rib: 97? vj rrsr A I9S". -18- onderzoek plegen wat de gang van zaken is en laten we er zo snel mogelijk op terug komen. De wet moet op 1 augustus dit jaar in gaan. Ik denk dat het bij de begrotingsbehandeling een heel belangrijk punt wordt, want ik ben het met ieder eens die vanavond gepleit heeft om deze ouders te ontzien. Daar zijn wij het roerend mee eens en we zul len er ook alles aan doen om te voorkomen dat deze ouders financieel extra lasten krijgen. Ik vind duidelijk, dat moet je gewoon even rustig kunnen bekijken en wij vinden dat dat bij de begrotingsbehan deling, omdat het in augustus ingevoerd moet worden, dat dat kan. Wethouder van der Weegen; Er zijn een hele hoop argumenten op tafel gebracht die ook in het kollege uiteraard een rol hebben gespeeld en daar ook over tafel zijn gegaan. Meneer Somers, om daar maar mee te beginnen, heeft het ook heel duidelijk aangegeven. Alleen je zit met een taak die opgedragen wordt. Hij heeft dat aangegeven. Wat dat aangaat is het niet zo dat de gemeente zonder meer een vrije keuze heeft. De regeling is gebaseerd op het feit, dat hij ook aangegeven heeft, gelijke mogelijkheden in het verkeer. Duidelijk niet gelijke mogelijkheden in onderwijs, waar uiteraard wel het verhaal van de heer Somers enigszins op gestoeld is. Wanneer je spreekt over, men is in een achterstandspositie, dan wordt dat met name bepaald op een ander gebied. Het hoeft niet persé het gebied te zijn van verkeer waar deze regeling op gebaseerd is. Hij heeft ook een relatie gelegd met het balletonderwijsHet is denk ik terecht dat hij die opmerking maakt. Het is zo dat we een andere regeling hadden waar het balletonderwijs aan is opgehangen. Dat is op zich een heel ander argument wat in dat kader gebruikt is wat zeker niet in relatie met dit gesteld moet wor den. Het voorstel wat wij hier op tafel hebben liggen is het maximale op dit moment wat je als gemeente vast kunt stellen. Helaas zeg ik daar nadrukkelijk bij. Hij heeft nog aangegeven dat men minstens f 200,— bij moet betalen. Ik denk dat dat andersom is. Men moet maxi maal f 200,bijbetalen in bepaalde omstandigheden. Het is toch goed om dat even te herstellen. Hij stelt voor om de passage omtrent de financiën weg te laten en aan provinciale staten voorstellen te doen. Ik denk dat het verstandiger is om deze regeling vast te stellen, best te laten horen op de gebieden waar je het kunt laten horen, dat je vindt dat je het oneens bent met deze regeling. Ik verwacht dat het weglaten van een bepaalde bepaling, met name deze bepaling, dat dat konsequenties heeft voor de goedkeuring van de verordening op zich. Meneer van Eekelen heeft aangegeven dat wat hem aangaat, hij het in grote lijnen eens is met de heer Somers. Ik heb ook aangegeven dat die argumenten uiteraard ook voor de mensen in het kollege spelen en ook voor de andere raadsleden, zeer zeker. Wanneer je dat gevoelsmatig benadert, dan denk ik dat heel veel mensen in de problemen komen. Hij heeft gezegd f 27.000,—. Van hogerhand is die grens daar getrokken. U weet zelf de diskussies die bij de rijksoverheid plaatsvinden over wat zijn minima. Dat zijn inmiddels echte minima geworden. Als je in aan merking wilt komen voor een extra uitkering, dan moet je inmiddels een dubbel echte minima zijn. U begrijpt wel waar die grenzen vandaan komen. Wij kunnen er wel een aardig verhaal over ophangen maar daar komt die f 27.000,— natuurlijk bij om de hoek kijken. Hij heeft ook nog even aangegeven de meest zwakke wordt nu opnieuw gepakt. Als je dat zo zegt dan lijkt dat heel simpel, maar het is zo dat de meest zwakke op dit gebied in het onderwijskader, als kind zijnde, natuur lijk niet in hoeft te houden dat de positie van de ouder op zich ook een zwakke, financieel gezien, moet zijn. Ik denk dat die relatie niet zonder meer te leggen is. Het is duidelijk de zorg die de ouder hee t voor het kind. Daar wordt met deze regeling op ingespeeld.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 116