-34-
Wethouder Roosenboom heeft
Pv d
er geen bezwaar tegen dat de
A en Werknemerspartij voorstellen
groeperingen
om mode I 3
n oeze t i j a a
over
3 de mode I
stemm i ng
van het C D A
te kiezen.
Het I id Wa11 hu i s zegt dat wij
1 en hadden kunnen stemmen.
De voorzitter brengt vervolgens het kollege-voorste! in
Wanneer dat niet wordt aangenomen geldt mode! 3«
Vóór het voorste! stemmen de leden Walthuis, Kiaassen, van Weze
Verbogt, van den Kieboom, de Goffau-van Kaam, Roosenboom en van
EI zakker
Tegen het voorstel stemmen de leden Mens, Uytdewi
van den Bos-Beckmannvan Eekel
Het voorstel
en 7 stemmen
en
van het kol lege voor
tegen aangenomen.
Mouws en Sinke,
mode! 1 is met l
i genPr i ems
stemmen voor
9. VPORSTEL TOT HET INSTEMMEN MET DE ONTWERP-STATUTEN EN HU1SH0UDE-
UJK REGLEMENT VAN DE OPENBARE BIBLIOTHEEK HALSTEREN
Het I id Mens zegt dat het hem gaat om artikel 7. Hij dacht dat in de
informele vergadering hetzelfde was gezegd als ten aanzien van het
vrijetijdscentrum, nl. dat de wens werd geuit om de bestuursleden
te laten benoemen door de gemeenteraad. Nu staat in dat artikel
dat de bestuursleden worden benoemd door burgemeester en wethouders.
Hij zou wi Men vragen om daar gemeenteraad van te maken.
V/et hou derRoosenboom antwoordt dat dat in die informele raedsver-
g ader i ng niet helemaal duide 1 ijk naar voren is gekomen. Toen is
zeer duidel ijk voor het vrijetijdscentrum gesteld, met een be-
heerskommissie die veel meer naar buiten treedt dan een statuten-
bestuur van een bib! iotheek, dat is toch niet onder een noemer te
brengen. Hij gelooft dat het niet overduidelijk naar voren is ge
komen, dat de raad deze bestuursleden zou benoemen. Het koncept
was toen ook al in het ko1 lege van B&W. Hij v i ndt geen termen
aanwezig, niet dat hij de raad dat niet gunt, maar hij gelooft
dat je geen vergelijking kunt trekken met het bestuur van een
bibliotheek. Die heeft een gerichte doelstelling. Maar goed het
staat hier. Hij wil alleen betwisten of een duidelijke meerder
heid in de raad voor, in plaats van B&W, de raad.
De voorz i tter vraagt waarom ze het eigen! ijk niet zelf mogen doen,
N I dat de st i cht i ng zichzelf aanvult,
Wethouder Roosenboom zegt dat er toen over gediskussieerd is en
zouoen er via advertenties mannen of vrouwen worden gevraagd en
het huidige bestuur zou een voordracht doen in dit geval aan het
kol lege van burgemeester en wethouders, Om de openheid en de de
mokrat i ser i ng van het bestuur zoveel moge I ijk te waarborgen, dat
de benoeming door het kol lege als een sluitstuk gezien kan worden.
Anders krijg je hetzelfde als met die andere st ichtingen
De voorzitter interrumpeert en steit dat openheid toch niets met
het kol lege te maken heeft.
We 111 o u d c r R o o s e n b o o m antwoordt dat. er een open so llic i tat. ie is,
maar als het bestuur zichzelf weer benoemt dan krijg je weer van
diezelfde stichtingsvormen, waar zij in het verleden zoveel be
zwaren tegen hadden.
