-3 0- Wethouder Roosenboom heeft bij de bi Ibiotheek het co 1 lege voorge dragen als de benoemde instantie om de raad te laten zien dat niet de stichting benoemt, maar een andere instantie. Hij zou er voor waken, zolang hij nog in het col lege zit, om van die voor dracht af te wijken. Mocht het i j n dat hij een vermoeden heeft dat het uit de hand gaa lopen, dan wordt direkt de raad hierover geïnformeerd. Dan heeft de raad toch inspraak, en die toezegging doet hij nu, wanneer het fout zou Iepen. Hij vindt het veel te ge- compIiceerd als heel die raad wanneer er straks een vakature is iemand moet gaan benoemen in liet bestuur van de stichting b i bI i otheek Het I id Mens heeft wethouder Roosenboom ook wel eens horen zeggen dat die er erg veel moe i te mee had on iets te delegeren aan het col lege van burgemeester en wethouders. Het I id Pi- i eins vindt het goede argumenten van de heer Roosenboom waarom de taak is opgedragen aan het college, maar hij heeft toch nog geen goede argumenten gehoord waarom de raad het niet zou mogen doen. Wet houder Roosenboom antwoordt dat wanneer de raad het zou doen in deze beslotenheid, dan zou hij er.». Maar hij gelooft dat er binnen het college toch vrijelijk over de voordracht gepraat kan worden, Het lid van Eekelen interrumpeert en ste11a I I een iets makkelijker. Daar hoef je maar 1 man te overtuigen en hier 14. Wefhouclor Rooscnboom vervolgt en zegt dat wanneer het daarom gaat en liet blok van b bi ijft overe 1 nd tot. 1982 en wanneer je daarop zinspeelt dan zit je er ook voor "peer snot bij". Het lid van Eekelen begrijpt al die heftigheid niet. Zodra wet houder Roosenboom iets voelt dat ze aan je macht kalven, dan vliegt hi i in de gordijnen tot en met. Wethouder Roosenboom dacht dat we hier gezel I ig zaten te praten, maar l~ i cl van be ke I e n wil het in de politieke sfeer brengen en daarop geeft hij hem een antwoord. De voorzitter zegt dat de argumenten blijven: móet het enerzijds de genfeente doen en zo ja, dan wil de heer Pr i ems de voordeler horen voor het col lege tegenover de raad, die de voIksvertegen- woordigers bij uitstek zijn» Het I id Mouws voelt noch voor liet één, noch voor liet ander. De voorzitter zegt dat wanneer we noch voor het één noch voor het ander voelen en hij moet erofi wijzen dat wanneer de raad dit doet hoever trek je het dan door naar andere gebruikers van gemeente I i jke e i gendommen Wethouder Roosenboom kan zich wel voorstel len dat straks in Lepel straat een stichting komt, die overeenkomstig de Statuten is, die door deze worden samengesteld. Dan heb je straks 2 stichtingen, maar dan krijgt de stichting, die voldoet aan de statuten, van hem de subsidie en het gebouw. Niet de stichting, die naar zijn gevoe lens zich ondemocratisch gedraagt wat betreft de bestuursvorm. Het I id Mouws zegt dus duidel ijk machtsmisbruik. Het I id van Eekelen zegt dat niet wethouder Roosenboom de subsidie ver leent,maar.dat de raad dat doet. Wethouder Roosenboom zegt dat dat korrekt is. De voorzitter zegt dat het een moei I ijk punt is dat je als gemeente bestuur moet zeggen: "we wi 1len dSt nog wel doen, maar dót niet meer". Bij het vrijetijdscentrum vinden we het bl ijkbaar allemaal rede I ijk, en daar kan hij inkomen, maar er zijn een heleboel andere zaken die op of in gemeentel ijke terreinen en gebouwen zitten en daar doen we dat niet. Waar I igt nu de grens? -31- Het lid Pr i ems zegt dat de bibliotheek te maken heeft met de hele gemeenschapHij vindt dat een zwaar argument om het aan de voIksvertegenwoordigers over'te laren om zich daarover uit te spreken. D e voorzi 11 e r vindt het sportpark ook voor heel de gemeenschap. Het lid Pr i eins antwoordt dat men hem niet zal horen stellen dat dat n i et zo is. De voorzitter dacht begrepen te hebben dat de raad dat toch niet van plan is voor alle verenigingen. Hij vraagt vervolgens ol het niet denkbaar- is om voor Lepelstraat een overgangssituatie te kreëren voor een paar jaar. Daar is het particulier initiatief hee I duidelijk geweest, heel de gemeenschap is daarbij betrokken qe- worden. Het I id van Wezel vraagt zich af of .wanneer er een voordracht van de bibliotheek komt voor de bestuurssamensteI I ing of er dan 1 raadslid zou zijn die het er niet eens mee zou zijn. De voorzitter verwacht dat ook niet. Het I i d Ver bogt zegt dat in het verenigingsgebouw diverse vereni gingen en clubs zitten en dan om orde op zaken te houden lijkt hem de bibl iotheek moei I ijker. Het bestuur en personeel komt van uit 1 richting met dezelfde instelling» De voorzitter antwoordt dat het bestuur zeer weinig te vertellen heeft Het I id Verbogt zegt nog dat we er voor moeten waken dat in liet. vrijet i jdscentrum niet 1 club de boventoon gaat voeren. De bibl i otheek is toch wel een ander gegeven. Het lid Pr i ems vraagt wat beter is dan e'en beslissing, die gedragen wordt door alle mogelijke maatschappelijke groeper ingen. Dat is toch het meest ideale, dat de raad zich hierover kan uit spreken. Wethouder R o o s e nboo m antwoordt liever de raad, dan niks. Hij heeft gepleit voor het col lege, maar als men gaat discussieren over helemaal niets, dan heePt hij toch de voorkeur voor de raad. Het I id Ver bogt wi I nog wel even opmerken dat hij geen voor stander is van liet bemoederen van verenigingen en stichtingen die ook nog in gemeenteli jke gebouwen zitten. De voorzitter concludeert dan dat hier de grens ligt. Het lid Verbogt wi I daar wel voor waken, want anders krijg je al die futiliteiten over de raadstafel. Ukvoor-- i 11 or vraagt of we het dan doen op een voordracht van 3 van het bestuur. Het I id Mouws vraagt wie dan het bestuur in le instantie is, voor z i t.tcr vindt dat moei I ijk. Lepelstraat heeft zelf de schouders eronder gezet zodat het spul nu draait en hij zou zich kunnen voorstel len 0111 hier een overgangsfase van 4 jaar in te bouwen. Wethouder Roosenboom vindt van niet. Dat is ongeloofwaardig,.... De voorzitter zegt dat je dan het partikulier initiatief torpedeert. Wet 11 o 1.1 d e r R o o s e n boo m vindt het best dat de raad het huidige bestuur in deze vorm accepteert, maar als je voor Halsteren dit doet, dan geldt dat ook voor Lepelstraat. Anders maken we ons zelf onge loofwaardig tovwat we in Halsteren wi Ilen. Er zijn 2 biblio theken, gelijke monnikken gelijke kappen. Het lid Ver bogt vraagt wat ons let om het voorlopige bestuur van lepelstraat als zodanig te benoemen. Wethouder Roosenboom vindt dat goed, dan doen we het bij deze. Hij vindt wel gelijke statuten, geen vriendjespolitiek.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1979 | | pagina 29