noemen, als plattelandsgemeenten, deze dreiging zien van deze behoefte die duidelijk de laatste jaren groot en goed aangetoond is en waar we blij mee moesten zijn dat dat door het Streekgewest overgenomen werd zodat ook de kleinere plaatsen van deze voorziening konden genieten en die nu weer heel snel verloren zijn gegaan. Het lid Roosenboom: Een opmerking van algemene aard. Wij zijn minder gelukkig met de antwoorden die U zo algemeen stelt. Elke groepering, politieke partij, heeft op zijn eigen manier een Algemene Beschouwing geschreven. Heeft die ook voorgelezen. Wij zouden het verstandiger hebben gevonden als U op elke geschreven beschouwing ook een antwoord gaf. Dan kon je dat er beter uitlichten. Nu moet je iets gaan zoeken en er zijn misschien bepaalde groeperingen die ongeveer hetzelfde hebben gezegd. U geeft daar een vrij algemeen antwoord op. We zouden toch aan U willen vragen om in het vervolg graag een antwoord te geven per groepering, respectievelijk politieke par tij, als dat zou kunnen. Wij zijn de mening toegedaan dat al onze suggesties nogal negatief zijn beantwoord. We gaan daar verder niet op in want dan zou je je daar uren mee bezig kunnen houden. Eén enkel punt wil ik er toch uit lichten. Dat is op pagina 10, waarbij wij duidelijk als groepering worden aangesproken. "De fraktie heeft in zeer forse bewoordingen haar misnoegen geuit over het optreden van onze stedebouwkundige tijdens de hearing over be stemmingsplan de Vlijt en wij distantiëren ons in hoge mate van deze ten onrechte geuitte kritiek". Het spijt me dat het volledige kollege daarbij aanwezig is geweest. Dat ze met de ogen open toch kennelijk hebben zitten sla pen. Of helemaal niet de moeite doen om tê luisteren als iemand iets zegt. Ik heb deze gewraakte uitspraak, zoals inmiddels ook door een kommissielid afgelopen donderdag is beaamd, zeer duidelijk gehoord. Gelukkig met mij nog meerderen, want anders zou je daar alleen in staan. Ik vind dat als een stedebouwkundige zich zo uit tegen over, toch leken, die vragen stellen, dan is dat een slechte zaak. Ik ben helemaal niet ontdaan door die uit spraak van de stedebouwkundige. Ik kan best tegen een stootje, maar wat ik als onprettig heb ervaren is dat de mensen die dat aanging, ontdaan waren. Ik vraag me af, nu er mensen zijn die dit bevestigen, -dus ik sta in deze gelukkig niet meer alleen, want anders wordt het toch wel moeilijk, zelfs aantekeningen zijn er van deze verga dering gemaakt en ook van deze uitlatingen-, dat U zich nog blijft distantiëren. Die uitspraak is gewoon gedaan. Maar dat U kennelijk niet goed luistert, althans het kollege, dat is een zaak Uwerzijds. Maar de mensen die hier aanwezig waren op deze hoorzitting, die hebben deze uitlating wel gehoord. Daar wil ik het bij laten. Het lid van Eekelen: Op bladzijde vier, dat gaat over de verhoging van de gasprijs van drie cent. Daar is dan gezegd dat de gemeente weinig invloed heeft. Maar onze vraag is, wat heeft de gemeente daar werkelijk geprobeerd om voor die drie cent te pleiten, zo dat er meerdere in die kommis sie het standpunt van de gemeente Halsteren over zouden

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1984 | | pagina 47