I -18- Uytdewi I I igen gaat. Want het is zelfs jammer dat bepaalde namen genoemd worden, Hoe Uytdewi I I gen op de contingenteringsI ijst gekomen is, is voldoende bekend want dat wordt juist geschetst. Hij vindt het frappant dat juist ondanks alle inspanningen die er in het verleden gedaan zijn, dat we toch te maken hebben met een groeiend aantal woningzoekenden. Dat is een tragische omstan digheid en elk kruimeltje dat de Woningstichting eventueel binnen zou kunnen garen, dat wordt in dank meegenomen. Hij weet dat er nu een teer en pijnlijk punt aan de orde gesteld wordt, maar hij dacht dat we inderdaad met U moeten proberen om het los van per sonen te bekijken. Maar dan wel in het belang van de ingeschreven woningzoekenden, want dat zijn er een enorm aantal. Voor onze ge meente veel te veel Het I id Mouws is het eens met de wethouder. Het is name I ijk zo; hij vindt dat de Woningstichting inderdaad in het verleden enorme goeie zaken heeft gedaan» Hij vindt ook dat juist de Woningstich ting voor de ekonomisch zwakkeren goeie woningbouw moet plegen, maar de heer van de Watering zal ook uitdrukkelijk weten dat met de laatst klaargekomen woningen het twijfelachtig is of men wel aan de sociale woningbouw toe is. Als je name I ijk over huren gaat praten van rond de 400,-- en er door, dan vraagt hij zich werkel ijk af, kun je nog werkeI ijk jezelf ten dienste stellen van diegenen, die het nodig hebben» Als dat waar was dan zou hij zeggen: akkoord Woningstichting, je krijgt van zijn part al Ie 75 woningen. Maar zoals het nu loopt, daarom heeft hij daar straks gezegd: laten we kijken hoe kunnen wij als gemeente raad zorgen dat we inderdaad betaalbare woningen voor eigen in woners krijgen en hoe we kunnen beperken dat ze op vrije woning markt komen en dat die dan voor halsternaren niet betaalbaar zijn. Dat is het punt. Wethouder van de Watering geeft het lid Mouws hier overschot aan ge I ijk aan. Ook z i j vinden de huuruitkomsten op dit moment veel en veel te hoog, voor ons soort mensen. Het zijn de eenvoudige mensen, die bij hen aan de deur kloppen en vragen of er een wo ning vrij is. Maar waar bouwt men goedkoper, dat is een vraag die zij zich elke dag opnieuw stellen, We hebben de laatste komplexen aanbesteed en aan de laagste wordt het gegund. En toch komt er een hoge prijs uit. Het I id Mouws zegt dat in Eindhoven de gemeente samen met de aannemer de prijs bepaalt. Dat kan ondermeer door te zeggen dat het aan ingezetenen verkocht moet worden. Dan blijkt zelfs dat koopwoningen aanz i en I ijk goedkoper zijn, dan komt men met prij zen tevoorschijn van 113.000,Gerekend naar de toename van de huur elk jaar dan wordt het voor een grote categorie mensen moge I ijk om die huizen te kopen. Bovendien moet je niet kijken naar die beperking van vrije woning-uitgifte» Wethouder van de Watering antwoordt dat door hen ook gestreefd wordt naar een zo laag moge I ijke prijs. Want m.b.t, de woningen, die we wi Ilen gaan bouwen, hebben wij de architekt opdracht ge geven een zo goed mogelijke woning te ontwerpen. Maar hij vreest dat er uiteindelijk een ontwerp uit de bus komt, dat misschien de eindstreep niet zal halen i.v.m. het feit dat het misschien niet zal voldoen aan de wenken en voorschriften die ten enenmale ook weer door de overheid gegeven worden» -19- Het I id Mouws zegt dat het op z'n minst te kopen moet zijn. Als je de krantenpub I ikaties mag geloven lukt dat in andere gemeen ten bijna wel. Dan vindt hij dat we op de verkeerde tour zijn. Dan moeten we niet kijken wie ze bouwt, maar voor wie er ge bouwd wordt en wat wordt er gebouwd. Het I id van Meer zou haast zeggen dat de bouwmarkt Klaverweide weer in volle gang is. Het is weer het oude liedje. Zij hebben al eens meer gezegd, dat wanneer zo iets weer aan de orde komt, dat zij de behoefte hebben om te vertrekken. We zullen het even wel niet doen. We zullen kijken hoe dit af gaat lopen. Vooraf wi I de hij zeggen dat zij een eind mee kunnen gaan in de ge- dachtengang van de heer Mouws m.b.t, de huur-woni ngen zoals ze momenteel gebouwd worden. Dat biedt geen oplossing voor de eko nomisch zwakkeren. Men krijgt een bepaalde doorstroming als men voor mensen die het iets beter kunnen betalen en in een goedko pe huurwoning zitten, daar woningen voor te bouwen met een re- del ijke koopsom. De voorzitter wi I de raad er aan herinneren dat,zodra dit soort zaken aan de orde komt, we de neiging Hebben om de hele proble matiek van de RuimteI ijke Ordening opnieuw om te ploegen. Mis schien is toch goed dat we ons bepalen tot de brief van de 8 raadsleden, die in elk geval hierop neer komt: ga in el geval de partikuIieren nu de ruimte geven» Daaraan is gekoppelc een voorstel van het kol lege, doe hetzelfde voor de bouwordernemers en probeer voor het geval dat de Raad van State ons I =>ter zegt je hebt je boodschap tekort gedaan, probeer dan een op! te vinden in één van de alternatieven, die we hebben aenge Ve gen» Misschien kunnen we daar best het eerst over prate i. Het I id Roosenboom vindt dat door de heer Mouws er bouwstenen zijn aangedragen» Maar hij vindt dat je de gemeente Eindhoven niet kunt vergelijken met Halsteren. Het gaat om de kwantiteit van de te bouwen woningen als het gaat om 15 of 20 of aan de an dere kant met 1500 en 2000, daar zit inderdaad wel een prijs- marge in, AIs de heer Mouws met cijfermateriaal kan komen aan dragen van een ongeveer vergelijkbare gemeente dat men daar goedkoper bouwt dan is hij nieuwsgierig en benieuwd. De voorzitter vraagt of het moge I ijk is tot. de kern van de zaak terug te keren. Hij meent te begrijpen dat niemand in principe bezwaren heeft tegen het voorstel van die 8 raadsleden, die zeg gen: nou het is lang genoeg geweest voor de partikuli ere bouwers, geef ze de ruimte vanaf heden» Begrijpt hij het goed dat de raad in zijn algemeenheid dat onderschr i jf t.Dat wordt bevestigd. Dan komt als tweede de suggestie van het kollege: zou U niet de zelfde gedragsI ijn kunnen volgen voor de bouwondernemers, mits er een variant bedacht kan worden die hetzelfde waarborgt als wanneer de zaak aangehouden wordt. Er zijn dus een paar inoge- Iijkheden of wel je zegt: "mocht de Raad van State zeggen: je hebt de zaak tekort gedaan", dan kunnen we zeggen dat we een voorschot vragen. We kunnen ook geen voorschot vragen en stel len dat we het geven in de herfst bij het contingent 1979. Wat vindt U daarvan? Het I id WaIthu i s zegt dat het mogelijk is dat hij het helemaal verkeerd begrijpt, maar de voorzitter heeft daarstraks gezegd dat de contingentering niet aan de orde is, dan stelt hij voor

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1978 | | pagina 10