-15-
De mensen zijn daar mee bezig. We hebben dat besproken in het kollege. Zou/el
het rapport van de Groenling, waar we best waardering voor hebben, omdat
deze jongelui zo intensief daarmee bezig geweest zijn, als de verontruste
toestand van de zuivering zelf. We hebben gezegd, we gaan dat nog maar eens
hard aan het waterschap vragen. Daarin zullen we nog eens heel hard vraaen
naar de stand van zaken od heden. Ik denk dat we dit bericht als het binnenkomt
maar snel bij de raadsstukken moeten leggen.
De voorzitter: De informatie met betrekking tot de zuiveringsinstallatie is
mondeling verkregen. Die informatie en ook de stand van zaken. Wij vonden dat
dat op papier moest staan. Daarom dat wij een brief hebben gestuurd naar
het Schap met de vraag om ons uitdrukkelijk heel goed te informeren hoe de
stand van zaken is. Is de stand van zaken zodanig dat ons dat niet aanstaat,
dan vind ik dat we daar heel hard aan moeten trekken. Ik vind de situatie
daar eigenlijk onhoudbaar. Ik denk dat U dat wel met me eens zult zijn.
Het lid van Wezel: Betreffende hetgeen de wethouder zegt over de zuiverings
installatie. De goede man kan er ook niets aan doen,-daar gaat het niet om-,
maar het is wel zo dat hij toch wel zal weten dat het Waterschap West-Brabant
er beslist vóór 1984 niet aan denkt om hier een zuiveringsinstallatie te bouwen.
Ze hebben gewoon geen centen. Het is wel een onhoudbare toestand geworden
omdat op de riolering steeds meer aansluitingen komen. U zult er wel op aan
kunnen dringen, maar zij staan machteloos. U kunt gerust op tafel slaan,
maar het zal U niet helpen. Het moet uiteindelijk uit de baten komen van de
opbrengst bij het Waterschap West-Brabant. Voorzover ik geïnformeerd ben zal
het 1984 worden eer we hier een zuiveringsinstallatie hebben.
Het. lid Mens: Dat was eigenlijk de teneur van mijn vraag; van hoe hoog staan we
nu op de urgentielijstIn het begin zeiden ze, de Dommelmond gaat voor en de Rode
Vaart gaat voor, maar ook Halsteren stond toen destijds--dat is vijf jaar ge
leden-, ook op de urgentielijstHoe ver zijn we nu gevorderd?
Wethouder SinkeJa, ik begrijp het. U weet dat het erg lang een diskussiepunt
is geweest of Halsteren wel of niet een zuivering zou krijgen. Dat is eigenlijk
nog maar anderhalf jaar geleden dat de minister duidelijk gezegd heeft dat
Halsteren niet zou aansluiten op de persleiding. Dat er dus een eigen zuive
ring gemaakt wordt. Het is inderdaad zo wat de heer van Wezel zegt, dat wij
niet vooraan staan. Ik dacht dat dat quotum vorig jaar is verdeeld en daar
waren wij niet bij. Als je dan rekent met de aanlooptijd dan wordt dat inder
daad vierentachtig. Dan denk ik dat we blij moeten zijn als die zuivering
in het voorjaar 1984 er is. Maar niettemin als dat nu eens keihard op papier
naar ons komt dan kunnen we daarop reageren. Ik ben met U eens dat het een
ontstellende zaak is. We zijn vorige week nog over de Tholenseweg gegaan en
het is eigenlijk erg vervelend en verwonderlijk dat de mensen nog zo weinig
reageren. Ik ben er wel dankbaar voor dat men dat zo blijft nemen maar het
is eigenlijk een hele rare zaak dat dit nog kan. Er zijn veel kleinere stank-
bronnen die veel meer aandacht krijgen dan daar. Schijnbaar is er sprake van
een zekere gewenning, maar het is iets dat onherroepelijk de wereld uit moet.
Ik denk dat het een van de vieste riolen van West-Brabant is. Dat is inderdaad
zo. Nogmaals wat de voorzitter zei als dat antwoord van het Schap West-Brabant
ons niet voldoet dan zullen we zeker in de pen moeten kruipen, zoals we dat
een jaar of anderhalf jaar geleden al gedaan hebben met het zuiveren van de
Verkorting. Daar hebben we ook nog flink aan moeten dringen om dat te doen,
maar ook dat hebben we toen bereikt. Dan zouden we ook moeten trachten om
hier in te versnellen, dat ter kennis van de raad te brengen en daarin te gaan
meespelen. Meer kunnen we niet doen denk ik. Maar eerst moet die brief uit
en als het antwoord er is dan kunnen we gaan reageren.
De voorzitter: We doen dus alle moeite om op papier te krijgen wat de toe
zeggingen zijn van het Waterschap. Het zou kunnen zijn dat die voor het kol
lege onbevredigend zijn. De heer van Wezel geeft in feite aan dat het toch
problematisch is en dat we niet te hoopvol moeten zijn dat het vóór 1984 al
gerealiseerd wordt.
