vooraf is gegaan. Ik begrijp niet waarom U de raadsstukken zo
onvolledig ter inzage legt. Hebben de raadsleden niet het recht of
de plicht om te weten wat de kondities zijn en de betreffende
korrespondentie. U legt alleen de brief van beide betrokkenen ter
inzage. Het is mij bekend dat er een verzoek is van een partiku-
lier om een garage te bouwen. Uit niets blijkt of die tien garages
nu door een aannemer worden gebouwd en dat die partikulier er een
van kan kopen of mag die partikulier zelf die garage bouwen en
bouwt de aannemer er negen. Dat stuk informatie wordt je als
raadslid onthouden. Dat is niet de eerste keer, dat komt bijna
elke raadsvergadering terug. Ik zou toch willen vragen de zaken
die U als portefeuillehouder aangaan, om die toch van te voren
zorgvuldig bij het ter visie leggen van de stukken, althans voor
de raadsleden, er bij te leggen, om zo een goed oordeel te kunnen
vormen omtrent het voorstel, wat U aan de raad voorlegt.
De voorzitter: Er liggen twee brieven bij, van een partikulier
om een garage te bouwen en van de bouwonderneming ligt er een
brief bij dat hij negen garages wil bouwen. Er liggen twee brieven
bij. Het is dus bekend dat de aannemer de overige negen garages
wil bouwen. Dat staat er uitdrukkelijk bij. Op grond daarvan nemen
wij het voorbereidingsbesluit en voorts is hier ook uitvoerig over
gesproken in de kommissie Ruimtelijke Ordening. Ik mag aannemen
dat de kommunikatie zodanig is dat wat daar besproken wordt dat
dat ook wordt doorgegeven. Als U de stukken inziet en U denkt dat
U bepaalde informatie niet heeft, als U dat denkt, U veronderstelt
dat ook, U geeft dat nu aan, ik heb dat vaker gezegd, kom dan
alstublieft even bij de sekretaris of bij ondergetekende dan zul
len die stukken worden aangevuld. De sekretaris doet zijn uiterste
best samen met de ambtenaren om de stukken zo goed mogelijk er bij
te doen. Het kan altijd zo zijn dat een stuk dat U ook graag had
gezien er niet bij zit. Kom dan even langs, de deur staat altijd
open. Dat heb ik vaker gezegd. Het kan gebeuren, nogmaals het is
niet de bedoeling om het achter te houden, daar is geen sprake van.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
VOORSTEL TOT HET AL DAN NIET IN BEROEP GAAN TEGEN DE BESLISSING
VAN GEDEPUTEERDE STATEN T.A.V. HET BESTEMMINGSPLAN DE SCHANS
1983.
De voorzitter: Dat moet vrij snel gebeuren want binnen een maand
moet het beroepschrift worden ingediend.We hebben dit in eerste
instantie doorgesproken in het college met de ambtenaren. De stede-
bouwkundige heeft daar ook alsnog zijn kommentaar op gegeven. Nu
blijkt met name als het gaat om blok "a" waar voor een gedeelte
-7-
goedkeuring aan is onthouden, om milieuhygiënische redenen en een
gedeelte van groenlob ook om milieuhygiënische redenen deze onthouding
goedkeuring niet terecht is. Zo'n zonering kan namelijk alleen van
toepassing zijn als er sprake is van een intensieve veehouderij. Een
intensieve veehouderij is daar echter niet mogelijk omdat het een
waterwingebied is. In een waterwingebied is intensieve veehouderij
niet toegestaan. Wat ik U nu vraag is, om naast de geformuleerde
bezwaren in het voorstel, ons ook de ruimte te geven om op het
onderwerp van de zonering in ons beroepschrift in te gaan. Dus ook in
beroep te gaan tegen de onthouding goedkeuring gedeelte lob "a" en de
groenstrook. Verder die weg die men rechtdoorgetrokken wil zien. Bij
ons in het plan liep die weg meer naar het oosten en daarna weer naar
het westen. Daar zitten behalve het punt van de ontsluiting van de
woonwijk ook een aantal verkeerskundige aspekten aan. Dat er verkeers
kundige aspekten aan vastzitten blijkt eigenlijk nog niet voldoende
uit ons raadsvoorstel. Wel uit het stuk dat ik nu vandaag nog van de
heer Kuypers kreeg, waar hij er op wees waarom die weg zo is gepland.
Daar zitten dus ook verkeerskundige aspekten aan vast. Ik zou willen
vragen om ook die ruimte te geven om in het beroepschrift ook op de
verkeerskundige aspekten van die weg in te gaan. Dit als toevoeging op
dit voorstel.
Het lid van Eekelen: Twee informatieve vragen. De eerste vraag is,
als wij in beroep gaan moet dan, als het plan niet onherroepelijk
goedgekeurd is, -voor een gedeelte is het wel goedgekeurd-, moet je
daar dan ook artikel 19 op toepassen? En de volgende vraag is, hoe
lang duurt zo'n procedure die U nu aangaat. Ik kan goed begrijpen dat
U niet exact kunt zeggen, dat duurt twee dagen en drie weken, maar ik
vraag om een indikatie.
Het lid Roosenboom: U vraagt aan de raad om ruimte. Die ruimte
krijgt U van mij gegarandeerd niet. Het enige wat er ter inzage ligt
is het verhaal van de provincie. Daar wordt gesproken over artikelen
die strijdig zijn met de voorschriften. Er wordt gesproken over geel
omlijnde gebieden en blauw omlijnde gebieden. Er ligt geen tekening
bij en er liggen geen voorschriften bij. Geen enkel raadslid kan een
zinnig iets uithalen uit deze stukken. Of dat nu bewust gebeurt of
onbewust, het heeft geen enkele zin om over zo'n onderwerp te dis-
kussiëren. Ik heb woensdagavond daar nog een paar uur van mijn beste
tijd aan gegeven. Je probeert daar nog iets uit te halen. Ik heb
dinsdagmiddag nog een opmerking gemaakt tegen een ambtenaar. Ik vind
dat de raad het recht heeft om, als zo'n zwaar punt aan de orde komt,
alle informatie te krijgen. U zegt nu zelf, staande de vergadering,
dat er vandaag een schrijven binnengekomen is van de stedebouwkundige
die ook nog een andere visie geeft. Overigens hebben we enorme grote
problemen als een partikulier die daar woont een bezwaar indient bij
de raad en de raad gaat niet in op het bezwaar, waarna de persoon in
kwestie in beroep gaat bij Gedeputeerde Staten en hij wordt dan
gedeeltelijk in het gelijk gesteld, dan voel ik mij niet geroepen om
dan tegenover die persoon nog eens bij de Kroon te gaan procederen, om
die burger dan het recht wat hij heeft hem te ontnemen. Ik zal in
ieder geval stemming vragen. Ik zal zeer zeker tegen stemmen en ik
hoop ook heel de fraktie, omdat hier ook weer onvoldoende stukken
aanwezig waren om een goed oordeel te kunnen vormen over dit belang
rijke agendapunt. Ik pas er voor. Dan zult U wel weer met hetzelfde
verhaaltje komen over de kommissie Ruimtelijke Ordening, maar daar heb
ik totaal geen boodschap aan. Ik zit hier als gemeenteraadslid. In de
kommissie van advies en bijstand en hier zijn er de beraadslagingen,
maar hier vallen de beslissingen. Ik vind dat U veel te veel gewicht