20-
Ais men daar niet aan voldoet dan krijg je geen enkele cent
subsidie, maar* ook zal het schap het niet accepteren» We moeten
een kamp hebben, dat past in die voorwaarden. Om nu al die
moei Iijkheden te voorkomen om een plan vast te stellen wat
achteraf toch niet wordt geaccepteerd, dan zegt hij laat ik nu
eerst die vergaderingen afwachten om toch zo enige zekerheid
te krijgen wat men wél wil. Volledigheidshalve moet hij er wel
bij vertellen dat Halsteren de enigste gemeente is, die tot
op heden nog niets heeft gedaan en daardoor is er van hoger
hand een lokatie aangewezen» Het terrein dat is aangegeven
1 i gt aan het Vagevuur nabij de kern Lepelstraat, Nadien zijn
er die 3 alternatieven genoemd, maar die zijn door de pro
vincie Noord-Brabant en het woonwagenschap niet geaccepteerd.
Het I id van EekeI en zegt dat dat wel zo kan zijn, want dat is al
maanden zo«' Hij v i ndt dat we niet naar de signalen moeten
luisteren, die vanuit het schap komen. Je moet naar de signalen
van de bevolking van Halsteren luisteren. Wethouder Roosenboom
kan wel zeggen dat er tonnen mee gemoeid zijn, die betaald
worden door C.R.Mo, maar daar staan ook woningen in die buurt,
die de mensen met hard zwoegen en met 30 jaar een last op
hun rug gekocht hebben» De waardedaling is dan misschien
wel 50%, Je moet net zo goed aan die mensen denken»
Wethouder- Roosenboom heeft niet beweerd dat dat woonwagenkamp,
en daar heerst schijnbaar een groot misverstand in Lepelstraat,
daar komt waar het schap het heeft aangewezen. Omdat wij het
niet hebben gedaan, wijzen wij iets aan. Maar hij kan zich ook
voorstel Sen, dat wanneer uit de raad een voorstel zou komen
om b.v, het Sint MaartenspIein aan te wijzen, dat dat helemaal
geen problemen zou opleveren bij het schap, als het maar voldoet
aan de criteria's. Er zijn voldoende lokaties in Halsteren aan te
wijzen die voldoen aan die criteria's. Al leen omdat wij het
niet hebben gedaan, we hebben allemaal geprobeerd dat kamp
op een plaats te situeren waar het zover moge I ijk van de
bebouwde kom afligt»
Het lid Mouws vindt het fijn dat wethouder Roosenboom, op zijns
zachts gezegd, zich wat genuanceerder opstelt dan in die commissie
Ruimtelijke Ordening, want ook daar liet hij voor hem overdui
delijk blijken dat die alleen maar zou luisteren naar wat men
van eiders in zou brengen over dat woonwagenkamp. Als die praat f->'
over de kosten, dan zegt hij dat dat een punt is dat je nooit
iets gaat aanleggen als de begroting nog niet is goedgekeurd.
As de wethouder zegt dat Halsteren de laatste is die een
p.aats aangewezen heeft, dan kijkt hij niet verder dan de
gemeente Steenbergen, die gegarandeerd ook niet voldoet aan de
eisen die het schap stelt» Bovendien vindt hij die eisen
dusdanig geformuleerd, waarvan je kan zeggen; "moet je daar
voiiedig mee instemmen' Kun je op wat voor manier niet pogen
een middenweg te vinden» Hij blijft er ook bij en dat heeft
hij ai uitdrukkelijk vertelt in de commissie Ruimtelijke Orde
ning, dat de kern Lepelstraat van dusdanige struktuur
is, dat die een volledig woonwagenkamp voor heel de gemeen
schap Halsteren, sociaal gezien niet kan dragen. Hij geeft
het nogmaa Is u i tdrukke I ijk in overweg ing om er alles aan te
doen, dat die lasten eer I ijker over de gemeenschap verdeeld
worden. Misschien moet dan de suggestie van stal gehaald
worden om naar 10 of 12 Individuele plaatsen te zoeken, een
voorstel dat ook niet helemaal weg was, maar een situatie
daar op zo n kleine gemeenschap, zo dicht bij die bebouwing,
die is zijns inziens vo!ledig onaanvaardbaar
De voorzitter merkt op dat Gedeputeerde Einmahl het voor Hals-
-21-
teren een goede zaak zou vinden als er 2 o 3 kampjes waren.