De voorz i tter zegt tenzij wordt ingebouwd maximaal 2x4 jaar en
mits die mensen uit die groeperingen
-35-
Het I id van Eekelen zegt dat wethouder Roosenboom we! gel ijk heeft,
dat er de vorige keer geen duidel ijke meerderheid was, want hij kan
zich nog goed herinneren dat die zei: "dat hoef jij niet goed te
vinden, want dan breng ik het we! in de raad en dan zullen we er
met z'n 8-ten wel over stemmen". Dat kan hij zich nog goed herin—
neren, want zo duide I ijk lag het niet. Al leen vraagt hij zich af
of het lid van het ko1 I ege in art i ke1 6lid 6 automat isch als ad-'
viserend I id van het bestuur er aan toegevoegd moet worden. Hij
heeft nl. zelf de P.B.C. gebeld en daar heeft hij gevraagd waar
die zelfde struktuur nog meer was, nl. dat een wethouder automa
tisch in de statuten wordt opgenomen als lid van het bestuur. Nu
daar konden ze hem geen antwoord op geven, ze wisten er geen,dus
het zal er wei niet van overlopen. Maar ze wisten hem wel te ver
tel len dat een gemeentesekretaris ambtshalve er wel in staat, dat
komt in meerdere plaatsen voor, maar een wethouder komt niet voor.
Maar ja, het is niet de eerste keer dat er iets unieks is in Hals
teren, dit kan ook. Hij heeft er wel bezwaar tegen. Hij vindt dat
wanneer je het in de statuten opneemt dan verpIicht je de eerstko
mende wethouder dat die automatisch daaraan als adviserend bestuurs-
I id is toegevoegd, omdat liet in de statuten staat. Als de heer Roo
senboom er persé bij wilt zijn dan zijn er andere mogelijkheden,
dan hoeft het niet in de statuten te worden opgenomen. Hij vindt
ook dat wanneer het-bestuur zichzelf niet kan benoemen, niet het
kol lege maar de raad de bestuursleden moet benoemen. Waarom zou
je minder demokratisch werken om het B&W te laten doen, wat is
erop tegen dat de raad het doet. Dat het gedragen wordt door de
meerderheid van de bevolking, door de mensen die gekozen zijn.
Wet houder- Roos c n b o o m antwoordt dat dat de wethouders ook zijn.
ïTTj kan de raad gerust stellen dat hij geen enkele ambitie heeft
om in dat bestuur te gaan zitten. Inmiddels is er tussen de 2
wethouders een afspraak gemaakt, dat de heer van El zakker de
portefeuille Onderwijs en Bibliotheek overneemt, dus hij zit niet
meer voor zichzelf te praten. Ook in de krant heeft U kunnen le
zen dat we de zaken een beetje gaan bundelen. We moeten de zaak
wat evenrediger gaan verdelen tussen ons beiden, hij kan daar
wel afstand van doen. Overigens is dit een voorstel wat uit de
kommissie komt en als zodanig heeft het kol lege dat overgenomen.
Daar waren binnen het kollege geen termen aanwezig om het niet
te doen. Maar nogmaals het is de raad zijn recht om er een ande
re mening op na te houden. Het is ons recht om het zo aan de raad
te presenteren.
Het lid Pr i ems zegt dat bij het voorstel voor het vrijetijdscen
trum een voortreffeIijke argumentatie zat om te kiezen voor een
bohoe r skomm i ss ie ex artikel 61 van de Gemeentewet, daarin wer
den ook nog eens de nadelen van een stichting op een rijtje ge
zet. Nu verbaast het ons, als we zien dat voor de bibliotheek
een stichting wordt aanbevolen. Ook hier waren weer moge!ijkhe-
den genoeg om een beheerskommissie te kiezen. Hot 2e punt is,
dat hij nog steeds geen goede argumenten van de wethouder heeft
gehoord waarom hij vindt dat bestuursleden door burgemeester en
wethouders benoemd moeten worden en niet door de raad. De wethou
der heeft daarvoor geen argumenten aangedragen,
We t. li o u d e r Roosc n b o o m antwoordt dat het kollege gewoon geluisterd
heeft in de informele raadsvergadering en daar bleek dat de meer
derheid voor dat koncept was, dat toén ter diskussie was.