-18- f 1.000,op bezuinigen. Deze kosten zijn allemaal organisatiekosten. In het totaal kom je dan op een bezuiniging van f 35.816, Nu weet ik uit de lijst van de te subsidiëren bedragen dat het kollege daar al f 5.000,afgehaald heeft. Maar dan resteert toch nog een te bezuinigen bedrag van f 31.000,Als dan de stichting Opbouwwerk op de voorgestelde wijze gaat reorganiseren, dan kunnen er eigenlijk nog wel wat bezuinigingen aangebracht worden. In het aktiviteitenplan verdwijnt dan de cursuswijzerde vrijwilligersvakaturebank, de aktiviteit bewaakte fietsenstalling bij de stichting Opbouwwerk, de wijkaktiviteiten verdwijnen en het onderzoek naar allerlei andere zaken verdwijnt. Totaal bij de aktiviteitenpost is dat f 11.340, Ze hadden een subsidiebedrag staan van f 12.951,Dan blijft er nog f 1.500,over voor de resterende aktiviteiten die nog ontwikkeld moeten worden. Ik zou de raad toch willen wijzen op de waarde die men moet hechten aan afspraken uit het verleden. Afspraken die enkele jaren geleden gemaakt zijn, maar ook zeer recente afspraken. Wij als leden van de raad worden door de voorzitter en door het kollege vaak terecht aan afspraken uit het kollege herinnerd. Heel het leven bestaat uit afspraken. Stel je voor dat iedereen, ondanks afspraken, zomaar doet wat op een bepaald moment te pas komt. Ik denk dat het dan ook niet past om dit voorstel van het kollege, c.q. van het Opbouwwerk, op deze wijze te ondersteunen. Afspraken worden geschonden. Ik kan niet anders dan konkluderen,- ik zal heel voorzichtig zijn in mijn uitdrukkingen, maar laat me het beestje dan toch maar bij de naam noemen,- dat er maar een doel is: de opbouwwerker moet verdwijnen. Ik vind dat dat niet moet gebeuren over de rug van een groot aantal vrijwilligers. Niet over de rug van S.K.W., die in een opbouwfase verkerend na twee jaar ploeteren om het sociaal kultureel gebeuren weer op te bouwen, op deze wijze in de steek gelaten wordt. Het zou niet fair zijn. Ik denk daarom dat er ook nettere oplossingen zijn. De werksfeer tussen het bestuur en medewerkers onderling bij de stichting Opbouwwerk is zo helaas grondig verpest. Ik begrijp heel goed, dat zachte heelmeesters alleen maar onwelriekende wonden veroorzaken. Ik vind dat 80 uur beroepskracht gehandhaafd moet blijven. Er is volop werk te doen, zowel in Halsteren als in Lepelstraat. Het Opbouwwerk moet weer opgebouwd worden. Het voorstel wat ik daar straks noemde onder, dat biedt daartoe de mogelijkheid: Een vrijwillige afvloeiing van de opbouwwerker, net op tijd, door middel van sollicitatie of omscholing eventueel met gebruikmaking van de wachtgeldregeling, is denk ik, gezien de huidige omstandigheden, haalbaar. Het lid van Eekelen: Toen ik de stukken zag, vooral die van twee dagen geleden, toen dacht ik, de Werknemerspartij heeft de plank nog niet zo ver mis geslagen met de Werknemerspartij. Als het Opbouwwerk en de gemeente vier maanden geleden reële gesprekken hadden gevoerd, dan had al die toestand niet gehoeven. Dan had het resultaat, wat hier nu voor ligt, ook bereikt kunnen worden. Men vond dat men toch, -de heer Somers heeft het ook al gezegd-, ten koste van alles de opbouwwerker weg moest krijgen en dan gaat dat ten koste van veel, in onze ogen ook te veel. De manier waar vorige raadsvergadering gezegd werd dat wij met de personele bezetting niets te maken hebben als raad zijnde verbaast mij dan ook mede gezien de laatste alinea waarin men vraagt om de urenverdeelsleutel van de stichting Opbouwwerk goed te keuren. Een maand eerder mocht je er nog niet over praten, want dat was des opbouwwerks. Nu vragen ze om de goedkeuring ervan. Gezien dit plan, gezien de urenverdeling die Lepelstraat voor de begeleiding van S.K.W. ten deel valt, vinden wij dat er ook wel te eenzijdig