B.v, 1 gemeenschap Lepelstraat en 1 gemeenschap Halsteren,
Het lid van Wezel dacht dat wanneer de raad het moet uitmaken
dat we dan moe i I ijk tot overeenstemming zullen komen.
Het zal overal proberen zijn, om ze in een hoek te duwen,
waar men de andere niet wi I» Dat zou hij betreuren» Hij
v i ndt wel dat de woonwagenbewoner het recht heeft on# bij de
gemeenschap te leven. Waar de heer van Eekelen duidt van
waar ze komen krijgt men een vermindering van waarde van
de woning, maar hij gelooft dat het overal problemen zal
Ieveren
De voorzitter- vindt dat wij het plaatselijk beter kunnen be
kijken dan mensen, die veraf zitten. Studie op dit punt om
nog iets beters te vinden is echt niet weg.
Het lid Wathu i s krijgt steeds meer het idee, dat al Ie tijd
d i e ër meer aan besteed wordt wel iswaar geen weggegooide tijd
zal zijn, maar hij gelooft wel dat we het risico lopen dat
het dan teveel tijd is. Het is nog steeds zo dat wanneer
1 woonwagenkampbewoner hier zou komen, en wij hebben geen
plaats aangewezen, dan blijft die hier staan en dan krijg
je hem niet meer weg» Ook omdat iedere gemeente verp I icht is
om zo'n plaats aan te wijzen» Op dit moment is iedere woonwagen
kampbewoner vrij in de keuze waar die wil gaan staan.
De voorzitter' antwoordt dat het wel zo geweest is dat we zeer
bewust hebben gezegd "de lokaties zijn weliswaar afgewezen
maar dse ene die we uiteindelijk overhouden, dat vonden wij er
één, dse toch redelijk bij de bebouwingen lag en waarbij a Is-
hetware de zaak werd opgedeeld tussen de 2 bebouwde kommen".
We t h o u d e r- Roos e nboom zegt dat die lokatie niet voldoet aan de
cr i ter i a
De voorzitter weet dat wel, maar daar zijn er meer. We hebben
altijd gezegd dat dat in meer gemeenten voor komt, waarop
men dan zegt;"die lokatie voldoet dan we! niet helemaal, maar
vooruit doe het dan maar zo". Dat kun je dus proberen,
misschien lukt het wel.
Wet h o ii d e r R o o se n b o o m zegt, dat het goed zou zijn dat elk raads-
I i d en FTTj wil gaarne afschriften beschikbaar stel len van
hetgeen hem toegezonden is.
Dat zijn n.i. de wensen en de eisen in de sfeer van Ruimtelijke
Ordening met de situering en de inrichting van een woonwagen
centrum. Ook is er een stukje bij met de hoof d ~l i j nen van
het provinciaal woonwagenplan. Daar staat omschreven waaraan
een woonwagenkamp moet voldoen en hoe het gesitueerd moet
worden. Wil men in aanmerking komen voor subsidie van C.R.M.
De voorzitter zegt dat het ook zo is dat men zegt "voor
een gemeenschap wordt het acceptabel geacht dat er per 1,000
1,100 inwoners 1 woonwagen staat". Nu hebben wij hier
duidelijk 2 gemeenschappen, dat zou echt pleiten voor minstens
2 kampjes, Daar moet over te praten zijn, met name de commissie
Ruimtelijke Ordening zou daar over filosoferen. Als de Gedeputeerde
zelf zegt dat gelet op de struktuur van Halsteren het een goede
zaak zou zijn, a!s wij aan meer dan 1 kamp denken, bijv. 2,
dan vindt hij dat je langs die weg inderdaad zou kunnen komen
tot een soort I astenverdéI ing.
Het lid Mens zegt dat de suggestie van de voorzitter van 3 of
4 kampjes niet haalbaar is» Ook van de zijde van de woonwagen
bewoners hebben hierin iets te vertellen. Die 3 of 4 kampjes
zijn voor hen niet acceptabel,
ic ooi'i. i 11 e r antwoordt dat er in de provincie kampjes zijn met