-20- Het I id Wa 1 thu i s zegt. dat de heer Pr i ems hem het niet kwal ijk moet nemen, maar de gemeenschap kan zich laten vertegenwoordigen door een aantal, die zij daarvoor geschikt achten» Het 1 id Pr1ems vraagt wat dan het bezwaar is om te gaan werken met een bebeer scomm i ss i e ingevolge artikel 6la. Wethonder Roosenboom antwoordt dat het aan de wijsheid van het coTTegeisomdie mensen er in te vragen en te benoemen. Toch voelt hij wel voor de argumentatie van de heer Priems, dat er inderdaad in Halsteren veel.mensen wonen, die eigenlijk voor hem en velen onbekend zijn en die toch wei zeggen:"ik zou best eens hier wat wi I len gaan doen.' Dan is het gewoon een kwestie van hoe krijg je van die groep mensen signalen naar je toe» Hij neemt de heer Priems als voorbeeld, vóór de gemeenteraads verkiezing was hij voor hem een volslagen onbekende» Het I id Pri ems vindt dat de raad er zich bewust van moet zijn, dat er naast een stichting en eer vereniging ook nog een andere moge I ijkheid bestaat. Zij vragen of de raad zich over die moge- Iijkheid zou wi Ilen buigen om te bestuderen of dat voor ons een goede zaak is, We moeten proberen te bekijken of er voor ons voordelen inzitten. Hij vindt het niet juist dat liet zomaar van tafel geveegd wordt, We hebben U allemaal een voorbeeld gegeven van een organisatie in Rotterdam, hoe daar een beheers" commissie funktioneerdeHij vindt dat we best daar eens over mogen nadenken» Het I id van Pekelen heeft het stuk ook gelezen, echt bestudeerd heeft I'. ij het niet. Hij heeft het pas gisteravond gekregen. Al leen deze stukken heeft hij wel bëstudeerd en wij zijn er al wat langer mee bezig n.l, toen de commissie democratisering nog bestond. Daarin hebben we verschi I lende vergader i ngen gewijd aan bepaalde statuten. Voor hem is het eigen!ijk helemaal geen nieuwe materie, maar een oude.Hij vindt dat de raad, en dan zegt hij duidelijk de raad, en niet het college, meer de vinger in de pap moet hebben met zijn bezittingen. Toestanden als bijvoorbeeld in Lepelstraat met het gemeenschapshuis en met het verenigingsge bouw hier in Halsteren moeten eigenlijk niet mogelijk zijn. Als raadsleden waren we het er ei geril ijk over eens dat juist die dingen konden gebeuren omdat men totaal geen vinger meer in de pap had. Omdat men zichzelf benoemde en ontsloeg enfin noem maar op. Hij is voorstander dat bij dit bestuur er een advertentie in de krant wordt gezet, net zoals wethouder Roosenboom zegt, dat dan de bestuursleden door de raad worden benoemd en niet door het col lege. Als er zo'n bestuur eenmaal zit dan vindt hij ook dat de raad, als er een bestuurswisseling gebeurd, die mensen benoemd. Het bestuur kan wel een voordracht doen uit de mensen die gesol I iciteerd hebben op de advertentie, maar de raad benoemt die mensen. Hij vindt ook dat het uitgesloten zou moeten zijn dat het bestuur straks zelf personeel aan kan nemen of kan ontslagen. Hij vindt dat zuiver een taak van de raad. Wij zijn al veel te klement met al die stichtingsvormen en het is altijd uit de hand gelopen omdat de raad nooit iets te zeggen had. Hij vindt gewoon dat de raad er verantwoorde I ijk voor is. Zo ook vindt hij dat in de driesprong een raadslid zitting zou moeten hebben Het lid WaIthu i s zegt dat zoals de situatie nu ligt in de raad, zou zo'n benoeming altijd uitdraaien op een politieke benoeming. Zijn we daar op uit? Het I id van Eekeieri vraagt om het