En of die nevenfunkties wel of niet betaald zijn. Ik vind het op zichzelf een hele goede zaak, dat iedereen kan weten waar het kollege mee bezig is. Mijn vraag is of het mogelijk is en of het kollege bereid is om hetzelfde te doen als in andere gemeenten. De voorzitter: Wat betreft de heer Roosenboom, is het inderdaad zoals hij het zegt. De regionale brandweer en sportfondsen is geen punt. In de regionale brandweer zit U in met een plaatsvervanger en voorts zit ik er ook in als burgemeester, als hoofd van de brandweer. Dat is in de statuten vastgelegd dat ik automatisch lid ben van het bestuur van de regionale brandweer. Wat betreft een tot en met vier,- de C.P.A., Woonwagenschap, Bouwtoezicht Westelijk Noord-Brabant-weet ik zeker dat het bijvoorbeeld voor het Woonwagen schap zo is dat ook leden van de raad hierin kunnen worden benoemd. Dat weet ik zeker. Bouwtoezicht West-Brabant niet, daar is een brief over binnengekomen kan ik me herinneren, waarin gevraagd wordt om een lid van het kollege aan te wijzen. Of dat volgens de statuten van het Bouwtoezicht is? Ik neem aan van wel, anders zouden ze waarschijnlijk zo'n brief niet schrijven. Het Werkvoorzieningsschap, dat weet ik zo niet uit mijn hoofd. Maar in elk geval U hebt gelijk, voor een deel is het zeker zo dat daar ook raadsleden in kunnen worden benoemd. Wel is het ook dan weer zo dat in de afgelopen jaren de praktijk is ontstaan bij dit soort gemeenschappelijke regelingen, die overdag vergaderen om daar leden uit het kollege van burgemeester en wethouders voor aan te wijzen. Maar U hebt volstrekt gelijk als je daar op wijst. Dan de heer van Eekelen. Hij is het eens met de voordracht. Hij brengt iets anders aan de orde, dat hier zijdelings mee verband houdt. Nevenfunk ties vermelden. Toen ik hier aantrad als burgemeester heb ik mijn nevenfunkties vermeld. Daarna is dit echter niet meer herhaald. Ik denk dat het een goede zaak is om dat te herhalen. Het is zelfs een goede zaak dat elke vier jaar te doen en dat ter inzage te leggen. Overigens kan ik hem geruststellen dat ik geen nevenfunkties heb die inkomen opleveren. Het lid van Eekelen: Daar was ik niet ongerust in. De voorzitter: Nee, dat weet ik ook wel. Maar het lijkt mij een goede gewoonte om dat voortaan te doen. Ik heb er ook een begin mee gemaakt toen ik hier kwam, omdat ik dat in de vorige funktie ook gewend was te doen. Daar was het zelfs verplicht. Dus daarom heb ik het hier bij mijn aantreden ook gedaan. Daarna is het er eigenlijk bij gebleven. Ik vind dat U daar terecht op wijst. Elke vier jaar is het beste. Er kunnen wijzigingen in komen en zo blijft U tenminste op de hoogte.Dat is een goede zaak. Ik neem aan, ik kijk eens even naar rechts, dat heeft geen enkele betekenis overigens, dat de beide wethouders het er ook mee eens zijn. Daar heeft het kollege geen moeite mee. Het lid Roosenboom: Ik heb het in eerste instantie vergeten te vragen. Bij het Werkvoorzieningsschap is het niet noodzakelijk dat daar ook een plaatsvervanger wordt benoemd. Dat was in het verleden wel. Maar als dat niet nodig is. Wethouder SinkeDe vervanging is in het kollege geregeld. De voorzitter:Die zou dan toch ook benoemd moeten worden. We hebben dit voorstel zo overgenomen van vier jaar geleden, toen is het op exact dezelfde wijze gebeurd. Toen was er ook geen vervanger aange wezen voor Bouwtoezicht West-Brabant. Daar hebben we toen nog over gediskussieerd en daarom dat dit nu wel wordt voorgesteld. Het Werk-

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1986 | | pagina 39