-24- i Wat betreft het punt dat de heer van Eekelen naar voren bracht te weten hoe moet je dit voorstel nu behandelen, hij heeft het daar wat moeilijk mee. Er I ligt een uitvoerig stuk voor ons. Een inventarisatie van de beleidspunten was misschien wel beter geweest. In de kommissie jeugdzaken en welzijn is daar ook op gewezen. U he"bt ook kunnen zien dat ik eigenlijk wel heb toegegeven dat dat misschien beter zou zijn geweest. Ik heb voor mij zelf daarna bij de beleidspunten die allemaal hier aan de orde worden gesteld, een streepje I gezet. En dat waren er nogal wat. Het waren 27,28 punten die aan de orde wor den gesteld. Dat kunt U als raad natuurlijk ookdoen en daar kunt U bepaalde dingen uitlichten. De heer van Eekelen heeft dat ook gedaan. We hebben wel toegezegd aan de kommissie, dat nadat het behandeld is in de -raad, dit stuk zal worden toegezonden aan de verenigingen en de organisaties en dat we dan die recapitulatie wel zullen maken. Want juist voor die verenigingen j is het nog moeilijker om het gehele stuk door te nemen en er uit te halen wat voor hun van belang is. Toch dacht ik dat het U als raad toch wel duidelijk I is welke punten hier essentieel zijn. Die hebt U er uit kunnen halen. En de heer van Eekelen heeft daar het voorbeeld van gegeven hoe je dat dan doet. i heeftveel zaken genoemd. Ik ben bijzonder blij dat veel punten die hij noemt door hem worden onderschreven. Soms legt hij het accent nog iets steviger dan het kollege. Daar kom ik nog op terug. Ik denk dat ik ook een antwoord moet geven op die zaken die hij naar voren heeft gebracht, waarover hij toch misschien een wat afwijkende mening heeft, ofschoon de verschillen niet zo groot zijn. Daar zal ik dan nu mee beginnen. Hij begint bijvoorbeeld met he't punt wat dan misschien in zijn visie wat afwijkt de sociale school van het FNV. Wij zeggen, wij signaleren dat het FNV waarschijnlijk straks haar sociale school alleen open zal stellen voor leden van hun vakvereniging. Wij keuren dat niet af. Wij signaleren het alleen maar. We hebben daar best begrip voor. Ik weet ook waarom het FNV dat doet. Er wordt steeds meer gesleuteld aan de ondernemingsraden. Er wordt steeds meer gevraagd van de ondernemingsraden. De vakbeweging staat daar ook achter. Die pousseert dat. Zij zeggen bijvoorbeeld inleveren akkoord, maar dan willen we wel meespreken, mee beslissen in de bedrijven, met name waar de centen dan aan worden besteed. De ondernemingsraad moet een zwaardere rol vervullen, maar dan moeten ook de mensen beschikbaar zijn die mee willen beslissen, mee moeten beoordelen. Ik heb de indruk,-als ik niet goed geïn formeerd ben dan zal de heer van Eekelen mij ongetwijfeld corrigeren-, dat de vakbeweging daar de nadruk op wil leggen, om hun leden daarvoor op te leiden en ik denk dat dat een hele goede zaak is dat dat gebeurd. Maar dan moeten wij als kollege, als we dat signaleren, wel die leemte vaststellen. Dat mensen die geen lid zijn van het FNV dan niet meer de gelegenheid hebben om deel te nemen aan de sociale school. Dan ontstaat er een stuk leemte en dat bedoelen wij met hetgeen we hier hebben genoemd. Verder, ja, de vijftien- tot. achttien-jarigen worden genoemd als knelpunt. De heer van Eekelen doet daar een voorstel bij. Hij zegt tien tot veertien-jarigenter zake signaleer ik,-en hij staat daar dicht bij als voorzitter van de beheerskommissie de Wittenhorst-ook duidelijk een knelpunt. Nu,meneer van Eekelen, tijdens de diskussies die gevoerd zijn met betrekking tot dit plan, is dat niet zo gesig naleerd als een knelpunt. Als U dat nu naar voren brengt, dan wil ik graag de toezegging doen dat we daar als kollege aandacht aan zullen schenken bij de verdere ontwikkeling van het plan. Dat is een duidelijk toezegging dus. Dan wat betreft Lepelstraat. Natuurlijk is het zo dat Lepelstraat nooit liet voorzieningenpakket kan hebben van Halsteren. Overigens vind ik dit toch wel ongelukkig gesteld, want het voorzieningenpakket van Halsteren is tevens voor de bevolking van Lepelstraat, zo is het wel. Ik weet echter dat dit soms problemen kan geven. Afstand kan een probleem zijn, vooral voor bepaalde leeftijdsgroepen. Verder de psychologische afstand die er bestaat tussen Lepelstraat en Halsteren. Ook dat kan spelen. -25- We hebben daar tijdens die hearing in Lepelstraat uitvoerig over gedis- kussieerd. We hebben dat