-14-
De voorzitter: De heer Mens vraagt hoe het zit met de geluidshinder.
Het is zo dat er akoestisch rapport is gemaakt. Dat is een theoreti
sche berekening. Er wordt hierin theoretisch berekend hoe hoog het
geluidsniveau zal zijn. In de wet is vastgelegd wat de acceptabele
geluidsniveaus zijn. Datbetekent, dat er in sommige gevallen maat
regelen genomen zullen moeten worden om te zorgen dat het niveau niet
hoger wordt dan bijvoorbeeld 50 decibel. Het geluidsniveau moet dan
zodanig gereduceerd worden. Dat reduceren kan aan de bron gebeuren,
maar ook door andere maatregelen te nemen. Dat laatste zal veelal het
geval zijn. Bij een weg is aan de bron, een moeilijke zaak. Dat is
meer een taak voor de auto-industrie en dergelijke om daar iets aan te
doen. Dan ben je aan de bron bezig. Dat is overigens niet iets dat
alleen voor Randweg Noord geldt. Dat geldt in het algemeen voor het
wegverkeer. In dat rapport staan dus theoretische berekeningen, voorts
worden maatregelen genomen om die theoretische waarden te bereiken.
Als straks blijkt in de praktijk dat het niet klopt, dan klopt de
theoretische berekening dus niet, dan moet het bijgesteld worden. De
mensen hebben daar recht op. Het is in principe natuurlijk zo, dat men
op dit moment niet anders kan dan dit theoretisch te berekenen. Een
andere mogelijkheid is er niet. Dat gebeurt ook. Als straks in de
praktijk blijkt dat men boven die niveaus komt, dan moeten er andere
maatregelen worden genomen Dezelfde maatregelen die nu voor sommige
bestaande situaties worden genomen. Dit is allemaal in de wet
vastgelegd. Het is overigens nog niet zo lang dat dit in de wet is
vastgelegd. Tot voor een aantal jaren werd er helemaal nog niet naar
gekeken. Gelukkig nu wel. In de wet op de geluidhinder is dit
vastgelegd, zowel voor nieuwe als voor bestaande situaties. Dit
onderscheid maakt de wet n.l.. Als straks blijkt dat het in de
praktijk anders is dan is er sprake van een bestaande situatie
waarvoor het geluidsniveau moet worden gereduceerd. Dat kunnen
maatregelen aan de gevel zijn, dat kan ook een geluidsscherm zijn
enzovoorts. Bij de aanleg van een weg wordt het in eerste instantie
theoretisch berekend. Dat kan niet anders. Dat wat betreft de
opmerking van de heer Mens.
De heer Roosenboom. Er zijn twee dingen aan de -orde. Hij zegt de
mensen zijn op generlei wijze tegemoet gekomen in hun bouwvlak. Dat is
niet juist. De heer Roosenboom heeft zich daar zeer voor ingezet om
perceel voor perceel goed te bekijken. Hij heeft dit ingebracht in de
kommissie Ruimtelijke Ordening, en in veel gevallen weet hij dat we er
aan tegemoet zijn gekomen. Het is zelfs zo, dat een laatste geval,
gebracht in de laatste kommissie Ruimtelijke Ordening nog is geregeld,
omdat wij een oplossing met de gemeente Bergen op Zoom hadden gevonden
voor een toegangsweg. Dit maakte het ten opzichte van een bepaalde
bezwaarmaker mogelijk een oplossing te vinden. Ik noem het hier. Het
is prima. Wij hebben daar rekening meegehouden. Alleen zijn bezwaren
reiken verder ik snap dat wel. Alles is opgelost voor zover het past
binnen de mogelijkheden die in het bestemmingsplan zijn vastgelegd.
