-6- De voorzitter: Ik denk dat dat ook wel het geval zal zijn. Ik weet niet wat de grootte van het bedrag toen was. Het gaat met verzekeringen vaak zo, dat als het om kleine bedragen gaat, men niet moeilijk doet omdat men de goede naam niet wil verliezen. Brandschade en schroeischade bijvoorbeeld, zijn altijd hevige diskussies. Is het een kleinigheid wat niet meer dan 100,of een paar honderd gulden kost dan wordt dat betaald en maakt de verzekering er verder geen probleem van. Gaat het om grotere bedragen, dan ligt het anders, maar misschien dat U daar toch in tweede instantie op terug kunt komen anders krijgen we een dia loog tussen ons tweeën. Het lid WalthuisOm bij Uw laatste antwoord te beginnen. De verzekerings maatschappijen zullen in mijn ogen veel eerder in kleine gevallen pro blemen maken dan in grote gevallen omdat de wet van de grote getallen leert, dat er veel meer aanspraak gemaakt wordt op kleine schades dan op grote. Dat is een kwestie die veel minder vaak voorkomt. De bedragen die daar in totaal mee gemoeid zijn zijn veel groter. Terugkomend op dit punt. Wij vinden dat we er als gemeente pas in laatste instantie toe over moeten gaan om de totale gemeenschap voor 40.000,op te laten draaien als er mogelijkheden zijn om die op een andere manier terug te halen. Ik vind dat die mogelijkheden om die op een andere manier terug te halen niet voldoende onderzocht zijn. Ik vind ook, en dat blijf ik vinden, dat de opstelling van het besluit als zodanig de ouders totaal vrijpleit. Daar voelen wij helemaal niets voor. In concreto raden wij B&W aan dit voorstel terug te nemen en daar andere zaken mee te gaan doen. De zaak gewoon op een normale manier afwerken, want anders 'zullen wij, stemming vragen en dan zullen we zeker tegen stemmen. Het lid van Eekelen: Ik wil alleen maar duidelijk maken dat Uw betoog niet juist is. Ik heb namelijk nog geen drie maanden geleden zo'n zelfde geintje meegemaakt. Toen zat een van de jongens van rne aan een handeltje van een traktor. Die schoof drie boten de gracht in, maar dat was geen enkel probleem. Die man die heeft zijn centen gehad en de W.A.-verzeke ring betaalde, ofschoon het zelfs nog op een particulier terrein stond. Dus wat U zegt gaat niet op. Het lid de Goffau-van Kaam: J.k meen te mogen zeggen dat hetgeen wat U zegt wèl opgaat. Het is wel een verschil van mening in deze, maar het is wel leuk om daar een keer achter te komen. Er is sinds een paar jaar ook een schrijven dat zegt, dat kinderen beneden de twaalf jaar niet voor hun daden verantwoordelijk kunnen worden gesteld. Wat de jurist dus zegt in deze, dat de ouders niet aansprakelijk kunnen u/orden gesteld, is ook juist. Het lid van de Kieboom: Ik wil nog even terugkomen over die afscheiding. U zegt die afscheiding van de school liet wel te wensen over. Ik heb in mijn betoog ook niet gesuggereerd dat die afscheiding van die school niet te wensen over zou laten, maar de afscheiding van de bouwaktiviteiten, dus dat argument gaat voor mij niet op. Het lid tiouwsIk denk dat dit toch een beetje te veel in de emotionele sfeer dreigt te raken. Ik vind een uitspraak als, ouders hadden maar moeten beletten, mij en ons, gelukkig, veel te ver gaan. Ik heb zelf' vier kinderen en God behoede dat ze ook dit soort praktijken uithalen. Maar wie van ons zal ooit de kans hebben, die mogelijkheden om dat moeten te kunnen beletten. Dat heeft de heer Walthuis letterlijk gezegd. Het lid WalthuisMeneer flouws ik maak er bezwaar tegen dat U mij woorden in mijn mond legt, die ik niet gezegd heb. Het lid MouwsJe kunt bezwaar rnaken wat je wilt. Ik vertel mijn verhaal en ben zo bereidwillig geweest naar jouw onzin te luisteren. Wilt LI ook zo bereidwillig zijn naar mijn argumenten te luisteren. De voorzitter: Meneer Mouws ik moet U wel adviseren om de adviezen van de raadsleden serieus te nemen. Het üd MouwsDat zal ik trachten te doen. Ik vind duidelijk dat als een juridisch advies is gewonnen, dat men dat, en ik neem dat toch aan, min of meer met leke ogen, eventjes trachten te bagatelliseren. Ik neem dat vrij serieus en als het kollege de moeite gedaan heeft om dat te doen, dan vind ik dat iedereen dat serieus moet nemeri en dat dat niet zo maar even- -7- tjes aan de kant geschoven kan worden. Wij zijn