-12- Ik denk dat U zich waarschijnlijk tu/ee keer gepakt zou voelen door het gemeentebestuur. Daar heeft hij al van gezegd 40 cent. In dat kader komt natuurlijk ook nog de prijs op van de inkoop van.de zakken die inderdaad op een kleine 20 gesteld moeten worden. Als je dus de prijs van zakken zou moeten handhaven en vanuit de gemeente die zou moeten distribueren, dan denk ik toch dat je komt op een prijs van 60 cent maal 20 zakken is 12, In relatie tot de huidige prijs geeft dat toch weer dezelfde problemen die we nu ook met de zakken hebben. Hij heeft ook nog gezegd, je zou daar wat goedkoper in kunnen werken door het opschrift te laten vervallen door een streep'. Ik weet niet hoe U dit zich voorstelt. Als dat een simpele streep is, die op een simpele manier na te maken, dan zal dat waarschijnlijk inventief werken bij een aantal^ inwoners. Hij heeft als tweede voorstel gedaan om te trachten om te differentiëren naar een klein vast bedrag en daarnaast een bedrag per persoon, met een maximum van vijf. Ook dat vind ik nogmaals geen onsympathiek idee. Al die differentiaties heeft zijn voor en zijn tegens. Ik denk dat in dit kader in die uitvoeringssfeer toch nogal wat kosten zitten. Je zult dat bij moeten houden. Maar je zou in dit kader ook moeten denken aan, moet je dat per maand doen of moet je dat niet per maand doen. Als iemand weggaat in april en hij komt in september terug, dan moet je hem invoeren er moet je hem uitvoeren. Hoe ga je dat heffen? Er zitten qua uitvoering ge woon vrij veel nadelen aan. Meneer Priems heeft gezegd, de P.v.d.A. kiest in principe ook voor een heffing via kohier. Ook hij heeft aangevoerd een differentiatie.Hij wil een relatie leggen naar de hoeveelheid aangeboden afval. Die differentiatie is uitdrukkelijk uitgesloten. Ik begrijp uit zijn voorstel dat hij dat wil zoeken via de waterleiding, maar ik denk dat het bij de rijksoverheid wat problemen met zich zal brengen. Een differentiatie naar aangeboden vuil in het kader van de afvalstoffenheffing kan niet. Hij heeft daarbij gezegd dat andere gemeenten het doen. Ik ken ze op dit moment niet. Ook hij heeft de negentig procent genoemd, dat dat niet vast hoeft te zijn. Ik heb zojuist al aangegeven dat er voor dit kollege een duidelijke relatie be staat met de onroerend-goedbelasting. Mevrouw Wiersema die heeft gesteld in principe akkoord te gaan met het voorstel zoals het hier ligt. Ze heeft tu/ee zaken genoemd. Dat is het gescheiden inzamelen en de privatisering. Zij weet dat daar inmiddels een onderzoek naar gaande is. Aangaande de kosten,baten-analyse zit ik een beetje op het terrein van mijn kollega-wethouderIk denk dat ook hij er naar streeft om daar in de loop van volgend jaar op terug te korren. Tot slot meneer Mouws. Ik neem aan dat ik al een aantal vragen heb beantwoord. De negentig procent dekking heb ik in zijn algemeenheid al beantwoord. Hij zegt, het wordt duurder door een groter aanbod. Dat is korrekt. Wel moet je daarbij verdisconteren dat daarbij een grotere service aan de bevolking wordt geboden. Die relatie is als zodanig duidelijk in de kosten opzet aangegeven. Het is zeker niet zo dat wij een grotere opbrengst willen omdat er meer vuil zal korren. Het is zo dat wij vijftig procent van die meerkosten voor onze last nemen. Hij heeft gevraagd waarom de containers niet omhoog gaan. Wij hebben in het voorstel gepoogd aan te geven dat die verhoging van drie procent achterwege kon blijven omdat we te maken hebben met een B.T.W.-verhoging. Natuurlijk is het zo dat die voor de ondernemer in zijn algemeenheid aftrekbaar is. Wij pra'ten dan over de ondernemer die ook ondernemer is in het kader van de wet omzetbelasting. Wij hebben in Halsteren ook andere onder re ners. Dan kun je het best denken aan instellingen, de scholen, maar ook een Vrederust, een Viersprong, die niet B.T.W.-plichtig zijn en dus wel die verhoging zullen moeten betalen. Nogmaals hebben wij duidelijk aangegeven waarwom we niet willen verhogen en dat is het feit dat de gemeente een stukje voordeel behaalt. Dat voordeel wordt behaald omdat als wij B.T.W.