zelf daarom ook nog eens expres weer gesignaleerd in deze nota. Als hij dan zegt, je moet het toch als een aparte gemeenschap zien die toch bepaalde voorzieningen moet hebben maar dan moet dat wel naar de schaal van de gemeenschap daar. Dan ben ik dat met hem eens. Dat Lepel straat niet volledig is te vergelijken met een wijk binnen Halsteren dat ben ik ook wel gedeeltelijk met hem eens. Als hij dat maar niet al te adso- luut stelt, want dan zouden we illusies wekken naar Lepelstraat toe, die wij als raad niet kunnen waarmaken. Daar moet ik toch uitdrukkelijk op wijzen en dat is de bedoeling van de passage zoals die opgenomen is in dit stuk. Maar ik dacht dat de praktijk toch ook uitwijst dat deze raad ook alle aandacht schenkt aan de problemen die er spelen in Lepelstraat. Daar is deze uitwerking van de nota ook eenvoorbeeld van. Niet dat ik daar trots op ben. Het is een normale zaak dat dit gebeurt. Ik signaleer het dan nu wel. Dan het punt van de oudervereniging. Ter zake heeft hij een ander standpunt dan het kollege van B&W. Hij zegt, voor ons als Werknemerspartij is dat duidelijk een schoolgebeuren. Als kollege zeggen wij dat dat afhan kelijk is van de aktiviteiten die men onderneemt. Als er aktiviteiten zijn die duidelijk gericht zijn op dat schoolgebeuren dan zijn het schoolse aktiviteiten. Dat is duidelijk. Maar het zou kunnen en dat blijkt soms ook te gebeuren dat de ouderverenigingen ook andere aktiviteiten ondernemen. En -1 dan moet bekeken worden sec voor die aktiviteit of dat tot het onderwerp on derwijs moet worden gerekend, of dat er sprake is van een sociaal kul- turele aktiviteit. Als raad zullen we dat per onderdeel moeten beoordelen. Maar .die mogelijkheid is ook aanwezig en is ook gesignaleerd. Dan de muziekschool. Het gebruik van de muziekschool. Ik ben het met de heer van Eekelen eens dat wij ter zake voorop lopen met betrekking tot liet feit dat er rekening wordt gehouden met de inkomens van de ouders als de bijdrage wordt vastgesteld. Dat is een zeer goede zaak. Dat gebeurt. En dat daarnaast toch nog extra aandacht geschonken moet worden aan de deelname aan de muziekschool. Ja, we hebben het zelf aangegeven waar dat het geval is. We hebben gezien dat bijvoorbeeld vanuit Lepelstraat toch weinig deel wordt genomen aan de akti viteiten van de muziekschool en dat daarom daar toch extra aandacht aan ge schonken zou moeten worden. Ondanks dat de bijdragen gelieerd zijn aan het inkomen van de ouders. Het schijnt zo te zijn dat ook nog andere .zaken een rol spelen. Welke dat dan exact zijn? We hebben er een paar van genoemd. Of ze dat allemaal zijn, dat weet ik niet. Dat zou dan nog eens moeten worden bekeken. Daarnaast de zestien tot achttienjarigenDe heer van Eekelen zegt als dat zou betekenen dat het financiële konsequenties heeft voor de gemeente, dan zijn wij daar tegen. Dat is een duidelijke uitspraak, als kollege hebben wij dit gesignaleerd als een knelpunt. We hebben daar nog geen uitgespro ken mening over. Maar het zou kunnen zijn, dat in een gezin waar kinderen tot en met vijftien jaar wel voor de subsidie in aanmerking komen, zodra ze zestien jaar worden om financiële redenen de opleiding moeten beëindigen; dat terwijl de opleiding toch doorloopt. In de situatie van het kind is er niets veranderd. Of men vijftien jaar is of zestien, of zeventien, dat maakt in feite niets uit, als men nog naar school gaat, als men nog onderwijs geniet dan heeft het kind nog geen eigen inkomen en is afhankelijk van de ouders. Dan vergelijk ik het met een stuk worst, dat je voorhoudt. Waar even aan gelo ken mag worden tot en met het vijftiende jaar en dan net op het moment dat rnen wat door kan stoten en op kan gaan voor een bepaalde graad, dan wordt die wordt weggetrokken, terwijl er in de financiële situatie van het kind als zo danig en de financiële situatie van ouders geen enkele wijziging is opge treden. Daar kunnen vraagtekens bij gezet worden. Maar dit brengt wel aller lei problemen met zich en ik ben de eerste om dat toe te geven. Daarom dat we het toch als knelpunt hebben gesignaleerd. Het is mij bekend dat hier nog niet zo lang geleden in deze raad, uitvoerig is gediskussieerd en bewust de keus is gemaakt dat de zestien- tot en met achttienjarigen niet in aanmerking komen voor subsidiëring.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1980 | | pagina 13