-10-
weet dat het voor een jong gezin lang niet altijd gemakkelijk, is als men een aantal
avonden per week, op stap moet om. de rompslomp behorende bij het raadslidmaatschap
op te knappen» Het is inderdaad waar wat wethouder van de Watering - e& i heeft
-en zij is hem dankbaar voor die woorden-, dat het in feit niet uitmaakt hoeveel'jaren
men m de raad heeft gezeten, als men maar zijn inzet heeft gegeven. Zij is er van
overtuigd dat het lid Somers dat gedaan heeft. Zij' wil daarbij tevens opmerken dat
het moeilijk, is aan iets nieuws te beginnen en zij gelooft wel te kunnen zeggen dat
hij dat gedaan heeft met volle energie.
Het lid Klaassen zegt het navolgende.
"Als junior in de politieke gemeenteraadsohool is het voor mij echt niet gemakkelijk
onze jubilerende collega's, -als te doen gebruikelijk-, te omkransen niet bloemen
slingers van verdiensten voor de Halsterse gemeenschap.
Wat is namelijk in dit verband onder deze noemer te brengen",
Het zij mij dan ook vergund mijn gelukwensen aan beide jubilarissen over te brengen
door hier te benadrukken, dat zij, -vanuit hun eigen politieke gekleurdheid-,
gedurende een kwart eeuw de vrijwillig opgenomen plicht nauwgezet vervuld hebben.
Het is vrij simpel om het zo eenvoudig te stellen, maar realiseren wij ons daarbij
wel wat dit inhoudt?
Bij de gemeenteraadsverkiezingen is de band kiezer—kandidaat uiteraard veel direkter
dan bij de provinciale of landelijke verkiezingen. Een loslaten van de politieke be
ginselen, een verflauwing van de inzet wordt direkt afgestraft.
De vrijwillige keuze van de kiezer om onze beide jubilarisseri. vijfentwintig jaren in
het zadel te houden, spreekt dan ook voor zichzelf n is daardoor het allerbeste
compliment.
Ik: ben begonnen met te stellen dat ik een junior ben L-i de g meentelyke politiek.
Als outsider- heb je geen flauw idee ervan, dat is term.in--' mijn ervaring nu.
Het politieke schaakspel vereist zeer veel ervaring, inzie>rt en een goed reactie-
en incasseringsvermogenDe inzet is uiteraard niet'het sj-i aid zodanig, maar het
gemeentebelang, gezien door de eigen politieke bril.
Een "andersdenkende" moet je toch kunnen respecteren.
Jubilarissen, mag ik vorengaande voor jullie beiden samenvatten dooi' te stellen:
Gij zijt beiden oude rotten in dit vrijwillige nevenberoep.
Het zij mij vergund hierbij ook of beter vooral Uwe echtgenoten te betrekken. Indirekt
hebben zij een bijna even belangrijke taak vervuld. Zij hebben jullie begeleid, opgevangen
en (h gelegenheid gegeven jullie politieke hobby te vervullen.
Rest mij nog jullie te danken voor de collegialiteit in deze Raad".
Wethouder van Wezel dankt de voorzitter voor de waarderende woorden bij de belichtinr
van de verschillende facetten in zijn vijfentwintigjarige loopbaan. Hij zet uiteen hoê 1
hij door middel van het trekken van de langste lucifer als tweede op de lijst kwam en
dat die lijst nog twee zetels haalde ook. Daarmee was de politieke loopbaan begonnen.
De sport draagt hij een warm hart toe.Zelf is hij geen aktief beoefenaar van de sport
met uitzondering van de jacht, maar die sport wordt niet door iedereen toegejuichd.
Voor de rest ziet hij het graa,g en werkt hij er ook graag aan mee.
De bestemmingsplannen hebben hem heel wat hoofdbrekens gekost. Hij heeft zich veel
moeite daartoe getroost maar hij vindt dat men zich gelukkig kan prijzen dat men met
zijn allen van Halsteren heeft kunnen maken wat het nu is. Zijn streven is het altijd
geweest om iedereen in Halsteren te 'voorzien van electriciteitwaterleiding en gas.
Vanwege de grote afstanden was het dikwijls moeilijk maar dank zij een bepaald potje
dat daarvoor was is het toch dikwijls gelukt om in achtergelegen gebieden gas te
brengen. Een van de mooiste besluiten waar hij aan heeft mogen meewerken is de
aankoop van het landgoed de Beek geweest. Hoewel het college in eerste instantie
was geschrokken van de hoge prijs, meende ze het toch te moeten aankopen. Als men nu
kijkt naar de woningbouw die er op gepleegd is en het sportpark dat er op verrezen
-11
is, dan kan het niet anders dan een gelukkig besluit genoemd worden. Dit heeft men
toch maar gezamenlijk met z'n alletjes gemaakt; niet alleen het college maar ook de
raad heeft het zijne daartoe bijgedragen. Dank zegt hij ook voor de prijzende woorden tot
zijn echtgenote. Hij durft nu echter wei te verklappen dat hij, -omdat hij wethouder
werd—, in het begin zoveel standjes van zijn echtgenote heeft gekregen dat, al waren
ze maar een dubbeltje groot, ze niet tien lagen dik op deze tafel kunnen liggen.
