11a. Aanvulling op het voorstel tot vaststelling zesde wijziging gemeentebegroting
1982 (korting rijksbijdrage en subsidies sociaal kultureel werk), naar aan
leiding van het bezwaarschrift Harmonie St.Antonius d.d. 3 februari 1982,
ingekomen 4 februari 1982 nr.458 en het schrijven van Oudervereniging R.K.
kleuter- en basisschool "de Biezenhof" d.d. 3 februari 1982, ingekomen
5 februari 1982 nr.465.
12. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de uitbreiding
en wijziging van de straatverlichting (7e wijziging gemeentebegroting
1982 en le wijziging begroting 1982 dienst Gemeentewerken).
13. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de reconstructie
en herstrating van diverse wegen. (8e wijziging gemeentebegroting 1982 en
2e wijziging begroting 1982 dienst Gemeentewerken).
14. Voorstel tot aankoop van het voormalige fabriekscomplex Unipak.(9e wijziging
gemeentebegroting 1982 en 2e wijziging begroting 1982 grondbedrijf).
15. Voorstel tot het vaststellen van subsidie aan toneelvereniging "Ons kent Ons'1,
16. Voorstel tot het instemmen met het uitvoeren van de tweede fase bouw admi
nistratiegebouw, het maken van een schetstekening.
OPENING:
De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijke gebed.
1. VASTSTELLING NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VAN 21 JANUARI 1982.
De voorzitter: Er zijn geen op- of aanmerkingen over binnengekomen. Dat be
tekent dat de notulen hierbij zijn vastgesteld.
2. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN
De voorzitter: Wie wil er punten van deze ingekomen stukken en mededelingen
aan de orde stellen?
Het lid Priems12.
Het lid Uytdewilligen:12
Het lid Mouws15.
Het lid Verboqt: 17.
Het lid van Eekeien:17.
De voorzitter: Dan zullen die punten aan de agenda worden toegevoegd.
Voor het overige wordt besloten konform de voorstellen van burgemeester en wet
houders
3. VOORSTEL TOT HET NEMEN VAN EEN V00RBEREIDINGSBE5LUIT (BLOEMENDAAL)
Het lid PriemsMet Uw goedvinden willen wij punt 3,4,5,6 en 7 bij elkaar
harken en een algemene opmerking maken. Zonder op alle slakken zout te
willen leggen valt het ons toch op dat het aantal voorbereidingsbesluiten
de laatste tijd weer de spuigaten uitloopt. We hebben weieens eerder ge
zegd dat het niet juist is om op deze manier oneigenlijk gebruik te maken van
die beruchte artikel-19-procedureIk kan me voorstellen dat sommige heel
terecht zijn en dat het dan een aanvaardbaar middel is, maar ik denk dat het
tijd wordt dat we het kollege eens vragen met een duidelijke uitspraak te ko
men, wat ze nu wel of niet hieronder willen brengen. We vragen dit niet op
zo'n korte termijn dat U daar vanavond uitspraak over geeft, maar wij willen
toch in de komende vergadering van U als kollege een duidelijke uitspraak
over het beleid wat U denkt te voeren met deze artikel-19-procedure
Het lid van Eekelen: Het staat niet bij de stukken, maar ik neem zonder meer
aan dat de onkosten van de stedebouwkundige verhaald worden. Dan vind ik,
als men een tekening ter inzage legt, doe het dan zo dat er geen vragen over
hoeven te zijn. Toevallig kwam de wethouder,die het aangaf, in de zaal waar
ik de stukken aan het bestuderen was en dan krijg je daar antwoord van.
Maar ik vind ook dat dat niet nodig hoeft te zijn. Je kon op de tekening niet
zien of hij door het groene hart op de parkeerplaats zijn inrit had, of aan de
voorkant, of aan de achterkant van dat perceel. Het zijn een paar stippellijnen.
Dat hoeft geen vragen op te werpen, dat kan makkelijk in een keer goed bij
de stukken liggen.
Wethouder Roosenboom:Het is moeilijk om hier namens het kollege een stuk
beleid te gaan verdedigen, omdat dat in het kollege nooit eerder een punt
van diskussie is geweest.
