-5-
De voorzitter: Ook het kollege staat achter de oprichting van deze kapel.
Dit blijkt met name uit voorstellen zoals die in het verleden en
ook nu zijn gedaan. Zonder te zeggen dat we van a tot z achter Uw ver
haal staan, zijn we het er in grote lijnen wel mee eens. Verder heb
ik daar niets aan toe te voegen.
Het lid Roosenboom: Om alle misverstanden te voorkomen dat ook
de Groepering Leefbaarheid Halsteren/Lepelstraat volledig achter de
bouw van de St.Quirinuskapel kan staan. Daar heeft enige twijfel over
bestaan. Er heeft in het verleden een diskussie in de raad plaatsgevon
den over de situering. Je kunt natuurlijk met de plaats schuiven. Het
bezwaar wat er bij de groepering bestond was, dat er in de voorschriften
van het plan van Raemsdonck een wijzigingsbevoegdheid was ingebouwd,
waardoor de mogelijkheid aanwezig was om op de plaats waar nu de Sint
Quirinuskapel wordt gebouwd, door deze wijzigingsbevoegdheid, daar
twintig parkeerplaatsen te kreëren. Wij zijn van mening dat door de
situering van de kapel op de huidige plaats die mogelijkheid zeker
niet meer aanwezig is voor die twintig parkeerplaatsen. Dus wij hebben
indertijd sterk gepleit om wat op te schuiven naar het westen.
Er is nooit door geen schrift of woord, door onze groepering gezegd,
wij willen daar geen kapel.
De voorzitter: Wat betreft die parkeerplaatsen, daar hebben we het al
vaker over gehad. Het is in elk geval zo, dat wij een situering hebben
gezocht en gevonden waarbij parkeerplaatsenik dacht een twintigtal,
eventueel - indien nodig - kunnen worden aangelegd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
5.VOORSTEL TOT AANKOOP V/N GROND TEN BEHOEVE VAN DE AANLEG VAN DE NIEUW-
BEIJMOERSEWEG
Het lid Graafmans: Bij dit voorstel aan de raad zou onze partij toch
enige opmerkingen willen plaatsen.We begrijpen dat de aankoop van
deze grond geen direkte overschrijding geeft van het krediet dat is
uitgetrokken voor de Nieuw—Beijmoerseweg. Maar wij zouden toch aan het
kollege willen vragen of zij ons enige duidelijkheid zou kunnen ver
schaffen in de overschrijding van het krediet. In de raadsvergadering
van 21 maart 1985 heeft wethouder van der Weegen toegezegd om zo snel
mogelijk een totaal plaatje aan de raad te tonen. De wethouder zei toen
in die vergadering dat er nog wat kabels verlegd moesten worden en er
konden nog wat onvoorziene omstandigheden opduiken. De wethouder
heeft toen gezegd dat we niet binnen het gevoteerde bedrag zouden
blijven en zei dat in alle eerlijkheid. We zijn nu drie maanden verder
en zouden nu graag weten of er inderdaad nog wat onvoorziene omstandig
heden zijn geweest en wat op dit moment de eventuele overschrijding
van het krediet is.
Het lid Roosenboom: Meer inhoudelijk bij het stuk, eigenlijk een vrij
principiële vraag die ik U nu stel. In het verleden was het zo dat
er als er in Halsteren voorzieningen werden getroffen,-ik noem maar
een voorbeeld,een verbetering van het trottoir-dan was de raad altijd
de mening toegedaan dat de ondergrond om niet zou worden overgedragen.
Men voorkwam daarmee eigenlijk een soort precedentvorming dat men
daar geen geld voor wilde geven. Ik dacht dat dat nu wel gebeurt.
Er is eigenlijk een slechte weg voor de land- en tuinbouw om daar gebruik
van te maken. Nu komt er een prima weg. Je zou eigenlijk als polder
bestuur blij moeten zijn dat daar een goed berijdbare weg komt. Vandaar
dat ik U vraag,scheppen wij door deze geen precedent om nu voor de
ondergrond geld te geven. Het antwoord dat U nu wilt geven zit hem
misschien in de gasleiding,waar we precariorechten van ontvangen.Het gaat
echter om het principe dat wij hier nu toepassen.