WH Kb -16- te gebruiken, en dat hij om deze mensen te beschermen geen uit spraken wil doen omtrent hetgeen in die gesprekken naar voren is gebracht. Dat zou hij zich levendig kunnen voorstellen. Mocht inderdaad blijken dat het gesprekken zijn geweest met topmensen van GEP, dan wiI hij er wel op aandringen alsnog de brief van de inspekteur openbaar te maken. Hij zou willen verzoeken dat te doen De voorzitter antwoordt dat de inspekteur kennelijk zelf te ken nen heeft gegeven, gelet op de aard van de gevoerde gesprekken en de wensen die daarbij kenbaar zijn gemaakt, zichzelf acht geen vrijheid te hebben om die brief zonder meer openbaar te maken. Als het zo is kom je volgens hem ook niet verder. Je moet dat dan ook respekteren. Als die man heeft gezegd het in alle vertrouweIijkheid te behandelen, dan zit je daar aan ge bonden. Hij gelooft niet dat het zin heeft om op welke wijze dan ook te proberen, die man van zijn belofte af te halen en dat proeft hij hier toch duidelijk* in. Het I id van den Bos merkt op dat er niet in staat dat hij het heeft beloofd. Er staat wel in "deels op grond van vertrouwe— I i jke gesprekken". Zelfs ook niet helemaal. De voorzitter vervolgt dat al is het maar een deel, wie zal achteraf zeggen welk deel gebaseerd is op dat vertrouwe! ijke. Als een direkt ie zegt dat men mag komen praten, maar daarbij stelt "onder ons, vertrouwelijk", dat je dat dan moet respek teren, zolang die andere gesprekspartner daaraan bl ijft hechten. Pas als die zegt geen bezwaar te hebben tegen open baarmaking, kan dat. Het I id van den Bos wijst er op dat het wel bekend is dat GEP bij hen een bepaalde klank heeft en herhaalt dat als het ge sprek niet is gevoerd met managers, maar met de mensen die het werk dagel ijks daar uitvoeren, dat dan terwi I Ie van die werknemer dat niet wordt vermeld» Maar heeft hij gesprekken gehad met mensen die het beleid van GEP uitmaken, want hij verondersteIt dat hij ook daarmee gesprekken heeft gehad, dan zit hij daar niet als een privé-persoon, maar uit hoofde van zijn funktie, In deze zaken die het mi ieu en de vei I ig- heid aangaan, mag je er geen privé-mening op na houden. Je word afgevaardigd en er naar toe gezonden als ambtenaar zijn de, Kan het bestaan dat de inspekteur zich beroept op een of ander ambtenarenrecht De voorzitter antwoordt dat het niet gaat om de kwaliteit hoe de inspekteur daar naar toegegaan is. Als de andere partner zegt te wiIlen praten, maar op voorwaarde van vertrouwelijk he id, dan kan de rnan geen kant meer uit. Hij kan dat vertrou wen alleen maar respekteren. Zo lijkt het gegaan te zijn. Het lid van den Bos zou juist graag wiIlen weten hoe het ge gaan is. De gemeente Halsteren mag als een van de meest be langhebbende wel degel ijk weten hoe het gegaan is. De voorzitter herhaalt dat het bedrijf juist gesteld heeft te willen praten op voorwaarde dat de inspekteur het niet verder zou verte Men, -17- Het I id van den Bos zegt dat bijvoorbeeld de Arbeidsinspektie daar ook ambtshalve in funktie was vertegenwoordigd en ook vertrouwelijke gesprekken heeft gevoerd, wat voor hem geen belemmering vormde om hun gegeVens op tafel te leggen. Juist de inspekteur van de Volksgezondheid, die tegen het weer in bedrijf stellen van de GEP heeft gepleit, die zegt nu juist dat zijn gegevens niet openbaar gemaakt mogen worden. Dat vindt hij een ontzettend vreemde zaak. De voorz i tter icht toe dat het theoretisch denkbaar is om te vragen inlichtingen te verschaffen over dat deel dat niet ver trouwe lijk is. Het I id van den Bos dringt daar in ieder geval op aan. Het I id Verbogt vindt het een vreemde zaak. Door het I id van den Bos worden zijn bronnen niet genoemd. Die zit hij steeds te beschermen. Hij zelf kent geen rangen, maar er wordt door hem gesproken over lage en hoge. Hij heeft de indruk dat hij de lagere wil beschermen en de hogere wil hangen. Dat komt bij hem raar over. Als hij iemand wiI beschermen, dan moet je ook iets doen om die inspekteur van de Volksgezondheid te beschermen en zijn handelswijze respekteren. Als het I id van den Bos wiI dat er bepaalde zaken openbaar gemaakt worden, dan zal men aan de tegenpartner van de inspekteur moeten vragen of er bezwaar bestaat tegen openbaarmaking door de inspekteur. Dan heeft men de juiste man bij de kop. Men moet het niet doen via omwegen. Wie weet doen ze het zelfs graag. Het I id CI ar i j s heeft in het antwoord van het kol lege op de Algemene Beschouwingen gelezen, en daar stond vandaag ook een stuk van in de krant, dat het kl imaat tussen GEP en het Hals- terse gemeentebestuur op dit moment juist van dien aard aan het worden is, dat er met een gerust hart van een zekere toenade ring gesproken kan worden. Dat is nu juist wat in de kommissie openbare orde en vei Iigheid door. De voorzitter onderbreekt dat die vergadering besloten is. Het lid CI ar i j s vervolgt dat die opstelling van Halsteren van onderhandelen en open staan voor elkaar, nu blijkbaar gaat leiden tot een beter begrip en waardering voor elkaar. In dit stadium zou het misschien wijzer zijn de onderhandel ingen op de manier van voor eI kaar open staan voort te zetten. Op een gematigde manier dus en niet weer beginnen met de puntjes op de i te zetten. Er is hem wel eens gezegd "wat zou de Partij van de Arbeid móeten zijn als er geen General Electric was" en hij begint dat nu te geloven. Het I id van den Bos zegt dat het lid Cl ar ijs dan nog nooit naar de Partij van de Arbeid heeft geluisterd, maar dat wist hij al. Door het lid Cl ar ijs worden de zaken door elkaar ge haald. Het gaat hier niet om onderhandel ingen met GEP, maar over het schrijven van een van de mensen, die onderzoeken hebben moeten instellen bij GEP, naar aanleiding van de zo langzamerhand al wel bekend zijnde ontsnappingen. Dat is een totaal andere zaak die met een wel of niet prettig kl imaat tussen Halsteren en GEP wanig te maken heeft. Hij herhaalt nogmaals waar het hem om gaat.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1978 | | pagina 84