-plichtig zijn en die willen we verhalen,- dat staat ook in het voorstel-, dan willen we ook een stukje voorheffing van de kosten aftrekken die we maken en waar we B.T.W. over betalen. -13- Vandaar vinden wij dat als we dat voordeel behalen, dat we dan die verho ging van drie procent,- mede gezien het feit dat op dit moment de op brengst van de kontairers de kosten overtreft-, dat we die verhoging achter wege moeten laten. Het is zeker niet bedoeld om de ondernemer een voordeel te laten behalen. Hij heeft ook nog gevraagd waarom op het ledigen van de faecaliënput een verhoging zat. Het is zo dat daar inderdaad drie pro cent op zit, maar dat daar achttien procent voor rekening van de gemeente genomen is. Die achttien procent zijn daar dus niet in meegenomen. Die moeten wel betaald worden. Het kollege heeft gemeend om die voor rekening van de gemeente te nemen en die betreffende gezinnen inderdaad niet die hogere kosten te moeten laten betalen. Meneer Moui/s had nog een vraag over de ontheffing ophaalplicht, Ik heb begrepen dat wethouder Sinke daarop in wil gaan. Wethouder SinkeDe vraag is terecht. Bij het besluit van Gedeputeerde Staten om voor die ongeveer veertig woningen die vrijstelling van die ophaalplicht te krijgen zijn voorwaarden aan verbonden. Dat zijn geen grote voorwaarden. Het betreft een centrale plaats die in de gemeente moet worden aangewezen waar dat vuil kan worden gebracht. Het is ook een voorstel geweest van de betreffende afdeling. B&W heeft daar wat problemen mee omdat wanneer je dat bijvoorbeeld op de gemeentewerf zou doen, dan kunnen daar ook weer andere dingen gebracht worden. Bovendien liggen die woningen zo verspreid, ik denk nu van Slikkenburg tot aan de Lagemeterweg, dat in feite de Kragge een net zo [rekkelijke plaats is en in feite aan de gemeente grenst. Maar er is nog overleg gaande met de gemeente of die plaats ook door de provincie echt geaccepteerd kan worden. Die diskussie maakt dat het nu niet helemaal konkreet bij U ligt, maar er is-ook nog ruimschoots tijd om dat de bewoners kenbaar te maken indien die kohier belasting aangenomen wordt en dan zal dat zeker bij de stukken worden gelegd. De voorzitter: Mijnerzijds nog een korte toelichting op het profijbeginsel. Het kabinet is van mening dat de gemeenten meer het profijtbeginsel toe moeten passen. Hier kun je van mening over verschillen, maar ik konsta- teer dat dat zo is. Daarom wordt een bedrag, in mindering gebracht op de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Dus de uitkering gemeentefonds gaat omlaag omdat de gemeente meer via het profijtbeginsel moet innen. Ik moet daarop wijzen. Daarom dat wij die negentig procent hebben genoemd. U heeft natuurlijk volstrekt gelijk als LI stelt dat komt elk jaar opnieuw in Uw raad. U zult elk jaar opnieuw beslissen of U die verhoging van vijf procent toepast. Deze fasering hebben we op Uw verzoek aangebracht. Vorig jaar is hier tijdens de begrotingsbehandeling uitvoerig over gedis- kussieerd. Toen was de meerderheid van een kohierbelastingmits de ver hoging die daar uit voortvloeit zeer gefaseerd werd toegepast. Anders had U daar grote moeite mee. Daarom dat wij dat ook over een groot aantal jaren hebben uitgesmeerd. In ore voorstel hebben we de 90% pas in 1995 bereikt. Dit is gedaan omdat de raad hier uitdrukkelijk op gewezen heeft. Overigens loopt dit niet in de pas met de fylosofie van den Haag. Den Haag ver laagt de algemene uitkeringen omdat het profijtbeginsel onverkort moet worden toegepast. Overigens is het natuurlijk duidelijk dat elke raad autonoom is orn te beslissen of ze dat doet ja dan reen. Maar dit betekent wel dat als de verhoging lager uitkomt dan de verlaging van de algemene uitkeringen dit anderszins moet worden gedekt. Dat nog even als toelichting. Het lid Roosenboom: In eerste instantie meneer de voorzitter, het alterna tief dat de heer van Eekelen naar voren brengt, dat is ook door mij aan gedragen in de kommissie Financiën. Alleen daar stond ik toen alleen. Ik ben blij dat hij daar nu over heeft nagedacht en dat hij dat nu meebrengt in deze raadsvergadering. Uiteraard is dat iets wat ik dolgaarne wil steunen. Dan geef je aan dat de mensen een bepaald vast bedrag kunnen be talen en daarnaast hun plastic zakken kopen. Dat is goedkoper voor degene die veel vuil mee wil geven, die zal veel zakken moeten kopen, en degene die dat ook weer spaarzaam doet kan dat weer tot het minimum beperken.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1983 | | pagina 62