bezuinigd -19- is. Zoals de heer Somers zegt, de een levert zes uur in, de ander levert er zeventien in. Dan kan het best zijn dat er binnen die vrouwenaktiviteiten, binnen het jongerenwerk, van die twaalf uren en zo, misschien ook daar gedeeltelijk voor in Lepelstraat gewerkt zou moeten worden. Als dat zo is, dan mag je dat er ook wel bij zetten. Dan is het geen vier uur S.K.W.maar dan zijn het er misschien wel vijftien of twintig. Dan zou ik daar misschien nog enige vrede mee kunnen hebben. De situatie zoals die er nu ligt kan gewoon niet anders meer. Gezien de menselijke omstandigheden kan hij gewoonweg niet meer funktioneren. Dat heeft hijzelf ook gezien. Onder zo'n klimaat valt niet te werken, ook geen twintig uur meer. Ik denk, hemzelf vragende, dat hij er gelukkig mee is dat hij eindelijk van die rompslomp af is en dat hij nu de kans krijgt op een fatsoenlijke wachtgeldregeling, zo dat hij weer kan gaan studeren en proberen elders aan de slag te komen. We zullen er niet veel woorden meer over vuil maken. Wij hebben dat de vorige keer gedaan in een sfeer die niet zo prettig was. Maar ik vond, ook gezien de manier waarop er eigenlijk gemarchandeerd is, - o nee, dat is een gevaarlijk woord-, dat men toch geprobeerd heeft, toch zeker vanuit het Opbouwwerk, kost wat kost de man te spelen, daarbij dit totale plaatje vergetend, dat heeft mij toch erg pijn gedaan. Als er een betere verklaring komt voor de in te vullen uren van Lepelstraat dan zijn wij zelf bereid er eindelijk een dikke streep onder te zetten en met Uw voorstel mee te gaan. Alleen jammer, het had er vier maanden geleden kunnen liggen. Dan was er minder stampei geweest Het lid MouwsWat is er eigenlijk nog aan toe te voegen. Dat wat de heer van Eekelen in laatste instantie zegt dat de uitslag, de uitkomst toch een goede zaak moet zijn om opnieuw te kunnen beginnen. We hebben de vorige keer al gezegd, -ik denk dat dat toch de heer Somers te veel ontgaat-, waar niets is daar verliest de koning zijn rechten. Iedere keer opnieuw zul je tussen wenselijkheden en mogelijkheden een weg moeten vinden. Het is altijd goedkoop om als betrokkene bij een bepaalde fase, of een bepaald deel wat zich Opbouwwerk noemt, om daarbij een begroting van een andere groepering aan te passen en daar puntsgewijze kritiek op uit te oefenen en te zeggen het had goedkoper gekund. Ik vind dat erg goedkoop. Ik zou van de andere kant best ook een aantal zaakjes aan kunnen dragen waarvan ik denk, daar schieten we weinig mee op. Het is een goede zaak als je om kunt gaan met de financiële middelen zoals het hoort en dat je op de eerste plaats probeert opbouwend mee te werken. Ik vind dat de stichting Opbouwwerk Halsteren duidelijk die taak op zich genomen heeft. Het is altijd goedkoop om te zeggen, ze hebben dit of dat. Zij zijn voor het blok gezet. Enerzijds door ons, maar via de rijksoverheid. Zij krijgen minder centen en moeten daarmee proberen zo goed mogelijk te werken. U heeft zelf in Uw brief duidelijk gesteld, het aantal uren wat hier gegeven wordt. Ik vind het veel te voorbarig om te zeggen, je moet even kijken, want het is zoveel uur dit en zoveel uur dat. U schrijft duidelijk, dit aantal uren is indikatief, het is een voorzetje. Hoe het er uiteindelijk uit zal komen te zien, dat zullen we in de komende maanden bekijken. Ik vind dat hier met respekt gewerkt is en ik vind nog steeds dat hier te gemakkelijk, -in eerste instantie al door de raad-, namen genoemd zijn en zaken over tafel gegooid zijn die voor ons niet gehoeven hadden. Het is triest dat het moet gebeuren. Met de heer van Eekelen ben ik van mening nog eens een keer een grote streep er onder en laten we samen proberen om opbouwend te beginnen.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1987 | | pagina 10