hem niet kwal ijk te nemen, maar hij vindt dat een zeer slecht argument. Hij wi I helemaal geen poli— -21- tiek bedi-'jven. Dan zou je hem beschouwen zoals je zelf denkt. En zo is het toch niet, in zulke zaken tracht je toch een zo objectief mogelijke mening te geven en eerlijk objectief te stemmen Het I id Walthuis zegt dat wanneer de heer van Lekei en zo zou denken a Is h i j denkt, dan zouden-er niet zoveel probelen zijn. Het lid van den Bos-Beckmann kan er helemaal achter staan wat de heer van Ecke1 en zegtmaar het is gewoon zo dat bij een stichting het bestuur het enige orgaan is. Juridisch kan je er niets meer mee, je raakt de greep kwijt op de stichting. Het I id van Eekolen zegt dat wanneer je de bestuursleden benoemt, dan heb je toch een vol ledige greep op hen» Wanneer dan nog het personeel benoemt en ontslagen wordt door de naad din is het nog democrat i sclier Het I id WaIthu i s kan zich het principe van zijn beide rechtse raadsleden best voorstellen n.l, wanneer we de keus tussen een stichting en een vereniging hebben, dan moet men de vereng i- ging kiezen, Dat is volgens hem het feit, ook al omdat in eon aantal aan te wijzen stichtingen het niet helemaal democratisch toegaat. Aan de andere kant vindt hij dat er ook verenigingen aan te wijzen zijn waar het niet goed toe gaat. Dan zegt hij"al is het dan een stichting en we hebben er voldoende greep op, dan maakt liet in feite niet veel uit". De voorzitter antwoordt dat het idee van mevrouw van den Bos voor een deel in de statuten zitten, die nu gelden van deze vrijetijdscIubWant daarin is voorzien van een raad, die bestaat uit afgevaardigden van alle gebruikers. Die raad kiest dan weer een dagelijks bestuur, en dat dagelijks bestuur runt de zaak. Het verenigingsachtige zit er inderdaad een beetje in. Het is dus een stichting met een zeer grote algemene raad, die wordt gevoed door al Ie gebruikers en aan het liooFd daar van zit een dage I ijks bestuur. Wethouder Roosenboom vraagt wie dan het dagelijks bestuur benoemd, De voorzitter antwoordt dat dat het punt is. Maar dat zou je inderdaad de raad kunnen laten doen» Maar je moet dat dan eerst reglementair regelen. Maar daarin heb je het ene en het andere een beetje We t h o u d e r Roos enboom zegt de suggestie van de voorzitter zo over te nemen De yoorz j tt.er vervolgt dat ook gesteld is dat niet het hele dage- I i j ks bestuur uit gebruikers mag bestaan. Wethouder Roosenboom vindt dat dat dagelijks bestuur niet door die raad mag worden benoemd. De voorzitter is dezelfde mening toegedaan. Meer een aanbeveling doen en dan moet de raad zeggen dat zijn dan de 5 kopstukken. Het lid van Wcze I vraagt naar de juridische kant. Een vereniging kan aansprakelijk gesteld worden»,.. De voorzitter antwoordt dat ze al lebei aansprakeI ijk gesteld kunnen worden, maar niet verder dan hun vermogen reikt. Als de vereniging rechtspersoonlijkheid zou hebben dan zijn de bestuurders hoofde li ik aansprakeI ijk. Het lid van Eekclen zegt dat de suggesties die hij aangedragen hee Ft dat hij daar toch wel de mening over wi It horen van het col lege en zijn mederaadsleden. Wet h o u de r R o o se n boo m zegt dat hij in zijn suggestie het college genoemd had als benoemencb i nstant i e maar hij iieeft geen enkel be zwaar als de raad het bestuur benoemd. Tenslotte maakt hij het niet uit, maar de raad.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1979 | | pagina 24