-20-
om in plaats van te praten over het contingent van 2 woningen
toe te wijzen aan diverse aannemersbedrijven, te praten over
verkopen
De voorzitter antwoordt dat we uitsluitend praten over grond-
verkopen, Soms heeft dat met contingentering te maken, Maar de
contingentering als zodanig is niet aan de orde. Op de eerste
plaats is er nog al eens het misverstand dat de raad denkt dat
zij dat moeten doen. Dan vraagt hij de raad: noem maar een ge
meente waar de raad dat zou doen. De uitvoering van de Woning
wet is opgedragen aan het kollege, alleen zijn wij altijd ver
gegaan om de raad inspraak te geven.
Het I id van El zakker zegt dat dan volgens de voorzitter het
raadsbesluit uit de vorige vergadering omtrent de contingente-
ring geen 5 cent waard is» Het kol lege verdeelt en niet de raad,
nu wordt er op dat besluit teruggekomen, omdat de VVD het onre-
delijk vindt en nu mag men nooit op een beslissing terugkomen,
want dan zegt U dat het niet des raads is»
De voorz i tter ontkent dat. In de brief wordt gezegd: wij stel
len de raad voor om de contingentering van die 20 partikuIieren
definitief te maken. Dat kan de raad natuurlijk niet.
Het lid Roosenboom v i ndt dat de voorzitter verschrikkelijk moei-
lijk doet. Hij dacht dat in het verleden het de persoon]ijke
wens van de voorzitter was om het in de raad te bespreken. Daar
heeft LI indertijd nogal wat succes mee geoogst» De schijn is nu
zo, dat wat U i n de raad geïntroduceerd heeft, tegen U gaat wer
ken, Hij vindt dat de voorzitter enige sportiviteit aan de dag
moet leggen, dat zegt: "kijk als ik iets nieuws introduceer, dan
zijn daar risico's aan verbonderf - ook voor de man die daar ach
ter heeft gestaan", dan vindt hij het vrij goedkoop als de voor
zitter nu ineens gaat zeggen dat het niet meer ter kompetent ie
van de raad is, Toendertijd dat U dacht het in de raad te be
spreken,U er wel voordelen in zag. Uit de tenuer van de brief
van de heer Wal thuis spreekt duide I ijk dat een gedeelte van de
raad problemen heeft met de grondverkoop aan het bouwbedrijf
Uytdewi I I igen. Als wij nu Uw voorstel zouden accepteren dan
krijgt U precies hetgeen wat toen aan de orde was en zo naïef
is hij niet, en hij hoopt de andere raadsleden ook niet dat men
deze klem aftrapt. Vandaar dat de heer Walthuis met een alter
natief is gekomen, waarin die zegt dat het voor hem allemaal kan
doorgaan op het geval Uytdewi I I igen na. Daarvoor wi I hij dan een
andere verdeelsleutel noemen in de verkoop van grond, Veronder-
steI dat de raad ha Istarr i g bI i jft we i geren om aan Uytdew i I I igen
grond te verkopen, omdat hij niet voldoet aan de toen gedane toe
zeggingen, toen wij optie verleenden en hij hoopt die notulen
toch weer niet voor de zoveelste maal te herhalen.
De voorz i tter interrumpeert dat die achterhaald zijn door de
vergadering daarna, dat vergeet de heer Roosenboom steeds.
Het I id Roosenboom gaat verder met te stellen dat we nu op het
punt staan om uitvoering te geven wat we toen hebben besloten.
Toen was grondverkoop aan de orde en toen was het contingente-
ringDe voorzitter gaat die dingen schijnbaar met elkaar ver
gel ijken, maar dat is zijn goed recht. Maar hij verge! ijkt ze
niet. Hij ziet ze los van elkaar. Nu staan we op het punt uit-
-21-
voer i ng te geven aan die toezegging onder bepaalde voorwaarden.
Men voldoet niet aan die voorwaarden, dan vindt hij dat men
niet meer gebonden is aan die toezegging. Aangezien dat bouw
bedrijf Uytdewi I I igen dat niet waar kan maken vindt hij dat
men de voorlopige contingentering die in de I ijst zat gaan
wijzigen. Als de meerderheid van de raad dan zo goed zou wiI-
len zijn, desondanks dat het bouwbedrijf Uytdewi I I igen niet heeft
waargemaakt wat die heeft gedacht te moeten doen, hem toch nog
honoreert met 3 woningen dan is dat gewoon omdat er bepaalde
verwachtingen zijn gewekt, misschien nog wel toezeggingen zijn
gedaan, dan kunnen we dat gedeeltelijk honoreren, Anderzijds
is de ruggegraat van het aannemersbedrijf van Sittert kreupel
geslagen. De meerderheid van de raad wi I dat weer herstel len
en ook tegemoet komen aan de Woningstichting.
In tegenstelIing tot eerdere uitspraken, dat het allemaal best
mee zou vallen. De oorzaak, die het I id Walthuis bedoelt, dat
er meer mensen in Halsteren zijn komen wonen, die oorzaak kan
hij vrij nauwkeurig analyseren. Er wordt wel gebouwd door Hals-
terse mensen, maar die verkopen daarna dan hun huis en dat is
dikwijls aan iemand van buiten de gemeente. In eerste instantie
wordt dan wel voldaan aan hetgeen we zo graag wiIlen: bouwen
voor onze eigen mensen. Want er worden strenge eisen gesteld
ten aanzien van het ingezetene zijn, maar in de regel wordt
het huis dat men verlaat niet door een ingezetene gekochtDaar
door komt er niet datgene uit wat de raad als doelstelling voor
ogen heeft. WiI men dat met meer waarborg omgeven, geef de wo-
ningen dan aan een instelling, die wel verhuurt aan de haister-
se mensen. Hij moet ook de woorden van het I id Mouws herhalen.
Zou men ze al Ie 75 aan de Woningstichting geven, wat natuurl ijk
tever zou gaan. Dan zouden ze natuurlijk wel aan 75 ha Isterse
mensen worden toegewezen. En als iemand van die 75 een woning
verlaat staan er weer andere klaar om die woning te betrekken.
Dat is eigenl ijk de teneur van het verhaal dat nu op papier
staat. Hij hoopt dat hij daar duide I ijkheid mee heeft verschaft.
De voorz i tter begrijpt de teneur en de gedachtengang best, maar
twee dingen worden hier aanhoudend uit het oog verloren. Het eerste
is dat we altijd gezegd hebben: er zijn bepaalde bouwprojekten
waarvan we zonder meer zeggen "het moet extra contingent hebben".
Dat waren er verschillende» Maar, is er bij gezegd, mocht eind
1977 blijken dat extra contingent niet haalbaar is, dan worden
die projekten opgenomen in de normale verdeling met ingang van
1978. Een keiharde afspraak van deze raad.
Het I id Roosenboom merkt op dat dat niet gold voor Uytdewi I I igen.
De voorzitter antwoordt dat dat gold voor extra contingentenDat
gold voor bouwplannen waarvoor extra contingent nodig was.
Het I id Roosenboom zegt dat de voorzitter toen zwoer bij alle
goden in de hemel dat toendertijd
De voorz i tter onderbreekt dat het daar niet om gaat.
Het lid Roosenboom vervolgt dat er fel over is gediscussiërd en
dat hij genoeg weerstand heeft geboden, maar de voorzitter nam
hem de wind uit de zeilen door te zeggen, dat er niets aan de
hand was. Er was een extra potje van sociale zaken.