-5- De voorzitter: Om met U te beginnen meneer van Eekelen.Het belang van zo'n woningbouwprogramma, dat onderschrijven wij, daarom dat we er uiteraard ook mee komen. Dit wordt ons ook opgelegd overigens door het Ministerie van Volkshuisvesting. Dit programma is goed onderbouwd. De methode van berekening die gehanteerd wordt door de stedebouwkundige is officieel erkend. De methode die hij toepast is dezelfde methode die de provincie ook toepast. Voorts gaat dit in samenwerking met de Woningstichting,waar ook de woningzoekenden zijn gere.gistreerd. Verder wordt met de Woningstichting ook overleg gepleegd over de praktijk van alle dag, wat voor soort woningen er het meest gevraagd worden en dergelijke. Getracht is om dit te verwerken in dit onderzoek. Als de heer Roosenboom dan stelt en de heer Mouws ondersteunt hem daar enigszins in, dat een en ander toch wel een theoretische berekening is, ja, natuurlijk is het theoretisch,zoals de heer van Eekelen reeds zei, natuurlijk zal in de toekomst blijken dat er afwijkingen zijn naar boven of naar beneden. Ongetwijfeld is het niet exact, het is een globale benadering.Maar het is wel erg belangrijk om dit te doen. Deze planning is nodig voor bestemmingsplannen en derge- lijke. De heer Roosenboom zegt, ja maar dit geeft de behoefte niet weer. Zo groot is die behoefte niet. Hij noemt dan een aantal voor beelden van onder andere premie-A-woningen die verkocht worden aan niet-HalsternarenDan wijs ik hem er toch uitdrukkelijk op, dat de regels die op dit moment nog door de Woningstichting worden toegepast, om überhaupt als ingeschrevene voor woningzoekende in Halsteren te worden geaccepteerd,bijzonder streng zijn. Als je bijvoorbeeld ekonomisch gebonden bent aan Halsteren. Een leraar die werkt in Halsteren, maar woont in Bergen op Zoom of in Steenbergen, kan geen woning krijgen in Halsteren. Om maar eens een voorbeeld te noemen. Dit soort regels worden in de omliggende gemeenten prak tisch niet meer gebruikt. Wij moeten dat nog wel doen, omdat er te weinig woningen zijn.Jongelui die willen trouwen en zich laten inschrijven, twee tot drie jaar moeten ze wachten op een woning, dat wordt hen ook al meteen aan het loket gezegd. Ik krijg die mensen op mijn spreekuur. Ze zeggen hoe kan dat nu. Ben ik nu gedwongen om naar Bergen op Zoom te gaan? Daar heb ik binnen één jaar een huis of zelfs binnen een halfjaar.Maar in Halsteren niet, daar duurt het twee tot drie jaar.Zoals ik reeds zeinatuurlijk zijn die vooruitberekeningen theoretisch,maar het is van het allergrootste belang dat - vooral in de sociale bouw - nog woningen worden gebouwd. Dat loopt een keer op zijn eind. Daar ben ik het met de sprekers wel eens. Je kunt hier niet onbeperkt mee doorgaan. De heer Mouws heeft al een jaartal genoemd, 1990, dat is de verwachting. Men heeft overigens destijds ook gedacht dat de woningnood al veel eerder opgeheven zou zijn. Maar door verandering van de vraag,namelijk. Alleenstaanden en twee persoonshuishoudensis de vraag weer groter geworden.Anders zou de woningnood waarschijnlijk al opgelost zijn. Daarnaast spelen na tuurlijk het aantal echtscheidingen ook duidelijk een rol. En of we daar nu kontent mee zijn of niet,daar moeten woningen voor komen. Zo eenvoudig is dat. En als je dan ziet hoelang men hier ingeschreven moet staan.Ja mensen die echt een woning willen,want ik weet ook wel dat soms jongelui zich alvast laten inschrijven als ze 17,18 jaar zijn en als ze dan 22,23 jaar zijn, dan is men reeds vier, vijf jaar inge schreven geweest en heeft men recht op een woning. Maar er zijn ook veel jongelui die dat niet doen, dat dat pas doen op het moment dat men serieus een woning wil, en dan duurt het twee tot drie jaar voordat men een woning heeft,Daarom vertrekken er ook veel mensen naar Bergen op Zoom.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1985 | | pagina 4