-44- voorgestelde Brinkman korting op de sektor welzijn te verhalen. De opmerking, korten op de post waarop de subsidie betrekking heeft, getuigt volgens onze fraktie van weinig solidariteit. Wethouder van der Weegen: In eerste instantie de heer van Eekelen. Hij heeft gezegd, de grond valt weg onder het voorstel van het kollege. Althans zo heb ik zijn woorden geproefd. Ik denk dat het kollege zich in het verleden nadrukkelijk heeft gedistantieerd van datgene wat door de Werknemerspartij naar voren gebracht wordt als zijnde de grond van dit voorstel. Die koppeling is in de raad in het informele circuit zeker door de Werknemerspartij gelegd, maar door het kollege altijd tegengesproken, ook in het openbaar. Ik denk dat het a) een prima zaak is, maar b) ook zo gemeend is. Hij heeft betoogd, 20 uren moeten er bij bij S.K.W.. Ik heb ook nog gehoord onder het bestuur van S.K.W.. Ik denk dat we daar nu even niet over moeten diskussiëren. Daar hebben we in het verleden afspraken over gemaakt. In principe hebben we afgesproken de volledige arbeidsinbreng vanuit ëén stichting te doen. Dat is destijds ook ondersteund door de meerderheid in deze raad. Dat heeft tot op heden prima gewerkt. Over de verhouding die de heer van Eekelen aangegeven heeft, daar ga ik verder niet op in. Ik vind niet dat dat hier aan de orde is. We hebben het hier over de subsidiëring van het Opbouwwerk en niet over de situatie werkgever-werknemer. De heer Somers heeft aangehaald niet specifiek op het Opbouwwerk korten, maar in zijn algemeenheid. Dat is de stelling van Leefbaarheid. Dat is inderdaad de stelling geweest van Leefbaarheid in deze periode. Wij hebben ook periodes daarvoor gekend, waarin Leefbaarheid met name, een heel andere visie had over Opbouwwerk. Dat moet ik dan ook aan geven. Hij heeft gelijk wanneer hij zegt, dat sinds het kollege met een voorstel gekomen is, dus vanaf september, dat dat inderdaad de visie van Leefbaarheid is geweest. Dan heeft hij daar gelijk in. In het verleden zijn er wel eens andere uitingen vanuit die kant gedaan. Hij zegt, je moet de instelling de kans geven. Ook hij weet drommels goed dat er in het verleden problemen geweest zijn bij de betreffende instelling en dat die problemen in elk geval niet weggepoetst worden als je daar niet bepaalde maatregelen neemt, maar dat die problemen dan blijven bestaan. Het probleem is niet om f 29.000,te bezuinigen, maar dat er andere problemen zullen ontstaan wanneer je daar niet een totale korting daar toepast. Ik heb dat ook in het verleden een paar keer zo uitgesproken. Hij zegt, je zou het over het totale Welzijnsplan moeten spreiden, sport en rekreatie noemt hij daarbij. Het is natuurlijk zo, dat we in onze gemeente een aantal verordeningen hebben waarop subsidies gestoeld zijn. Dat is een prima zaak. Die zijn destijds met het Welzijnsplan voor vier jaren vastgesteld en daar kunnen een aantal instellingen en verenigingen een bepaalde rechtszekerheid uit halen. Ik denk dat het niet zo maar een, twee, drie te zeggen is, hier is het te halen en daar is het te halen. Er zijn verordeningen waarin bijvoorbeeld percentages genoemd worden van kontributiespercentages van bepaalde vergoedingen die betaald worden. Er wordt gesubsidieerd vanuit diverse invalshoeken. Het is dus niet zo maar even te zeggen hier kun je het halen. Dat heb ik in de kommissie ook al eens gezegd. Er is een beperkt aantal posten waarop je dat kunt halen. Het zijn die instellingen die gesubsidieerd worden op basis van een begroting. Inderdaad in relatie tot die instelling kun je bezuinigingen aanbrengen, mits je daar goed mee overlegt. Ik heb daar straks ook aangegeven dat dat ook gebeurd is bij de bibliotheek. Het is zeker -45- niet zo dat je even kunt delen het totaal bedrag in het welzijnsplan