31-
bachtelijke productiezowel handels- als nijverheidsactiviteiten
voltrekken zich te midden van het woonmilieu.
Natuurlijk zijn we inmiddels wat hogere eisen gaan stellen aan ons
woonmilieu en. zijn niet langer alle activiteiten acceptabel.
Toch is deze mengvorm van wonen en werken essentieel voor een
dorp; deze bepaalt voor een deel ook de charme daarvan.
Boerderijen, bierbrouwerijen, zagerijen, smederijen, mulderijen, enz.
behoorden bij het dorpsbeeld.
Zolang dergelijke activiteiten het woonklimaat niet onevenredig
schaden, dienen ze gehandhaafd te blijven.
De norm voor wat onevenredig' is dient niet uitsluitend te worden
gevonden in de opvattingen van hen die zich hier vestigen. Zij
zullen zich in deze enigszins moeten aanpassen.
De thans nog in, de kommen aanwezige boerderijen kunnen zonder enig
bezwaar gehandhaafd blijven. Zij vormen bij uitstek de charme van
Halsteren.
Dat geldt ook voor de aanwezige ambachtelijke bedrijven.
Wie zou de smederij annex hoefstal van de Meulder willen missen?
Dat geldt ook voor bepaalde dorpsgezichten (de Kruisberg met zijn
boerderijen, het Kussengevechtde Kromstraat, de sfeer rond 't
Lindeke, 't Kerkpadje, 't T.estersbaantjeenz.).
In het algemeen ware inbreuk op het historische stratenpatroon
annex rooilijnen te vermijden.
Niet alleen, in de oude kommen, maar ook in de nieuwbouwwijken dient
het historisch verworvene zoveel mogelijk gespaard te blijven.
Daarnaast zou de bouwstijl meer een landelijke sfeer moeten gaan ade
men.
Dat betekent zo weinig mogelijk hoogbouw, zo kort mogelijke bouw
blokken en zo veel mogelijk woningen twee onder een kap.
Teveel reeds hebben wij ons laten leiden door stedelijke op
vattingen.
Halsteren dreigt daardoor, het aanzien te krijgen van een stads
wijk.
Ondanks de stelling dat de mensen geen grote tuin meer willen,
dienen rekenmodellen te worden opgezet voor bestemmingsplannen
met grote tuinen. Ook voor de sociale woningbouw. De mensen
aan de Zoekweg - Noordzijde en de Wethouder Bogersstraat - Oost
zijde wonen naar mijn mening vorstelijk!
Nu de kwantiteit van het bouwen op de achtergrond begint te ra
ken ware de volle aandacht te richten op de kwaliteit van het
micro-woonmilieu,
In het verleden werd, een flinke lap grond aangekocht, (J,van
Dongen), teneinde in. het bestemmingsplan Rode Schouw te liqui
deren agrarische bedrijven met name tuinbouwbedrijven een kans t
geven op hervestiging.
Deze politiek is eigenlijk mislukt.
Toch is Lepelstraat ontegenzeggelijk een. gebied met gunstige
voorwaarden voor tuinbouwvestiging.
Met name het gebied omsloten door Kladseweg, Zoekweg en Ruige
Velden lijkt mij stedebouwkundig gezien, een goed gebied, voor
de vestiging van kassen.
Wat zou de gemeente kunnen doen om de intensieve tuinbouw te
vorderen?
Ont slui tingswegen?
Gas?
Water?
Versoepelde vestigingsvoorwaarden?