-10-
hetzelfde percentage. Wat dat aangaat maakt het niet zoveel verschil.
Wij hebben aangegeven waarom de saldi-reserve. Het argument wat meneer
van Eekelen noemde, wat dacht ik ook door meneer Somers en Graafmans
ondersteund werd, van dan blijf je die rente inderdaad konstant
houden, dat vind ik persoonlijk niet zwaarwegend. Wel is het zo dat
die ene reserve eerder of in eerste aanleg aangesproken zal worden,
indien de gemeente in de toekomst met tekorten te maken zal krijgen.
Met betrekking tot de winstdeling. Ik weet niet of ik dat ook zal
beantwoorden naar de heer Somers toe. Men heeft gezegd, de P.N.E.M.
heeft een andere mening. Met de P.N.E.M. hebben we dacht ik een goede
afspraak over de winstuitkering. Het is alleen zo, als de marge tussen
de inkoopprijs en de verkoopprijs, die enerzijds door de VEGIN en de
Gasunie vastgesteld worden en door de minister van Economische zaken,
als die marge wegvalt, dan komt de zaak heel anders te liggen. Met de
P.N.E.M. hebben wij in principe een afspraak, die zo het er nu naar
uitziet, eeuwigdurend zal zijn. Nogmaals, de P.N.E.M. heeft daar niet
het laatste woord in.
De voorzitter: Ik heb daar niet zoveel aan toe te voegen. Het waren
hoofdzakelijk financiële vragen. De lof die toegezwaaid is aanvaard ik
gaarne, maar ik wil dat graag namens het kollege doen. Ik kan U verze
keren dat alle leden van het gehele kollege een bijzondere bijdrage
hebben geleverd in de onderhandelingen, niet alleen ik persoonlijk. Ik
heb er behoefte aan om dit even hier naar voren te brengen.
Wie wenst hier in 2e instantie het woord over? Niemand. Dan betekent
dat de overeenkomst wordt aangevuld met die beide amenderingen die ik
in het begin heb uitgelegd, met name dat de indexering op de recog
nities niet worden toegepast in de formule a) en b) dat de recognities
na verloop van tijd, 30 jaar, er uit gaan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
14. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANSLUI
TING VAN ENKELE PERCELEN OP DE RIOLERING.
(32E WIJZIGING GEMEENTEBEGROTING 1986 EN 11E WIJZIGING BEGROTING 1986
DIENST GEMEENTEWERKEN).
Het lid Roosenboom: Een vraag. Ik meen dat ik het gelezen heb in de
notulen van de kommissie Gemeentebedrijven, waarin stond, dat als er
twee woningen in het buitengebied of elders zijn, die niet voorzien
zijn van een riolering, vragen om aangesloten te worden op de riole
ring, dan zou dat voldoende reden zijn om te kunnen aansluiten in
verband met de tegemoetkoming van de verfijningsregeling, etcetera,
etcetera. Er zijn buiten de bebouwde kom toch nog al wat verspreide
blokjes met woningen die toch wel bijzonder graag op de riolering
aangesloten zouden willen worden. Als dat waar zou zijn, dan zou dat
misschien een keer bekend gemaakt kunnen worden in de Publi-Pers, dat
mensen die daar in geïnteresseerd zijn daar opmerkzaam op gemaakt
worden.
Het lid van Eekelen: Wij onderschrijven Uw voorstel. Wij vinden het
een zeer goede zaak. Alleen, U schrijft dat de aansluitingen nog moe
ten gebeuren in 1986, omdat U dan van die verfijningsuitkering 60%
krijgt. Bij mijn weten is het zo, dat in 1987 die verfijningsregeling
weer minder wordt. Dat betekent dat, als je het nu in 1986 niet doet,
dat er dan weer meer geld bij zou moeten. Tenminste niet meer geld,
-11-
maar er geld bij zal moeten. Het is kort dag en als het gaat vriezen
dan kom je de grond niet meer in om riolering te maken, dan kost het
de gemeenschap wel centen. Dan zeg ik, kom met zo'n voorstel iets
eerder zodat het ten minste ten uitvoer gebracht kan worden en voer
het dan absoluut uit in 1986.
Wethouder Sinke: Meneer Roosenboom, er is inderdaad in de kommissie
Bedrijven gesproken over deze twee woningen die daardoor aansluitbaar
waren, maar dat is zeker geen algemene regel. In feite komt het er op
neer dat de afstand tot het hoofdnet ook een geweldig grote faktor is.
Dit is heel snel gegaan. Het is in de kommissie Bedrijven genoemd om
de tijdspassage in wens te kunnen maken, om het hier in de raad te
kunnen brengen. Daar is het als een voorbeeld gesteld, dat we met twee
eigenaren in overeenstemming konden komen, wat betreft het passeren
van de grondtransactie wat op heel korte termijn kon gebeuren. Er zijn
reeds maatregelen getroffen om het in 1986 gerealiseerd te kunnen
krijgen. Dat eigenlijk naar de heer van Eekelen toe. Het kon echt niet
eerder. Het is geloof ik twee dagen later in de kommissie Bedrijven
geweest. Het was expres toegevoegd. Vanavond heeft U het in de raad en
nu zijn er maatregelen genomen om het in 1986 uit te voeren. Of het
moet morgen keihard gaan vriezen, maar dat geloof ik toch ook niet.
Het lid Wiersema-DuprëIs het ook bij benadering bekend hoeveel
percelen in de gemeente er nog zijn zonder riolering? Ik vind het een
goede zaak om dat eens na te gaan. Als het zo is dat die verfijnings
regeling volgend jaar iets minder wordt, oke, maar dan is het wel zaak
om dat vlug te doen.
Wethouder SinkeIk denk dat het nog een vrij groot aantal is. Bij
de aansluitmogelijkheden speelt niet alleen de verfijningsregeling een
rol, maar natuurlijk ook heel erg de te maken kosten. Als wij bijvoor
beeld op het ogenblik de huizen die tegenover hotel de Ram aan de
Steenbergseweg liggen met een persleiding willen aansluiten terwijl
er nog geen woningbouw is in die omgeving, dan hebben we aan die
verfijningsregeling lang niet genoeg. Ik denk even aan de situatie
Schansbaan. Als daar een reconstructie komt dan kun je dat misschien
meenemen en de kosten dermate drukken dat het beeld anders wordt. Wat
wij op het ogenblik met enigerlei effekt in een verfijningsregeling er
een beetje uit zouden kunnen komen, dat is praktisch op. Dit zijn de
restanten. Ik herinner U nog even aan de ongeveer 100 aansluitingen
van twee jaar geleden, in de Klutsdorpseweg en de Vetterik, die ons
jaarlijks een behoorlijk bedrag extra kosten en waarvan we naderhand
gezegd hebben: hier zitten we duidelijk op de grens of je hiermee moet
doorgaan. Je moet het van situaties hebben die kostenbeperkend kunnen
zijn of van toevallige situaties om nog veel verder te kunnen gaan dan
we op heden al zijn. Anders werken we toch naar de opmerking die de
provincie al maakte. Dat je dan misschien tot plaatselijke oplossingen
bij de mensen zelf moet komen, omdat de huidige wijze van aansluiten
op de riolering echt te duur wordt en dat ook niet altijd noodzakelijk
is in het kader van het milieu.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.