er natuurlijk voor dat hier de nodige stappen genoemen moeten worden. Dat ouders echt op hun taal als ouder gewezen moeten worden. Maar ik neem aan dat dat allemaal al gebeurd is en bovendien, denk ik wel dat ook de ouders al het nodige door staan hebben gedurende de afgelopen maanden. Ik vind het dus duidelijk. Wij staan uitdrukkelijk acliter het voorstel van het kollege. Het lid MensWat de jurisprudentie betreft. Het is wel een miljoen of achtenveertig en aan de hand hiervan en ook de bezittingsmaatschappijen, toen ze dit niet langer meer konden handhaven. Dat wordt ook door diverse raads leden naar voren gebracht, is ook de premie die vroeger 10,12, was voor ee-n W.A.-verzekering nu inmiddels is opgelopen tot 75, 80, Dat is ook hierdoor ontstaan. Dat is ook artikel 1403 van het wet boek dat we hanteren. De grootte van het bedrag is ook niet bepaald. Dan wil ik ook nog zeggen dat de bestaande verzekering van de gemeente dan toch wel herzien moet gaan worden. Tevens willen wij zeggen, dat wij hier geen ge rechtelijke procedure van willen maken. Dat willen wij niét doen. We wil len nogmaals toch wel een beroep doen om te proberen via de W.A.-verzekering deze schade terug te krijgen. De voorzitter: In de eerste plaats de heer Walthuis. Hij bestrijdt wat ik naar voren bracht, namelijk dat de verzekeringsmaatschappijen met betrek king tot de kleinere gevallen wat soepeler zijn dan als het om grotere bedra gen gaat. Ik geloof dat we daar hier nu niet verder over moeten diskussiëren. Ik heb bepaalde ervaringen. Misschien hebt U andere ervaringen, dat kan best zo zijn. Ik heb andere ervaringen, maar goed dat zij dan zo. Verder adviseert hij het kollege pas in laatste instantie van 'invordering af te zien. Dat is dan het punt. Wanneer is er sprake, van laatste instantie? Dat is de zaak waarom het gaat. We kunnen natuurlijk de kosten maken te weten aansprakelijk stellen en eenprocedure aangaan. Het behoeft niet zo ver te komen, dat weet ik, want, we kunnen ook eerst de reaktie van de verzekeringsmaatschappijen af wachten en dan kunnen we ons alsnog beraden. Dit betekent wel dat we mis- sccien weer terug moeten naar de raad en er weer een keer opnieuw over moeten diskussiëren. Ik zou graag nu wel haring of kuit willen hebben namelijk of we door moeten gaan tot aan het eind, ja dan neen. Verder zegt hij, de ouders worden vrijgepleit. Dat is een slechte zaak, daar ben ik niet voor. De ouders duidelijk op hun verantwoordelijkheden wijzen, vind ik in principe juist,. Dat is zo. Ouders zijn natuurlijk toch wel gedeeltelijk medeverant woordelijk voor de daden van hun kinderen. Ofschoon, de heer Mouws dat ook treffend naar voren heeft gebracht, is het soms wel moeilijk als het om kinderen gaat, die jonger zijn dan twaalf jaar. Ik weet hoe ik zelf was toen ik nog geen twaalf jaar was en soms zelfs nog daarna. En om daar de ouders steeds aansprakelijk voor te stellen gaat wel wat ver. Maar als dat volgens de jurisprudentie mogelijk is, dan doen we dat. Dat is nu juist het punt waarover het gaat. Uit het advies blijkt dat dat juist problematisch is. Ver der het advies van de heer Walthuis om het voorstel terug te nemen. Dat heb ik eigenlijk al min of meer beantwoord. We voelen daar niet zo veel voor, want we hebben er nu lang geboeg over gedaan als kollege. De zaak lag ter tafeJ toen ik hier kwam. We hebben er daarna nog een aantal keren over gediskus- sieerd en toen het besluit genomen, om een jurist in te schakelen. We zouden het daar toch graag bij willen laten en de raad gewoon tot een uitspraak laten komen. U als raad beslist daar uiteindelijk over. Wij doen een voorstel. De heer van Eekelen komt met een geval naar voren waarin wel tot schade-uit kering is gekomen. Een geval van drie maanden geleden. Elk geval staat natuur lijk wel op zich. Het wordt altijd, ook door juristen, per geval bekeken. Er waren hier ook een aantal bijkomende omstandigheden. Niet dat die direkt doorslaggevend waren, maar die zullen in het advies van de jurist ook duidelijk een rol hebben gespeeld. De heer van de Kieboom zegt met betrek king tot de afscheiding van het terrein of van de bouw, dat daar duidelijk onderscheid in moet worden gemaakt.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1980 | | pagina 22