a4
•10-
Het Is toch we I een raar Inpassen van een bedrijf midden tussen bebou
wd ng of het nu aan de- ene kant eèn bedrijf is en aan de andere kant' een
burgerwon i ngHij denkt wei dat het een werkplaats zal gaan worden, waar
bijvoorbeeld zaag- en schaafmachines zullen worden gebezigd, Hij vraagt,
zich dan op de eerste plaats af of dat daar dan ei gen! ijk wel Ean>' Ais
er zo dicht ad een woonhuis bijstaat dan zegt hij zonder meer al van neen.
Anderzijds zou je deze man ook benadelen door gemakje! ijk een voorbcre i d i ngs-
p besluit te nemen en er op te zinspelen dat het allemaai we! kan, want
Ij. hij denkt ook dat als hij voor dat bedrijf een hinderwetsvergunning zal
moeten aanvragen hij er moe i lijkheden mee zal krijgen,
j| De voorzitter antwoordt dat hij weet dat die moeilijkheden er kunnen ko~
men»
Het i id van Meer voorspelt toch wel moeilijkheden In die zin,
De voorzitter I icht toe dat in een vroeger stadium geprobeerd is iemand
daar een huis te laten bouwen, maar die zat weer tegen een bedrijf aan
te kijken.
Het i id Roosenboom merkt op dat deze grond juist de functie heeft om
daar een dergelijk bedrijf op te richten.
De voorzitter bevestigt dat de bestemming industrieterrein is. Ook de
bewoners die daar wonen weten dat en zullen daar rekening mee moeten
houden.
Het I i.d Roosenboom zegt dat de burger die daar woont i n een aannemers-
bedrijf zit en dus in dezelfde stiel, Die kent het klappers van de zweep
we I
Het lid van den Bos heeft er bezwaar tegen om geldende voorschriften zo
maar te veranderen om iemand ter wille te zijn» Als er een bepaalde re-
gel i ng geldt dan ziet hij dat niet In, tenzij er dringende redenen zijn,
|v Daar heeft hij dus zonder meer bezwaren tegen, In de kanttekening var de
Js. stukken stonden dri.e opmerkingen» De eerste opmerking was "aanh 1 eden -
aan de heer Sitters". Het viel hem op dat daar éen groot uitroepteken
achter stond» Was dat een sl ip van de pen of was daar een. andere bedoei I ng
bij» Hij vindt namelijk dat als men iets van uitroeptekens gaat voorzien'
dan ga je bepaalde dingen benadrukken.
Het i id Roosenboom zegt dat dat betekent: hoera, we zijn eindelijk van
dat stukje grond af.
De voorzitter antwoordt dat dat het bijvoorbeeld zou kunnen zijn. Er is
toch wel een hele voorgeschiedenis aan vooraf gegaan. Met name ook die
burger die er wilde bouwen» Dat heeft ontzettend lang geduurd. Het was
bijna rond en toen zé i hij het I lever toch maar niet. te doen» Ook de hese
onderhandel i ng met Zuneha van; wiI je het nu we I of wil; je het nu niet
hebben» Het is meerdere malen aangeboden, maar ook zij wilden het toch
maar I iever niet voor die prijs»
Wethouder Sinke dacht ook we! dat men het zo moest zien met dat uitroep
teken van "maak er maar een eind aan".
Het I id van den Bos zegt dat zijn. gevoel dan toch juist was» De opmer
king blijft bestaan dat hij er toch we! bezwaar tegen heeft, hoewel hij
niemand wenst te benadelen» Als er van wettelijke voorschr i ften afgeweken
gaat worden, zeker als het gaat om het bouwen van dit soort zaken, moet
er een zeer dringende reden aanwezig zijn. Anders kan men niet met een
voorste! komen om daar aan te gaan zitten tornen.
De voorz itter merkt op dat die dringende reden er Is, want anders kan
er niet gebouwd worden»
Het i id van den Bos vindt dat voor hem niet voldoende»
fie voorzitter vervoIgt dat het i ndustri eterre in is»
Het 1 id Verbogt zegt dat deze man daar een bedrijfje wil stichten» Of wij
dat nou wel of niet zien zitten met dat stukje grond, hij blijkbaar wei.»