Maar het feit al dat U wordt gekonfronteerd met voorbereidingsbesluiten,
daarmee wil het kollege de zaak toch heel duidelijk naar de raad koppelen en
geen kiekeboe spelen. Er zijn inderdaad wel eens dingen bij waarvan je zegt,
nou, dat is op het randje af. Nee, zegt het kollege, alles wat in strijd
is met het daar geldige bestemmingsplan dat moet dan gelegaliseerd wórden
via een voorbereidingsbesluit. Ook zeer kleine dingen. Ik vind dat een hele
goede zaak dat dat zelfs kan, want er zijn bestemmingsplannen die al van
1948 zijn. Dus die zijn zeer zeker niet op de dag van heden up to date. Als
dan in 1981 mensen verzoeken doen waaraan de stedebouwkundige in 1948
misschien nog niet aan dacht, dan wordt dat nu aangepast. Dat vind ik een
hele goede zaak. Ik vind dat het echt de spuigaten niet uitloopt. Artikel 19,
dat wil zeggen dat men een beslissing neemt die op dat moment in strijd is
met het bestemmingsplan en die te zijner tijd, bij het herzien van het
bestemmingsplan, in het plan wordt aangepast. Ik zou niet weten waarom het
kollege op moet houden met dit oeleid te voeren, maar misschien is dat meer
een persoonlijke mening. Ik ken de mening van het kollege niet, maar ik weet
wel dat dit soort zaken door het kollege zeer objektief wordt bekeken en
als het in het belang is van de bevolking van Halsteren,-en daar zijn wij voor
ingehuurd-dan zullen we daar op geëigende wijze gebruik van maken.
Wat betreft de vraag van de heer van Eekelen. Ukent het beleid ook van het
kollege. Als er dan in strijd met het bestemmingsplan een artikel-19-pro-
cedure op gang wordt gebracht, dan worden de kosten die aan die procedure
zijn verbonden bij de mensen in rekening gebracht. Ten behoeve van hen
willen wij dan een planwijziging in de toekomst realiseren en daarop
vooruitlopende kan Gedeputeerde Staten een verklaring van geen bezwaar geven.
We vinden het alleszins redelijk dat-zij dan ook de kosten betalen. Dat
geldt ook bij het geval wat nu aan de orde is. Deze man heeft schriftelijk
verklaard alle kosten voor zijn rekening te nemen.
De voorzitter: De wethouder heeft gelijk als hij zegt dat wij vrij formeel
handelen. Dat wij exact bezien of een bouwplan aan een bestemmingsplan
voldoet ja dan neen.Zo neen, dan moet deze procedure gevolgd worden.
Ook daar zijn wel grenzen aan natuurlijk. Die grenzen heeft het kollege ook
voor zichzelf getrokken. Deze gevallen moeten zonder meer de officiële
procedures doorlopen. Dit gebeurt in principe altijd, maar er zijn soms
grensgevallenwaarvan je zegt, ja, dat is toch al te gek, dat is al te dol.
Je jaagt de mensen op onkosten en het stelt absoluut niets voor. Dan moet
er een mouw aan te passen zijn. En daar durf je als kollege ook de verant
woordelijkheid voor te nemen. Dit moet mogelijk zijn, dat hoort ook bij
het besturen. Verder als de heer Priems zegt, artikel 19 is toch niet bedoeld
om zo vaak toe te passen, dan heeft hij daar in principe gelijk in.
Toen artikel .19 met de daarbij behorende procedure is ingesteld, was de opzet
dat deze procedure niet zo vaak gebruikt zou worden. Alleen U hoort het veel
en U kunt er ook veel over lezen de laatste jaren. De procedures, die wij
moeten volgen voordat een bestemmingsplan is vastgesteld, zijn erg lang
en het kost veel geld. In feite dient elk bestemmingsplan om de tien jaar
te worden aangepast. Als we dit doen dan zou het probleem dat de wethouder
noemde niet aan de orde komen. Om de tien jaar een bestemmingsplan aanpas
sen, aanpassen aan de inzichten van dat moment en voor de komende jaren.
De kosten hiervan zijn erg hoog en de procedures duren lang. En dat werkt dit
soort zaken die nu aan de orde zijn ook in de hand.