Het is zo dat destijds nog in de diskussie was van, moet
je uitbreiding van sportvelden realiseren buiten het sportpark
of eventueel bij het bestaande sportpark. Als het goed gaat
dan krijgt U in de komende raadsvergadering een definitief
plan over de situering van die sportvelden, met het financiële
plaatje daarbij. Ik stel me voor dat, als het goedgekeurd
wordt door de raad, de kontakten met V.V.C. opnieuw opge
nomen zullen worden om te kijken wat eventueel aan die
problematiek te doen is. Alhoewel ik daarbij nogmaals moet
opmerken dat daar ook een derde duidelijk in speelt. Het is
destijds zo geweest dat V.V.C. de kantine op het sportpark
heeft kunnen pachten. Daar heeft V.V.C. toen neen tegen
gezegd. Toen is die kantine door de gemeente tot algemene
kanuine bestemd. Daar is een pachter voor aangetrokken.
V.V.C. maakt daar gebruik van, maar je hebt nogmaals te
maken met kontakten die je met die derde afgesloten hebt. Dat
is een extra problematiek die daar in meespeelt. Zodra die
keuze van sportvelden vastligt, zo neem ik mij voor, om daar
met V.V.C. over te spreken.
Het lid van den Kieboom: Dat probleem met die pachter, dat
zie ik niet zitten. Ik heb niet over de kantine gesproken.
Ik heb gesproken over uitbreiding ten gunste van een be
stuurskamer. Ik heb ook vernomen dat er toen voorgesteld
was om dat inpandig te doen. Toen kwam U natuurlijk in
konflikt met de pachter. In Lepelstraat gebeurt het ook bui
tenom. Ik vraag me af of het niet mogelijk geweest was om
die bestuurskamer er tegen aan te bouwen, in plaats van in
pandig. Dan heb je natuurlijk met die pachter als zodanig niets
van doen.
Wethouder van der Weegen: Ik ken uiteraard niet het kontrakt
wat met V.V.C. en met de pachter daar gesloten is.
Ik denk alleen dat het te maken heeft met een stuk omzet,
die waarschijnlijk toch gaat plaatsvinden in zo'n bestuurskamer.
Ik moet in het kontrakt kijken wat daar met de betrokkenen
over afgesproken is. Ik weet alleen dat er een kontrakt ligt.
Dat is destijds gesignaleerd door de ambtenaren toen die
brief er kwam. Nogmaals, dat moeten we bekijken. Dat heeft
gewoon gewacht op een definitieve situering van de sportvelden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel
van burgemeester en wethouders
De voorzitter: We kunnen overigens die gelden rustig uit
geven want de begroting van 1984 is inmiddels goedgekeurd.
We hebben vandaag bericht gekregen dat de begroting goedgekeurd
is door Gedeputeerde Staten. Dat is eigenlijk erg vlug, dat
in maart de begroting van het lopende jaar al is goedgekeurd.
Vorig jaar kwam die goedkeuring pas in oktober binnen.
Hier zijn we gelukkig mee.
9. VOORSTEL TOT VERKOOP V/N GROND GELEGEN OP HET INDUSTRIETERREIN
AAN DE WOUWSEWEG AAN DE ZEEILSE PAREL B-V..
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
10.VOORSTEL TOT VERKOOP YAH TWEE HOUTEN BARAKKEN.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het
voorstel van burgemeester en wethouders.
-11-
11. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR
DE RENOVATIE VAN ËEN DER VOETBALVELDEN OP HET SPORTPARK
"LEPELSTRAAT"
Wethouder van der Weegen: Meneer Priems heeft daar straks
gezegd: ook agendapunt 11. Ik meen dat hij bedoelde dat
daar de kommissie Sportzaken ook niet in gekend is. Dat moet
ik tegenspreken. Daar zijn we vorig jaar mee in de kommissie
Sportzaken geweest. We hebben het veld daar met de kommissie
bekeken en grote oneffenheden, gekonstateerd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten konform het voor
stel van burgemeester en wethouders.
12. VOORSTEL TOT HET TOEKENNEN VAN EEN ONKOSTENVERGOEDING
TOÖR~DË~TOORZITTER VAN DE WITTENHORST.
Het lid Roosenboom: Namens de groepering Leefbaarheid
HalsterenTbepelstraat maken wij ernstig bezwaar tegen het
verstrekken van dergelijke vergoedingen aan raadsleden.
Wij zullen uiteraard daar geen stemming over vragen, omdat
dat teveel lijkt op het op de man spelen. Maar het feit dat
in "de Kraal" het bezwaar is uitgesproken en de notulen nog
gelukkig blijven zoals ze nu zijn, komt er dit in te staan.
Dat is voor ons voldoende. De kiezers in 1986 zullen wel
uitmaken of dit een goed of een minder goed besluit is.
Het lid Helmig-Mathijsen Gerst: U vindt dat er wel een
uitzondering gemaakt moet worden op de gemeentewet artikel 64,
jlid 1, die voorschrijft dat er aan raadsleden geen afzon
derlijke onkostenvergoeding toegekend dient te worden?
Zoals wij al in onze algemene beschouwingen gezegd hebben,
zijn wij het met die opvatting niet eens. Wij vinden dat U
hier een precedent schept en willen hier niet aan mee
werken.
Het lid MouwsWij zijn duidelijk deze beide meningen niet
toegedaan. Wij vinden dit uitdrukkelijk een gevolg van
een eerder door ons gedaan verzoek. Ik zou bijna zo ver willen
gaan door te zeggen, voorzitter, dit is pas het eerste deel
van ons verzoek waaraan voldaan wordt. Ik denk dat ieder van
ons weet, als hij werkelijk in zijn hart kijkt, wat er gebeurt.
Dat die kommissie Wittenhorst als geen ander, de zaken goed
op een rijtje heeft staan en enorme hoeveelheden werk verzet.
Dat iedereen er vlot aan meedoet om iedere keer maar weer
opnieuw de nodige taken, hetzij met barakken, hetzij met
Samarbete, en wie weet straks met de Lepelaar, om dat
allemaal naar diezelfde kommissie toe te schuiven.
Ik denk dat we ze eigenlijk eeuwig dankbaar moeten zijn.
Het gaat er niet om om alleen bepaalde figuren eruit te
tillen, hoewel -ik in dit geval de voorzitter duidelijk alle
lof wil toezwaaien die er maar te bedenken valt, omdat hij
de zaken runt als geen ander. Maar ik zou in het vervolg
toch ock een lans willen breken voor anderen. Met name de
raadsleden in deze kommissie willen wij wat extra onder
Uw aandacht brengen. Ik weet .dat het kollege er waar
schijnlijk net zo over denkt als ik. Ik kan me voorstel
len dat mevrouw Heimig daar verschrikkelijk haar best
gedaan heeft om zo'n uitzonderingspositie via de wet te
bekijken, maar ik neem aan dat gezien de funktie die wij
in deze kommissie Wittenhorst hebben gezien, dat dat
goed bekeken is.Ik denk dat we alleen maar blij moeten zijn
dat deze mensen, die er zo verschrikkelijk veel tijd aan
willen besteden, dat ze dat willen doen. Wij juichen dat
bijzonder toe.
