-38-
Pe voor z i tter stelt dat aan de orde bij de kontingent-verdeI ing
in het najaar. Daarna siuit hij de beraadslaging.
Het I id Roosenboom vraagt of er gestemd mag worden.
De voorzitter beaamt dat, als iemand' het vraagt.
Het lid WaIthu i s zegt zijn voorstel in te trekken.
Punt_30
Het lid Mouws zegt dat het betreft een subsidie-aanvraag
t.b.v» de werkgroep werkende jongeren van de parochie St.
Quirinus. Daar 1 igt een advies bij yan de ambtenaren en een
advies van de kommissie Jeugdzaken. Hij betreurt het ten
zeerste dat de kommissie Jeugdzaken stelt: "we kunnen dat
niet inwi I I igen, want het valt buiten de jeugdsubsidiever
ordening". Daar is hij het mee eens. Van de andere kant
vindt hij uitdrukkelijk dat van de kommissie Jeugdzaken
maar 2 leden aanwezig waren; moet je een advies wat door
zo weinig mensen gedragen wordt, volwaardig meenemen. Eén
van de redenen van de kommissie is, «waar overigens de heer
Walthuis wel bij aanwezig was,dat de werkgroep zich eerst
maar eens moest waarmaken. Hij dacht dat er voor een groep
jongeren, in deze leeftijdsgrens in Halsteren weinig
is. Hij dacht ook dat iedereen hier veelvuldig pleit voor
jeugdgroepen. Daarnaast dacht hij dat het werkplan, wat ze
opgezet hebben, dusdanig voldragen is. Het aantal mensen
dat daaraan meedoet voor hem een zodanige garantie is, dat
hij het kol lege nogmaals in overweging wi It geven, wél dit
werk te subsidiëren. Want hij vindt het een zeer belangrijke
zaak.
De voor z i tter antwoordt dat het ongetwijfeld belangrijk is.
Maar1 het belangrijke op zichzelf r echtvaard i gt niet de sub-
s i d i ever orde n i ng zodanig uit te leggen dat ze er vve I voor in
aanmerking komen. Dan zou de raad, willens en wetens, moeten
zeggen: "we gaan de verordening op tal van punten wijzigen".
Als de raad dat wi It, zou dat ook kunnen.
Het I id Mouws zegt dat de werkgroep het niet vraagt op grond
van de jeugdsubsidieverordening
De voor z i tter antwoordt dat de raad met de verordening juist
bedoeld heeft om een richtI ijn aan het kol lege te geven. En
n i et daarbuiten"!
Het lid Mouws grijpt terug op éénmalige subsidieverzoeken,
zoals dat vele malen gebeurt door alle moge I ijke andere groe
peringen. Zij vragen niet om subsidie en zij vragen niet op
grond van neen, zij vragen gewoon medewerking.
De voorzitter kan het pleidooi heel goed begrijpen. Hij vindt
het ook belangrijk dat dit werk er is. Maar de konsekwentie
is natuur I ijk dat terwijl we vroeger hebben gezegd: "pol itieke,
religieuze, maatschappelijke clubs horen in principe niet in
die verordening thuis". Dat hebben we waarschijn! ijk gezegd
omdat we toen verwachten dat het hek van de dam zou zijn.
Want je kunt al Ier lei moge I ijke aktiegroepjes bedenken, die
vanuit hun standpunt verschrikkeIijk nuttig werk doen, bijv.
een milieugroep. Hij gelooft, met alle waardering voor het
pleidooi, dat we toch voorzichtig moeten zijn. Misschien dat
je voor zo'n clubje een uitzondering zou mogen maken, maar
dan moet het toch wel weer terug naar de kommissie.
-39-
Het 1 id WaIth u i s vindt dat dat dan wel duidel ijk aangetoond
moet worden. Hij vindt werk voor de jeugd verschrikkeI ijk
be Iangr i jk en i n pr i nc i pe, a Is daar moge I i jkheden voor z i jn,
moet je dat subsidiëren. Maar tenslotte weet de heer Mouws
ook dat hier andere zaken spelen en die zul I en uitgezocht
moeten worden. Als dat uitgezocht is kunnen we verder kij
ken
D e voo rz i tter vraagt de heer Walthuis of de kommissie Jeugd
zaken hier het hoofd nog eens over zal buigen.
Het I id Walthuis beaamt dat.
Het lid Mouws vraagt zich af, waarom de kommissie dan met
zo'n advies komt. En dan nog het feit dat er maar 2 leden
aanwezig waren.
Het I id van EekeI en zegt dat hij het toch nog een bedenke-
I ijke zaak vindt, als je dat moet gaan subsidiëren.
Het I id Walt h u i s zegt als je nou bijvoorbeeld neemt: dief
stal van andermans kostuums; als daar geen geld voor is,
dan kan hij zich voorstel I en dat je bereid bent om iets
te doen. Alleen er kwamen een heleboel andere zaken op ta
fel, waardoor we zeiden: "even wachten, we gaan eerst die
kwestie eens uitspitten".
tiet I id Roosen'ooom zegt dat de jongeren van 18 jaar, en
dat kan volgens hem niet éénmalig zijn, die bijvoorbeeld
bij een ouder echtpaar een theekransje gaan houden en gaan
praten en dan moet die koffie en dat koekje, die geserveerd
wordt, gesubsidieerd worden. Dat moet dan eigenlijk uit de
subsidie betaald worden. Maar als op een gegeven moment de
parochie vindt dat jongens en meisjes van lS jaar in huise
lijke kring gaan diskussiëren en als dat kopje koffie met dat
koekje dan betaald moet gaan worden. Als dat allemaal op de
gemeenschap moet leunen!
Het lid Walthuis zegt dat hier excuus op zijn plaats is.
De voorz i tter wi I afspreken dat toch de weg openbl ijft voor
deze groep als ze bepaalde dingen aan zouden kunnen dragen,
bij de kommissie. Dan kunnen we dat nog bekijken. En bekij
ken of het konsekwent is t.o.v. de andere groepen.
Het I id Roosenboom zegt dat het er niet om gaat of het wel
of niet moet gebeuren, maar je moet uitkijken dat er geen
precedent geschapen wordt. Als je hiermee begint en als het
moet heeft hij er geen bezwaar tegen, maar dan moet je je
wel realiseren, dat er natuurlijk meerdere van zulke zaken
zijn.
De voorz i tter zegt dat dit voorstel van B&W voor I opig wel goed is,
maar de mogelijkheid blijft gewoon open als er hardere din
gen worden aangedragen, dat het dan nog eens in de kommissie
bekeken wordt.
Het I id Mouws zegt dat dat het punt is dat in de notulen van de
kommissie staat: gewoon afwijzen. Negatief adviseren aan het
kollege. En dat is zijn argumentatie: vraag of het niet zin-
ni ger was om er mee te wachten tot er een grotere groep aan
wezig was. Want hij hoort nog duidel ijk dat ze zeggen, dat
dat besluit toch wel erg snel genomen is. Als de kommissie
en hij dacht van het lid Walthuis zelf, werkelijk zou zeg
gen van: we zullen het nog eens bekijken, dan staat dat
niet goed in de notulen.