-12- Het lid Pr iems zegt, dat het misschien zinnig is, om het voorste! zoals dat de afgelopen donderdag door hem in de raad geformuleerd is, direct voor de schorsing, om dat weer in stemming te brengen. Wethouder Roosenboom vindt dat het Iïd Priems dat kan herhalen in de november-vergader i ng» Dat is nu niet aan de orde dacht hij. Het I id Mens merkt op dat dat bij punt twee toch aan de orde komt. De voorz i tter licht toe dat de kwestie in zijn totaliteit aan de orde is, en al les wat tot een oplossing zou kunnen leiden, vindt hij acceptabel*, Dat wordt dan gewoon een amendement of een motie. Als het I id Priems wi dan mag hij zijn gang gaan. Wethouder Roosenboom vraagt of de voorzitter er niet bij zou gaan z i tten De voorz i tter vraagt of niemand meer het woord verlangt. Niemand, dan wordt er overgegaan tot stemming. Gegrond is voor, en ongegrond is tegen. Voor het voorstel stemmen de leden Uijtdewi II igen, Sinke, Mouws, van Eekelen, Mens, van den Bos-Beckmann en Priems. Tegen het voorstel stemmen de leden de Goffau-van Kaam, Verbogt, Kiaassen, van Wezel, Waithuis, van den Kieboom, wethouder Roosenboom en van El zakker Het voorste! is met zeven stemmen voor en acht stemmen tegen verworpen 2. VOORSTEL VREEMD AAN DE ORDE VAN DE DAG TOT HET NEMEN VAN VERDERE NOODZAKELIJKE MAATREGELEN Wethouder Roosenboom vraagt bij voorbaat wel stemming. Het I id Me ns zegt dat men wel weer uitvoerig kan gaan discussieren, maar omtrent dit voorstel wiI ook hij stemming vragen. De voorzitter vraagt, of hij dat wil in zijn totaliteit over d i t voorste I Het I id Mens beaamt dat. Wethouder Roose nboom zegt dat het een punt is vreemd aan de orde van de dag en dat de raad eerst moet beslissen of ze het op de agenda wil. De voorztterantwoordt dat dat ook zou kunnen, maar waarover wil hij dan precies stemming. Wethouder Roose nboom antwoordfover het punt vreemd aan de orde van de dag. De voorzitter Iicht toe dat het zo ook is ingediend. Wethouder Roosenboom zegt dat er over gestemd moet worden of de meerderheid van de raad dit op de agenda wi I hebben. De voorz i tter merkt op dat het toch voldoende is gesteund. Het staat toch op de agenda. Hij zal er het reglement bijhalen. De voorzitter is bij I id drie. Het punt is aan de agenda toege voegd en vraagt of iemand bespreking van dit punt wenst. Er wordt om bespreking gevraagd. De voorzitter voegt het daarop toe aan de agenda. De vraag die blijft is of het een zo bijzonder geval is,dat het direct moet worden behandeld of dat het in handen van het col lege of een commissie gesteld moet worden. Wethouder Roosenboom wi I daar stemming over. Het I id van Eekelen vraagt aan wethouder Roosenboom of hij het niet noodzakelijk acht om hierover te spreken. Het is net andersom als de vorige keer met General Electric; U wenst het niet te behandelen. -13- Wethouder Roosenboom heeft zojuist al gezegd dat er binnen het college voorbereidende werkzaamheden verricht zullen worden. De voorzitter zegt dat dat de vraag is. Mogelijk wil de raad ^n™ commissie. Er zijn drie mogelijkheden. Nu behandelen, naar het col lege of naar een commissie. Wethouder Roosenboom stelt voor om het ter voorbereiding in handen van-het college te stellen. Het lid Pr i ems zou het punt graag in behandeling wijlen nemen om zodoende een eind te kunnen maken aan deze onverkwikkelijke affaire. Hij zo - graag een hele dikke punt achter willen zetten, zonder dat er politieke spelletjes gespeeld worden. Wethouder Roosenboom merkt op dat het i id Priems dit wel een onverkwikkelijke zaak kan vinden, maar het is toch aan het college om dit goed voor te bereiden. De voorzitter onderbreekt dat het nu aan de raad is om uit te maken wat we er mee gaan doen. Zegt de raad dat dat het college moet worden, dan moet het college gaan werken. Zegt de raad de commissie, dan moet de commissie gaan werken. Zegt de raad we doen het zeil, dan kan a, ook Wethouder Roosenboom vraagt of de voorzitter er niet bij zou ga n De voorzitter antwoordt dat hij het reglement van orde uitlegt Het I id van EekeI en wi I een vraag stel len aan wethouder Roosen boom. Vindt hij het juist om dit in handen te stellen van het college, terwijl er onlangs nog zoveel over gesproken wordt. Zojuist sprak hij over de gekozen vertegenwoordigers van de bevolking, maar hij dacht dat zij dat met zijn zevenen ook waren en zelfs met meer stemmen dan die acht. Mogen zij dan ook misschien een beetje inspraak of bedisselen hun dat zelf vanachter de >-afe I Het I id Mens wijst er op de de heer Roosenboom, zittende aan deze zijde van de tafel, herhaaldelijk heeft gezegd, dat de gemeente raad het hoogste bestuursorgaan' is. Hij wil hem daarom wijzen op zijn eigen woorden. Wethouder Roosenboom zegt dat dat dadel ijk kan blijken uit de stemm i ng Het I ld van Eekelen stelt, voor om tot stemming over te gaan. Het I i d Mens stelt v oor om tot dade I i j ke behandeI i ng over te gaan, en"vraagt daar stemming over. De voorzitter zegt dat als niemand het woord meer verlangd er gestemd wordt over de vraag of a I of n i et direet tot behandeI ing zal worden overgegaan. Het I id Verbogt neemt aan dat als de raad niet tot directe be handeling overgaat,het automatisch terug komt in het college van burgemeester en wethouders. D voorz 11 ter licht to© d<3~t dein d© vr 009 blijlt ot h©t noQ n 0 r een" comm i ss i of naar het college moet. De raad gaat dus nu besluiten of ze er nu direct aandacht aan gaat besteden, of niet nu. Is het niet nu, dan moet de raad een nader besluit nemen om het terug te verwijzen naar een commissie of naar burgemeester en wethouders. Voor het direct in behandeling nemen stemmen de leden Uijtde- willigen, Sinke, Mouws, van Eekelen, Mens, van den Bos-Beckmann en Priems. Tegen stemmen de leden de Goffau—van Kaam, Verbogt, Kiaassen, van Wezel, Waithuis, van den Kieboom, wethouder Roosenboom en van El zakker. Het voorstel om het onderwerp direct te behandelen in de raads- <3 n n 21 I 1" 16 fl a

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1978 | | pagina 72