8 8-
J J
Cultuur en recreatie»
".Als schepping van de moderne democratie is de openbare bibliotheek
een uiting van het vertrouwen van de democratie in de waarde van
onderwijs gedurende het hele leven van de mens.
Als democratische instelling, beheerd door en voor het volk,
moet de openbare bibliotheek worden opgericht en haar taken ver
vullen krachtens duidelijke wetten;
geheel of grotendeels worden gefinancierd door de Staat of door
plaatselijke gemeenschappen;
gratis zijn en open staan voor alle leden van de gemeenschap, on
geacht hun beroep, godsdienst, meningen, sociale klasse of ras.
De openbare bibliotheek moet aan kinderen, jonge mensen, mannen
en vrouwen de mogelijkheid bieden en "bij hen het verlangen wekken,
nooit op te houden zichzelf kennis bij te brengen".
Aldus een deel van het manifest dat op 16 mei 1949 door de UNESCO
over de taak van de openbare bibliotheek in de vrije samenleving
werd uitgegeven.
Van de 26 Brabantse gemeenten van 10 tot 20.000 inwoners behoort
Halsteren tot de laatste vier die niet over een bibliotheek be
schikken, terwijl de per 1 juli j.l. in werking getrede: biblio
theekwet reeds gemeenten boven 5.000 inwoners de verplichting
oplegt een bibliotheek te stichten.
Na de recentelijk door Uw raad. genomen voortvarende besluiten is
Halsteren echter op weg om snel de in dezen opgelopen achterstand
in te halen.
Volgens de bibliotheekwet zijn de gemeenten verplicht de kosten
aan de bibliotheek verbonden voor hun rekening te nemen.
Het rijk geeft in deze kosten een bijdrage tot 100$ van de personeel
kosten en tot 20$ van de overige kosten.
Deze percentages worden bereikt in een overgangsfase van enige
jaren.
De gemeenteraad, moet de bibliotheek-begroting beoordelen en
goedkeuren.
Bij een verzorgingsgebied van circa 11.000 inwoners kan. gerekend
worden op circa 3500 leden en circa 120.000 uitleningen' per
j aar
Het ligt voor de hand dat de te stichten openbare "bibliotheek
aansluiting zal zoeken bij de Provinciale Bibliotheek Centrale
welke optreedt als service-instituut voor de kleinere bibliothe
ken.
Over de juiste vorm van het plaatselijk bestuur moet nog eens gefilo
sofeerd worden,
In een installatietoespraak heeft de minister van C.R.M. in 1974
eens gewezen op de zijns inziens onjuiste stichtingsvorm van vele
gesubsidieerde instellingen.
De bewindsman ging daarbij zelfs zover dat hij zich. afvroeg of de
subsidiërende overheid niet de bepaling zou moeten maken dat sub
sidie slechts aan verenigingen, wordt toegekend.
Het is echter zeer de vraag of juist bij een openbare bibliotheek
met een groot en vlottend gebruikerspubliek de verenigingsvorm
wel effectief zal werken.