en dat daar een percentage uitkomt, dat je dan zo toe kunt passen. Meneer Mouws heeft als zodanig aangegeven het kollegestandpunt te delen. Hij heeft daar ook wat motivering voor aangegeven. Het is een goede zaak dat wanneer dergelijke verschijnselen zich voordoen, dat er dan keuzes gemaakt worden. Ik denk dat de raad zich dat ook goed moet realiseren. Je moet niet overal zo maar stukjes afsnijden, want dan kun je wel eens het totaal wegsnijden of beschadigen. In elk geval, dat het totaal van sociaal kulturele aktiviteiten daar nadrukkelijk onder gaat lijden en dat is ook de motivering geweest van het kollege. U heeft dat ook allemaal uitdrukkelijk kunnen lezen, dus ik hoef dat ook niet uitvoerig te herhalen. De heer Graafmans heeft gezegd, die 60 uren zouden moeten blijven. Ik wil hem in dat kader alleen in herinnering roepen dat in hetzelfde welzijnsplan wat hier ligt, dat wij ook in elk geval voorstellen om 40 uur W.S.W. in het kader van sociaal kulturele aktiviteiten te subsidiëren. Er is toch een bepaalde tegemoetkoming, met name naar richting S.K.W. toe waar ook andere sprekers wat over gezegd hebben. We hebben daarin in elk geval een gebaar naar toe gedaan, naar S.K.W. in het kader van die W.S.W.die wij voorstellen om mee te subsidiëren. Je zou inderdaad met de stichting Opbouwwerk om de tafel kunnen gaan zitten, hoe die 60 uur ingevuld moeten worden. U weet, ze hebben op dit moment 80 uren professionele werkers in de sfeer van het Opbouwwerk en het sociaal kultureel werk. Ze hebben daarnaast ook nog 21 administratieve uren. Je zou daar misschien in overleg nog wat aan kunnen doen. Nogmaals U moet goed voor ogen houden datgene wat ik net nog bij de beantwoording van de heer Somers gezegd heb; dat je toch moet onderkennen dat er problemen zijn. Het kollege heeft dat ook aangegeven. Het kollege worstelt daar ook al een aantal jaren mee en zegt, op basis daarvan dat je de minste schade toebrengt aan het totaal van aktiviteiten, als je deze maatregelen neemt. Als kollege, en zeker ook als wethouder, sta je daar volledig achter. Het lid van Elzakker; Ik kan eigenlijk heel kort zijn. Ik stel mij volledig achter de zienswijze van de heer Mouws. Ik vind dat als er ergens een abces zit dat ter plaatse volledig moet worden weg gesneden en niet uiteindelijk proberen een stuk te laten zitten, want dan wordt het alleen maar erger. Ik ben voor het voorstel van B&W. Het lid Somers: Ik luister met genoegen naar de heer van Elzakker. Maar wanneer ik met mijn motorjacht van 1,5 miljoen, —in dit geval het Opbouwwerk van 2 ton-, op de Oosterschelde vaar en er liggen twee motoren in, en de ene hapert een beetje, dan red ik dat schip niet door de motor over boord te gooien. Ik denk dat het voorstel van Leefbaarheid, om niet in uren maar in geld te bezuinigen, beter is dan sec in uren te bezuinigen. Ik herhaal wat ik daar straks in eerste instantie zei. Je geeft dan namelijk het bestuur de kans om zelf de bezuinigingen aan te brengen. Ik denk dat dat een eerlijke zaak is. Toen twee jaar geleden het Opbouwwerk stuurloos was, toen heeft Leefbaarheid gezegd, breng het maar onder bij de gemeente, laat de gemeente het maar in handen nemen, sociale zaken of iets dergelijks, zodat je er meer grip op hebt als overheid als het dan al slecht mocht gaan. Het ging inderdaad slecht. Dat moet ik de wethouder ook toegeven. Je poetst nogmaals de problemen niet weg door die 40 uur, daar praten we nog steeds over, de helft blijft maar over. Als je dan dus de taken van het Opbouwwerk, die aangegeven worden en waar steeds in de begeleidingsbrief over gesproken wordt en waarin in het antwoord op de algemene beschouwingen steeds over wordt gesproken. Meneer Sinke

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1986 | | pagina 86