Hij zou ook wil !en stel !en dat het een inwoner van Halsteren, is, aktief,
en wil een bedrijf stichten» Laat de gemeente aan deze man dan maar eens
een lapje grond aanbieden»
-11
Het I id Roosenboom merkt op dat men deze man geen enkel alternatief
stukje grond kan aanbieden om er een werkplaats te bouwen»
De voorz1tter is het daar mee eens,
Het I TÏÏ~V^Fbïïgt vindt het toch een vervelende zaak aii s een ingezetene-
zijn bedrijf sakt i v i te iten wil doorzetten en me n hem, als hij wil bouwen,
niets te bieden heeftMoet men dan soms met lede ogen aanzien dat de
man uit Halsteren gaat verdwijnen of wat gaat men er mee doen»
De voorzitter l icht toe dat men vandaar ook de prijs mild heeft voorge
ste I d
Het I id Verbogt herhaalt dat men geen alternatief heeft»
Het I5d Roosenboom vraagt of het- toch een definitieve zaak is dat de
aanhankelijk langs' dé Wouwseweg geplande i ndustr iegrond geen doorgang
v indt
De voorzitter antwoordt dat het niet off i c i ee i door de raad is vastgeIegd
maar er zijn. wel veel mensen die het verstandig vinden dat daar geen
verdere i ndustr ievest i gIng komt»
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel ven. burgemeester en wethouders
bes Ioten
<5. VOORSTEL Töï ONTBINDING VAN DE PACHT VAN EEN PERCEEL AAN DE NIEUWSTRAAT
EN BESCHIKBAARSTELLING VAN EER KREDIET,
Het lid van Eekelen zegt dat na lang wikken en w-gen binnen hun partij
men tot net besluit is gekomen om de ze ak toch voor die 125.000,—
te ontpachten» Wel met pijn in het hart v-ant zij vinden het nogal een be
hoorlijk bedrag als men ziet op wat voo;;1 manier die pacht tot stand is
gekomen» Die bepaalde voorwaarden die ?r bij staan, daar zijn zij zondes"' meer
op tegen» Zij willen faf leen Instemde- met net bedrag, maar niet met de
voorwaarden die de pachter voorstelt.
De voorzitter begrijpt wel met de be r.st s rrgc Iausu
Ht lid van EekeI en bevest gt dat
Het 1 id van Meer zegt voor wat betreft de voorwaarden die gesteld
worden er precies hetzelfde over te Jenken» Met Keft bedrag voor de ont-
pacht ng van 125.000,-- daar hebb« t zij wel moeite mee» In de commissie
ruimtelijke ordening is al zo vaak g< sproken over alternatieven daar,
wat er eventueel wel of niet zou kun en gebeuren ter plaatse» Zij vinden
dat daar nog zoveel onduidelijkheid 'n Is» Men weet wat er wel kan gebeu
ren en wat de ver I iezen zul len zijn iet men ongeveer, maar dan ook
maar bij een bepaalde bezetting en b paalde bouwplannen» Zij zouden eerst
willen zien dat er wat duidelijkheid omt in de mogelijkheden daar aleer
men tot ontpachting overgaat» Tens leste zit niemand op een eiland en
het i s nu ineens niet zo actueel dat het ineens maar moet gebeuren»
Zij zij n eigenlijk tegen het comp I ete voorste I
Het I id van EI zakker icht toe dat zj voor het voorstel zijn» Daar staat
een clausule in, maar die clausule had er niet In hoeven te staan» Ais
hij vandaag nog aanvraagt om daar te acgen bouwen, dan heeft het college
niks anders te doen dan vergunning t: verlenen»
De voorzitter onderbreekt dat dat ne ur I ijk nog de vraag is»
Het I I id van EI zakker vervolgt dat dat de vraag is, maar dat men het niet
tegen zal kunnen houden» Die clausule die er in staat heeft geen enkele
betekenis
De voorzitter vindt we' degelijk van tl»
Het I id van Ei zakker zegt dat hij er nag bouwen» Hij heeft een bedrijf en
hij heeft tweeeneenha I f hectare, dan n< g hij daar een bedrijfswoning met
bedrijfje bouwen»
De voorzitter merkt op dat de man een bouwvergunnjhg vraagt en een h i nder-
wetsvergunn i ngHij wi I de garantie he ben van het col lege dat hij die
krijgt» Er wonen daar twee burgers in 13 buurt en als deze twee burgers
bezwaar maken of opvolgende bewoners vr eigenaars maken bezwaar, dan kan