-4- brengen, want het gaat er om dat de gemeente meer centen moet binnen krijgen. Niet is daarbij weg te cijferen dat er nu direkt al daarvoor een aantal mensen moeten biceden en er daarentegen ook een aantal gaan profiteren. Ne heer van Proosdijk zet uiteen dat men te maken heeft met een wetMen moet zich baseren qp de waarde in het economische verkeer, alsof het vrij te leveren is. Kan men dan zeggen, deze meneer heeft vroeger volgens de personele belas ting twintig gulden betaald en nu moet hij nog twintig gulden betalen terwijl hij in een machtig mooi huis woont? Nee, dat kan niet. Men moet de waarde be palen. Baarbij kunnen fouten gemaakt worden, maar als men die waarde bepaalt op een bepaald bedrag en men doet dat naar eer en geweten, dan komt men aan een bepaald, bedrag. 'Dat bedrag kan fout zijn en mag ook door de persoon zelf aangevochten worden, maar dan nog is er door hen geen onrecht ge,daan» Er is getaxeerd en daan hebben zij hun eed voor afgelegd. Onrecht kent hij niet in dit geval. Be voorzitter dacht dat de vergelijking vooral ook daarom moeilijk was, -zoals de heer van Haperen zojuist ook zei-, dat de ene belasting het één keer vast stelt en dan nog vele jaren geleden. Wat er later aa,n verbouwd, is daar trekt men zich niets van aan. Legt men bijvoorbeeld centrale verwarming aan dan trekt men zich daar niets van aan. Bat stokoude bedrag blijft gelden, terwijl men nu a la minute een waardering moet vaststellen. De heer Soripada wijst er op dat in de wet ook niets staat waaruit is op te maken dat de oude heffingen een rol kunnen spelen. In Prieslardheeft hij een geval gezien waar men 17,betaalde en daar stond een kapitaal ding op. Zoiets is een domme toestand. Maar er staat daaromtrent niets in de wet of de toelichting. Be heer van Haperen voegt er aan toe dat eventuele beroepszaken worden be-' handeld volgens deze wet en niet volgens het systeem hoe vroeger betaald is; dat speelti helemaal geen rol meer. Be voorzitter wil nog even terug naar de opmerking van het lid Roosenboom om duidelijk te maken wat hij er onder verstaat dat hier een brok onrecht ligt. Het lid Roosenboom heeft duidelijk gezegd dat er een groot onrecht was te vinden bij de personele belasting. Mensen die vroeger in een kleine woning. woonden en naar een villa verhuisden, die namen hun personele belasting mee. Het gegeven dat die persoon ooit had gekregen nam hij mee. Als je vanuit deze cijfers gaat praten en men dit accepteert, dan zit er toch een groot onrecht in. Je kunt niet anders dan vergelijken. Bat was ook het grote bezwaar van burgemeester en wethouders om die rapporten aan de raadsleden te geven, Er is toen ook inderdaad in het college gezegd dat men zou gaan vergelijken, maar je kunt ook niet anders .Woningen die door één en dezelfde aannemer zijn gebouwd en op hetzelfde tijdstip, maar geografisch in Halsteren op totaal verschillende plaatsen, -namelijk in Lepelstraat en in Halsteren-*-, daarvan zou men menselijkerwijs toch van verwachten dat die allemaal op hetzelfde bedrag getaxeerd, zouden worden. Bat is niet het geval. Er zijn huizen bij, waarvan hij zegt dat zijn wonink jes die toevallig tussen twee buffers van uitbreidingsplannen staan, -en wel de Baansbergen en de Haydnstraat-, als men daar toevallig tussen woont in een vrij eenvoudig huisje dan wórdt je toch voor 65.000,getaxeerd. Diezelfde woning zou bijvoorbeeld in een van de lussen van de Be et bovenstraat am- pev opf 45«000,tot 50-000,—- zijn getaxeerd. Zoiets vindt hij een vreemde zaak. Boor het lid van Elzakker is al zoiets van een bodem gesuggereerd. Bat heeft hij ook gesteld destijds in de vergadering over deze onroerend-goed- belasting. Men kan hier nog wel uren. over babbelen. Hij zou graag antwoord willen hebben op zijn vraag naar een officieel taxatierapport, want hij neemt aan dat er toch wel mensen zullen zijn die bezwarèn gaan maken als ze straks aangeslagen worden. Hij vindt dat de gemeente voor het bedrag van 50.000, dat ze heeft betaald wel een taxatierapport mag, hebben, en dat de mensen kunnen zeggen achter die cijfers te staan. Men kan niet terugvallen op deze adressenlijst met cijfers er achter. Hij wil dus graag een taxatierapport en hij vraagt zich af of dat er wei is, want hij heeft er al meer naar gevraagd.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1975 | | pagina 25