Ze had nog gelijk ook, maar hij wilde het niet geloven. Als men nagaat dat hij begon
voor 550,dan kan men wel nagaan wat voor een uurloon hij daai* aar. gehad heeft.
Ondaks alles heeft hij het toch kunnen volhouden. Wel moet hij zijn vrouw dankbaar
zijn die hem steeds heeft bijgestaand. In zijn bedrijf moest ondanks zijn afwezigheid
alles doorgaan en daar heeft ze steeds voor gezorgd. Graag spreekt hij daarover zyn
waardering uit; iets wat hij in het verleden nog nooit heeft gedaan. H.j is van
mening verkeerd te zijn begonnen. In de eerste plaats had hij zijn dank willen uitspre
ken voor het vertrouwen en de welwillendheid van de raad om hem te benoemen t>t ere
burger van de gemeente Halsteren. Zelf weet hij niet waar hij dit aan verdient heeft.
Hij heeft niet meer gedaan dan datgene wat hij dacht dat zijn plicht was. Blijkbaar
denkt de raad daar anders over en daar legt hij zich dan bij neer. Ook de heer van Tillo
^tankt hij voor zijn waarderende woorden. Vier jaar lang heeft hij met hem samengewerkt.
et alleen in de raad maar ook in de commisri bedrijven i dat een plezierige
ervaring. Tegen wethouder van de Watering weet hij moeilijk nog iets te zeggen. Haast
vijfentwintig jaren samen in de raad gezeten te hebben, zijn ze ook jarenlang samen
wethouder geweest. Hoewel er wel eens meningsverschillen waren, en dat is maar
gelukkig ook, want anders zou men op dm duur in slaan vallen, toch is er altijd prettig
gewerkt. Deze wijze van samenwerking waardeert hij in .it bijzonder. Tegen de waarnemend
secretaris Geers merkt hij op dat men moeilijk kan st lien dat het personeel er zo weinig
aan te pas komt. Dit is niet zo, en hij dacht dat dat pok vroeger nooit zo geweest Was.
Als het college geen personeel heeft dat goede adviezen uitbrengt, dan is ook het
college nergens. Het personeel heeft zeker wej. zyn bijdragen in de besluitvorming
door het doen van adviezen en formuleren van voorstellen Ook daarvoor zijn hartelijke
dank. Tot de heer Klaassen zou hij willen zeggen daj. hij er niet zeker van is altijd de
juiste beslissingen te hebben genomen.. Soms heeft hij er echt weieens aan getwijfeld,
maar wel heeft hij er steeds zijn best voor gedaan. Graag wil hij nog even teru^comen
op de wegen. Inderdaad heeft het wegennet hem altijd bijzonder na aan het hart gelegen. Zelf
woonde hij in een buitenhoek van de gemeente die de kern echt niet het bezit van
water, verlichting en verharding misgunde. Een van de eerste dingen die hij als wet
houder meemaakte was dat zijn schoonzuster op de Kijkuit een been brak en per brancard
naar de verharde weg gedragen moest worden omdat de weg naar hun woning onbekwaam
o om per auto of rijtuig te bereiken. Hij prijst zich dan ook gelukkig dat er nu na
vijfentwintig jaar overal een goed wegennet ligt en er nauwelijks nog onverharde wegen
zijn. Tot slot spreekt hij de wens uit dat Halsteren een mooie en bloeiende gemeente
mag zijn waar het goed en prettig wonen is.
lid van Elzakker is buitengewoon dankbaar voor de toelichting die de voorzitter
heeft gegeven omtrent wat zich de afgelopen vijfentwintig jaar heeft afgespeeld en
welke aktiviteiten er tesamen zijn verricht. Hij is de raad zeer erkentelijk voor het
toekennen van het ere-burgerschap van de gemeente. Hij is er bijzonder trots op.
Het ere—burgerschap is niet iets dat zo maar wordt gegeven. Dat moet men verdienen,
daar moet iets voor gedaan worden en daarom is hij er zo bijzonder blij mee. Blij is
hij voor de lovende woorden van het lid van Tillo. Hog even heeft die de jaren
1940-1945 aangehaald. Hij is blij die tijd meegemaakt te hebben, omdat die voor hem
gediend heeft als voorproefje van de politiek.Ook wethouder van de Watering zegt hij
dank voor zijn woorden. Hoewel de waarnemend secretaris zegt dat het personeel niet
altijd in het stuk voorkomt vraagt hij zich af wat men als raadslid of wethouder kan doen
zonder ambtenaren. In werkelijkheid wordt alles klaar gemaakt door de ambtenaren en
als de voorlichting verkeerd is ka.n men niet anders doen dan de verkeerde besluiten
nemen.
