-22-
Hij vindt dat je dat bedrijf niet uit de gemeente moet weren,
al leen moet je het daar situeren waar het minder schade kan
berokkenen aan de mensen en de gewassen. Ook al zou die daar dat
stuk grond hebben dat het voor hem ook niet veel moeite zou
kosten dat wanneer de man een plaats wordt aangewezen om de
gronden dan te rui len. Hij vindt niet dat we de zaak af moeten
kappen, want eigenlijk heeft de man volgens de letter van de wet
er recht op» Dat is het punt, dan vindt hij dat het col lege ver-
pli cht is aan die dingen te denken en met de man rond de tafel
gaan zitten. Neen, niet in weigering volharden, maar rond
tafel gaan zitten en stellen van kijk als U op die plaats gaat
zitten, er zijn nu al brieven van een advokaat, kun je dan niet
beter daar of daar gaan zitten. Dan doe je aan overleg, dat moet
toch kunnen. Met zo'n man kun je toch gewoon praten en dan
de moge I ijkheden aftasten»
De voorz i tter zegt dat de heer van Eekelen het zelf al gezegd heeft
nTT.wanneer het erop aankomt heeft de man er recht op. Dan kun
je hoogstens nog zeggen: meneer, zou U zo vriendelijk willen
zijn om te overwegen om naar een andere kavel uit te kijken met het
oog op te duchten hinder. Maar je kunt niet zeggen: je moet
daar naar toe.
Het I id van EekeI en antwoordt dat hij dat ook niet gezegd heeft»
De voorzitter geeft toe dat een gesprek gekund had»
Het lid van EekeIen kan zich goed indenken dat wanneer je met die
man gaat praten en als je ziet wat de schadecI aimsstraks
zullen zijn van de omliggende bedrijven, dan vindt hij dat het een taak
van het col lege is om de man vooraf te waarschuwen» Dat wanneer
hij zich daar vestigt de kans loopt bij de eerste de beste ge
legenheid gesloten te worden.
De voorzi tter antwoordt dat we dat tegenwoordig ook doen. Iemand
krijgt een bouwvergunning voor een object waarvan we denken:
wel een beetje griezelig, dan schrijven we er meteen bij: denkt
U er aan, overtuigt LI er zich van dat U een reële kans heeft
voor het aanvragen van een hinderwetvergunningwant anders
gaat U onnodig investeren. Zo'n bericht krijgt men echt wel
als het zo iets betreft.
Het I id de Goffau-van Kaam betwijfelt of de man een hinderwet-
vergunn ign zaI kr i j ge n want er is ook gezegd dat er een afstand
moet zjn van 120 meter tot de volgende agrarische bebouwing»
Zij meent dat toen de bezwaarschriften binnen kwamen met name
de heer Franken die op zo'n 100 meter afstand woont. De afstand
wordt wel genoemd in de wet.
Het I id Verbogt is blij met de benadering van dei heer van Eekelen.
De te verwachten komst van de wegen geeft voor hem de zekerheid
dat het niet de bebouwing belemmert van de nabij gelegen buurt.
Hij heeft begrepen dat het probleem met de dichtsbijzijnde
woning ook opgelost is.
De voorz i tter antwoordt dat dat allemaal geen rol speelt. Aan de
ordeis gewoon het bestemmingsplan. Kan het wel of niet.
Niet aan de orde is de Hinderwet.
Het I id van de Kieboom is wat deze zaak betreft ook een ander
standpunt in gaan nemen mede als gevolg van informatie die hij in
gewonnen heeft, Hij zou zeggen: geef deze man het voordeel van
de tw i jfeI
De voorz itter zegt dat het ergens gewoon ingebouwd zit want
als we de vergunning gaan verlenen altijd in 2 delen doen.
Eerst de bedrijfsgebouwen stichten en laten funktioneren en
daarna de woning.
-23-
Het I id Mens wi I toch met het voorstel van het col lege
meegaan nIin weigering te volharden.
Het lid Verbogt wenst dan stemming.
De voorzitter antwoordt dat we dan overgaan tot stemming.
Het I id van Weze I vraagt voor al Ie duidel ijkheid of je de man
kunt verplichten een bunker op te richten bij de bedrijfs
gebouwen
De voorzitter antwoordt niet in het kader van het bestemmingsplan,
netlid KIaassen dacht dat dat in de man zijn aanvraag staat.
De voorzitter zegt dat wanneer dat er i n staat de man conform
moet bouwen.
Het I id van Weze I vraagt dat je toch eisen kunt stel len aan de
bouwvergunning
De voorzitter beaamt dat, mits die eisen alleen maar strekken tot
waarborging van de belangen die de bouwverorden i ng op het oog heeft,
maar als het gaat in de richting van de hinderwet is het niet
moge I ijk.
Het lid van Eekelen gelooft toch dat het niet juist is zoals
de voorzitter het nu formuleert. We hebben al meerdere bouw
vergunningen afgegeven en daarbij gezegd: de zaak moet zo en zo
ingeplant worden dat iso nder I aatst nóg bij Bogimex gebeurd—.
Je kunt dus wel degel ijk normen stel len als col lege.
De voorzitter antwoordt missch i en bij art t keI 19/ maar de bouwver-
ordening somt precies op wat je mag vragen en daar staat echt de
beplanting niet bij, helaas.
Het lid van Eekelen is van mening dat je bepaalde dingen altijd
kunt e i sen.
De voorzitter vult aan mits het in de bouwverordening geregeld
wordt. Bogimex was een artikel 19 geval en toen hebben we gesteld:
we doen het alleen maar, als je dit en dat doet.
Het lid van EekeI en heeft er toch wel moeite mee, niet krachtens
het bestemmingsplan, maar gewoonweg met de hinder die het
veroorzaakt
Het. I id Wa 11 h u i s zegt vandaar het voorstel om de bouwvergunning
af f© geven onder voorwaarde dat de man een bunker bouwt, waar
door die in feite gedwongen wordt om die droge mest te gaan ge
bruiken.
Dg voor-i tter antwoordt dat men geen voorwaarden mag opnemen in de
bouwvergunning, die in de hinderwetvergunning thuis horen.
Het lid Verbogt dacht dat hij het daarstraks al duidelijk had
gezegd, er is nIdie informatie is hem n.l. bekend, een ge
w i j z igde bouwtekening aanwezig hier op het gemeentehuis over de
droge niest. Er zijn 5 boeren, die een kontrakt met de
man hebben gesloten over de afname van droge mest. Ook wat
dat betreft is hi j voI Ied i g overtu i gd
De voorzitter zegt dat dat niet aan de orde is. Hij acht de
zaak voI doende toegeI icht en sluit de .beraadsIaging en gaat
over tot stemming»
Het I id Wa11 hui s zegt nog dat wanneer men bouwvergunning wi I
verlenen, dan moet tegen het voorstel van het college gestemd
worden
Voor het voorstel van het col lege stemmen de leden Mens, llytde-
wi I l i gen, Pr iems, van den Bos-Beckmann> Roosenboom en van
E I zakker
Tegen het voorstel stemmen de leden Walthuis, van Wezel, van Eekelen,
Sinke Mouws, Klaassen, Verbogt, de Goffau-van Kaam, van den Kieboom.'
Het voorstel van het col lege is met 6 stemmen voor en 9 stemmen tegen
verworpen, zodat in beroep aan C.J. Suykerbuyk bouwvergunning is
ver I eend
Hiei na gaat men over tot de algemene beschouwingen.