-40- doeling, dat is de bedoeling van het kollege, niet meer dan dat. Dan kunt U wel zeggen dat is toch afgesproken en dat is toen toch gezegd. Bijvoorbeeld bij Jankenberg waar we het hebben toegepast. Niet echter alleen bij Jankenberg, ook bij andere bestemmingsplannen. Ook andere bestemmingsplannen, die daarna zijn vastgesteld. Dat waren echter geen soortgelijke plannen als het Verduinsbos. Bij soortgelijke bestemmings plannen als Jankenberg en Zuid-West en dergelijke is het wel toege past. De raad heeft dus wel eens vaker die 6 meter zo vastgesteld. Dat is geen punt. Het ging dan echter om soortgelijke bestemmingsplannen als Zuid-West. Ik ben wat uitgebreid in mijn antwoord, maar ik vind dit noodzakelijk, omdat het anders net is of we een beleid voeren waar we de mensen niet ter wille mee zijn. Wij zijn dacht ik vrij soepel in het toepassen van de bestemmingsplan bepalingen. Alleen in dit geval is het echt een bewuste keus om dat zo op deze manier te doen, juist gezien de intensieve wijze van bebouwing van het Verduinsbos. Mis schien kan het ook wel zo zijn, dat zie ik wel als oplossing in het Verduinsbos, dat wil ik vast als voorschotje geven, dat je onderscheid kunt maken in degene die aan de rand woont en de rest. Dat zou je eventueel kunnen doen, dat gebeurt wel eens vaker in bestemmingsplan nen dat dat onderscheid wordt gemaakt. Dat moet je echter ook goed afwegen. Dat als antwoord hierop. Ik hoop toch dat we zo op een even wichtige wijze tot besluitvorming kunnen komen. Als raad een bouwver gunning afgeven wat indruist tegen het bestemmingsplan, daar moet een raad nooit aan beginnen. Dat vind ik zeer onjuist, vooral nu deze positieve opstelling er is van ons, om dit echt goed te bekijken. Dan denk ik dat je formeel niet een besluit moet nemen over iets wat niet mag. Daar moet ik U voor waarschuwen, dat moet U niet doen, dat is onverstandig. Dit als antwoord. Ik denk dat ik de heer van Eekelen wel meteen beantwoord heb. Ik wees met name op de precedentvorming. Wij willen dit in redelijkheid benaderen, echt. Dit is met de hand op ons hart. Dat is geen slip of the pen, we hebben dit bewust zo gedaan. De wethouders weten dit, we hebben daar toen vrij uitvoerig over gesproken. Dat is bewust gebeurd. Het lid Roosenboom: Ik heb U wel eens meer horen praten, maar hier kan ik geen touw aan vast knopen. Ruimtelijke Ordening is natuurlijk ook een vak en dat is niet iedereen gegeven. U spreekt zelf dat er in het Verduinsbos grotere woningen staan, maar het zijn allemaal een heidsworsten. Het zijn allemaal woningen van 6 x 10. De een is iets anders van vorm als de andere. Dat zijn de kavels en dat zijn de maten die in dat bestemmingsplan worden toegestaan. Elke keer zegt U, wat de heer van Lier krijgt dat moeten we de anderen ook geven. Het is net andersom. Ik heb heel uitdrukkelijk in mijn eerste betoog gezegd, dat misschien wel 80% van de woningen die in het Verduinsbos staan, al die overschrijding heeft. Er is geen rekening gehouden met die 10 meter. De voorzitter: Dit is geen overschrijding. Er is toen in het plan reeds vastgesteld voor die kavels dat dat mocht binnen het bouwplan. Het lid Roosenboom: Dan zal ik het nog duidelijker vertellen. Het is zelfs zo, dat is dan een fout die de stedebouwkundige heeft gemaakt, dat in het Verduinsbos er twee verschillende bestemmingsplannen zijn geweest. Er is later een stuk bijgesitueerd. Dat is een aparte proce dure geweest. Daar heeft de stedebouwkundige de fout gemaakt, of niet, dat is nu niet ter diskussie, dat die vrijstellingsbevoegdheid van 3 meter niet expliciet in de voorschriften zat. Toch heeft het kollege ook in de periode dat ik daar funktioneerde gezegd, dat kun je ten opzichte van de andere bewoners niet doen, de buurman wel en de ander niet. Ik beweer dat er in Verduinsbos diverse woningen zijn, als die

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 168