-58- De voorzitter: Dan zijn we nu aan het voorstel van de fraktie van de V/.V.D., vreemd aan de orde van de dag toe. In artikel 22 lid 4 van het reglement van orde staat, dat de vergadering met betrekking tot zo'n voorstel kan besluiten dat het in handen wordt gesteld, van het kollege van burgemeester en wethouders om advies. Dat is een mogelijkheid. De tweede mogelijkheid is dat het ter voorbereiding wordt verwezen naar een vaste of bijzondere kommissie uiteraard. Een derde mogelijkheid is, en daar staat bij slechts in zeer bijzondere gevallen is dit mogelijk, dat tot dadelijke behandeling wordt besloten. Dit moet echter een uitzondering zijn omdat voorstellen vreemd aan de orde van de dag eerst goed dienen te worden voorbereid. Dus daarom moet dit worden beperkt tot bijzondere gevallen. Het voorstel dat U gedaan heeft en voorgelezen heeft was een duidelijk geformuleerd voorstel. Heeft U nog behoefte om daar een nadere toelichting op te geven. Dan kijk ik even naar mevrouw Heimig,zij heeft het gebracht, of zij daar nog een nadere toelichting op wil geven. Het lid Helmiq-Mathiqsen Gerst: Onze bedoeling is om aan de raad te vragen of zij nu een uitspraak willen doen ten behoeve van die stichting, of ze nou wel of niet op de Beek mogen zitten. De voorzitter; Kan de raad akkoord gaan dat wethouder van der Weegen eerst even antwoordt voor er een instantie aan de raad wordt gegeven, zodat U dan tot een besluit kunt komen. Wethouder van der Weeqen:Een of twee vergaderingen geleden is een agenda punt midzomerfeesten aan de orde geweest of een ingekomen stuk van de mid zomerfeesten. Daar is toen op beslist om dat in de kommissie Sport- en Re- kreatie te behandelen. Dat is dan ook als zodanig gebeurd in de vergadering van 22 november 1982. Er is vrij uitvoerig gesproken over het aspekt midzomerfeesten met aanwezigheid op de publieke tribune van het bestuur van de Stichting Midzomerfeesten. Die hebben ook gebruik gemaakt van het vragenhalf- uurtje. De kommissie die heeft een advies uitgebracht om de midzomerfeesten toe te laten op de Beek, waarbij ze dan toch wel wat voorwaarden heeft gesteld. Die voorwaarden komen er in het kort op neer dat de midzomerfeesten een eigen karakter zouden moeten krijgen en dat de kermisattrakties daarbij een randgebeu- ren zouden moeten zijn. Dat wa sook het aspekt wat destijds door het kollege naar voren is gebracht. Op basis van dat advies van de kommissie heb ik afgelopen maandag een gesprek gehad met het bestuur van de Stichting Mid zomerfeesten, in aanwezigheid van mensen van Gemeentewerken, om gewoon eens over de lokatie de Beek te Praten. Daarnaast hebben zij eens toegelicht wat hun eigen karakter in zou houden. Daar wil ik zo direkt ook nog wel even op terug komen. Maar daaruit is gevolgd dat dinsdagochtend ter plaatse gekeken is door het bestuur van de Stichting Midzomerfeesten met Gemeentewerken, welke lokatie voor hun ideaal of in elk geval bruikbaar zou kunnen zijn. Er is in dat gesprek, die maandagavond, een afspraak gemaakt dat de Stichting Midzomer feesten, hun plannen over dat eigen karakter die ze inmiddels hebben, goed op papier te zetten en daarbij ook aan te geven hoeveel attrakties er komen. Ze hebben mij in het gesprek gezegd dat er 6 tot 7 kermisattrakties bij zouden kunnen horen. Ik heb ze gevraagd, geef nu konkreet aan welke dat zijn. Ik heb met hun verder afgesproken dat ze dat deze week in zouden dienen, dat plan. Dus uitdrukkelijk vóór morgenavond waarbij ze aan zouden geven wat ze willen doen. Een eigen karakter dus en aangeven welke kermisattrakties, welke lokatie, omdat ik ze in overweging gegeven heb om eens te kijken naar de manege, of die niet bruikbaar is in dat geheel. Daar zijn ze dinsdagmorgen naar wezen kijken. Ze zouden dat deze week op papier zetten. Ik heb gezegd dat als ze dat doen, dat er dan aanstaande dinsdag in het kollege een beslissing over genomen zou worden en ze dacht ik toch duidelijk de verwachting geven, dat ze daarna zeker niet op een negatieve beslissing hoeven te rekenen. Dat is de stand van zaken zoals die er op dit moment ligt. Ik zie de grote onrust nog niet zitten. De voorzitter: Ik vraag U als voorzitter van het kollege om vertrouwen te hebben in dit kollege gezien de toezeggingen die gedaan zijn. De afspraken die maandagavond door de wethouder gemaakt zijn. Het is exact gegaan konform de procedure, zoals die is afgesproken tijdens die raadsvergadering. Namelijk eerst bespreken in de kommissie, daar horen wat de randvoorwaarden zijn. Met die randvoorwaarden een gesprek met de stichting ook dat is gebeurd. Dit lijkt er allemaal redelijk uit te zien.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1982 | | pagina 58