Binnen ons beleid. Dat is zijn punt. Dat we echter niet aan wensen
tegemoet gekomen zijn, dat is niet juist. Dat bouwvlak in het buiten
gebied voor met name partikuliere doeleinden, partikuliere woningen
zonder dat daar bedrijven worden uitgeoefend, is inderdaad een
bouwvlak van 500 m2, waar binnen bebouwing moet plaatsvinden. Dat om
het gebied, het buitengebied, te beschermen. Zodat de bebouwing bij
elkaar wordt gesitueerd en dat niet door dat hele gebied verspreid
gebouwen komen te staan. Dat is de bedoeling. Dat is ons beleid. Zowel
in het bestemmingsplan buitengebied als in dit plan. Wil je dit veran
deren dan moet daar eerst een totale fundamentele diskussie over
worden gehouden. Dit is op zich acceptabel, ook voor de provincie, ook
-15-
in het vooroverleg. Daar kun je niet zo maar onverwachts een heel
ander systeem voor in de plaats stellen. Dan wordt alles op losse
schroeven gezet. Op dit moment is het zo dat de mensen nu rechtszeker
heid krijgen wat ze mogen doen, terwijl de meeste mensen die daar nu
wonen, in feite niets of weinig mogen bouwen. Dat moet nu allemaal met
procedures. Nu komt er een situatie dat ze diverse dingen wel mogen
doen, daar moet ook eens aan worden gedacht. Natuurlijk, ons
principieel meningsverschil, dat bouwvlak, dat blijft natuurlijk, maar
Uw opmerking dat er niets voor de mensen, die bezwaar hebben
ingediend, is gedaan, die opmerking is volstrekt onjuist. Met name die
bouwvlakken, zijn voor een aantal mensen aangepast. Verder dacht ik
dat met name de Steenovenweg bereikbaar moest blijven voor
gemotoriseerd verkeer, dat is in overleg met Bergen op Zoom bereikt,
dat maakte ook onderdeel van de bezwaren uit. Het kon wel niet als
bezwaar worden aangemerkt, het kon niet ontvankelijk worden verklaard,
omdat niet in het bestemmingsplan wordt geregeld waar zo'n viaduct
voor wordt gebruikt. We hebben het echter wel kunnen regelen, dat is
het belangrijkste voor de mensen natuurlijk. Of het wel of niet
ontvankelijk is, dat is voor hen niet zo belangrijk. Het gaat er om of
het wel of niet geregeld wordt. Het wordt geregeld. Alleen dat punt
wat de heer Roosenboom bedoelt, inderdaad, dat heeft hij ook steeds
naar voren gebracht in de kommissie, daar zijn we het niet met elkaar
over eens. Voor de rest mag ik toch wijzen op de diverse
tegemoetkomingen die wel zijn gedaan.
Het lid Roosenboom: Ik heb er in het verleden ook heel nadrukkelijk
op gewezen dat het plan vol slordigheden zit. Men is uitgegaan van de
kadastrale gegevens die al een reeks van jaren oud zijn. Ik weet wel
dat de kadastrale kaarten niet a la minute worden aangepast, maar ik
vind dat als je een bestemmingsplan maakt, dat degene die daarmee
bezig is, rekening moet houden met de werkelijkheid. Hoe bepaalde
gebouwen er nu staan, en niet werken met een kadastrale ondergrond die
misschien al 15 a 20 jaar oud is. Daardoor krijg je duidelijk verte
keningen, waardoor gebouwen die er nu wel staan en er toen niet waren,
er nu nog niet bijgewerkt zijn. Daardoor komen die bouwvlakken er in
het plan ook verwrongen uit. U haalt de rechtszekerheid aan. Ik vind
eigenlijk dat U en heel de raad, zich zou moeten schamen dat wij sinds
1948 niets hebben gedaan in het buitengebied. De wet op de ruimtelijke
ordening zegt heel nadrukkelijk dat je binnen tien jaar
bestemmingsplannen moet herzien. Daar hebben wij niets aan gedaan. Je
kunt de mensen die daar wonen dat niet aanwrijven, omdat wij tekort
zijn gekomen.' Ik vind het een heel zwak argument als U dat ter
verdediging aanvoert. Ik blijf er toch bij dat het met bouwvlakken een
slecht plan is. Wij voelen meer voor een traditioneel bouwplan met een
voorgevel- en achtergevelrooilijn, met wat meer mogelijkheden voor
bebouwing in de achtertuin, vooral in het buitengebied. Dan heb je wat
meer mogelijkheden. We zullen dan ook stemming vragen tegen dit plan.
Het lid VerbogtWij zijn reeds een jaar of tien bezig met deze weg.
Inderdaad, er zijn bepaalde mensen die niet helemaal aan hun verwach
tingen zijn voldaan. Bijvoorbeeld enkele grondeigenaren en dergelijke.
Doch wij staan ook open voor de verantwoordelijkheid die wij hebben
voor de afwikkeling van het verkeer. Wij zien dat onze buurgemeente
Bergen op Zoom het verlengde van deze weg zachtjes aan ook al weer
gereed heeft. Wij zijn er van overtuigd dat wanneer het verlengde van
deze weg dadelijk ook gereed is, dat deze weg een ontzettende ont
lasting betekent van diverse wegen hier. Als in de toekomst zal
blijken, wanneer een van de wonenden in de bouwvlakmethode, zou
tekortgedaan zijn door ons, wat let ons dan om, zoals hier vanavond
gebeurt, inderdaad wat voorbereidingsbesluiten te nemen en de mensen