H35I3T2JAH 3TO33M30 »r <fiesivrl>t$3ndt*C.i-wjM 4 I i ik is, ma iSwuoH tP-A.cl0!t j If er een .1 naani^ 4"t>ork i-t-ter: 24*®$#'in9v -v) yens ,1 nhui -pn elurtJIfW .C •qr> -2- sekretarisschap. Maar toen begonnen de raadsbesluiten, een officieel raadsbesluit van 22 juni 1978, toen werd hij met ingang van 22 juni gemeente-sekretaris van de gemeente Halsteren. Er waren 2 raadsbesluiten aan voorafgegaan, ook van 1949, toen werd hij onbezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand en 18 mei bezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand. 26 september 1975 is de heer Geers in ver band met zijn 40-jarig ambtsjubileum een officiële huldiging in een openbare raadsvergadering, als deze, aangeboden met aansluitend een algemene receptie. Hij werd begiftigd met de gouden medaille verbonden aan de orde van Oranje- Nassau. Hij werd door de gemeenteraad benoemd tot ereburger. De heer Geers sprak toen de bekende woorden: "ambtenaar zijn is het leukste beroep na kas telein". Hij heeft meegemaakt nogal wat bewogen perioden in de geschiedenis van niet alleen Halsteren, maar toch wel van de wijde omtrek. De vooroorlogse tijd, want hij was al in dienst vanaf 1935 en wanneer we daar aan terugdenken dan zien we toch ook wel nare beelden voor ons. Die crisistijd, en de ouderen onder U, er zijn gelukkig weinig ouderen onder U, die weten toch wel hoe naar dat was. Eigenlijk ook voor de werkzaamheden die er ter sekretarie daaraan verbonden waren, dat was speciaal eigenlijk de taak waarvoor de heer Geers in dienst werd genomen. Ik stel me zo voor dat ook hij in die periode het niet prettig werken vond. Die crisis van toen is, wat de ekonomische kant betreft, toch bijzonder somber en toen was er ook voor de gemeente veel werk te doen en dat was in hoofdzaak voorzover het ambtelijk betrof, zijn werk. Een andere typisch moeilijke zaak in die vooroorlogse tijd was al datgene wat samenhing met de voormobilisatie en de mobilisatie. Uitgebreide werk zaamheden die toch allemaal sekuur dienden te worden verricht. Kortom die hele vooroorlogse tijd, die heeft de heer Geers in dienst van de gemeente Halsteren beleefd. En toen kregen we de oorlogsjaren zelf; vier lange jaren, die ook altijd zeker niet voor een gemeentebestuur en personeel het eenvou digste waren. Toen de na-oorlogse tijd en als we dan denken aan de eerste jaren na de oorlog met die vele wederopbouw; alles wat er moest gebeuren, er was eigenlijk aanvankelijk niets. De eerste na-oorlogse jaren waren bijzonder moeilijk, ook toen had de gemeente een grote taak en haar per soneel en dus ook de heer Geers. Toen kregen we in 1953 de watersnooddie een groot deel van ons vaderland trof en ook in Halsteren. Dus ook aan Halsteren niet ongemerkt voorbijgegaan, februari 1953. Halsteren heeft daar toen een hele zware tol in betaald, aan die watersnood toen in onze gemeente 68 mensen verdronken. Velen van U kunnen dat zich herinneren. Toen werd er ook van het gemeentebestuur en gemeentepersoneel veel ge vraagd, veel improvisatievermogen. Ook in die periode heeft de heer Geers een werkzaam aandeel gehad om te proberen zo goed mogelijk elkander van dienst te zijn. De laatste jaren zijn allemaal wel iets gemakkelijker en iets prettiger, al blijft natuurlijk voor een gemeente altijd werk aan de winkel. Ik herinner mij nog het beeld wat ik destijds voor ogen had, toen ik voor het eerst hier mocht komen als burgemeester, mijn eerste periode nu ruim 30 jaar geleden, van U; dan zie ik de heer Geers met een hele stapel papieren, waarachter de heer Geers dan schuil ging. Ik weet niet precies hoe het toen met het registratuurstelsel op dat ogenblik al was, of het al helemaal ingevoerd was of dat wel helemaal klopte. Maar het feit is wel als ik op dat moment een bepaalde brief nodig had, dan zag ik een geweldige stapel en daarachter het hoofd van de heer Geers en op een gegeven ogenblik kwam dan de brief tevoorschijn. Dat is maar zo'n typisch beeld wat ik me van toen kan herinneren, de papiermassa. In het algemeen iemand met een opgeruimd gezicht en wat je misschien ook wel even prettig vindt om uit mijn mond gememoreerd te weten, ik vond je een lid van de kantoorjassen-brigade. Toen was het in het algemeen de tijd van het konfektiepakjemaar niet hier op het gemeentehuis, daar was het anders daar liep men alsof het een magazijn was. Men liep allemaal in lange bruine magazijnjassen, en ook de heer Geers had er zo een. Dat was

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1980 | | pagina 49