6.. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN DEFINITIEVE VOORKEURSRECHTEN. Het lid Roosenboom mist in het voorstel een termijn. De voorzitter antwoordt dat die termijn vermeld is in de regeling die bij de betrokkenen bekend, is. Het lid Mens pleit er voor om voor de particuliere bouwers nog een gebied aan te wijzen nu blijkt dat er grote animo voor is en het betreffende ge bied tussen Buurtweg en Steenbergseweg is uitgegeven. De voorzliter antwoordt dat dat inmiddels is' gedaan en wel in de noordooste lijke hoek van het bestemmingsplan Rode Schouw. Het lid Rcosenboom wil ook hier weer vragen hoeveel echte particuliere bouwers in het gebied tussen Buurtweg en Steenbergseweg een aanvraag heb- Deri lopen. Ook daar zijn weer volop gefingeerde kandidaten genoemd door bouw ondernemers. Hij vindt dat daar gemanipuleerd wordt en daarom heeft hij het 1 delegatiebesluit van het college ook aangevallen. Particulier initiatief is er genoeg, maar slechts een enkeling heeft een kavel'kunnen bemachtigen. Tientallen mensen zijn naar huis gestuurd omdat de grond reeds was uitgege ven; in hocrdzaak aan beleggers'. Veel mensen hebben particulier willen bouwen, maar hebben zonder meer geen kans gehad. Het lid Mens weet niet waar het lid Roosenboom die wijsheid vandaan haalt en durft zoiets niet te beweren. Wel vindt hij dat in zo'n gebied de nodige voorzichtig.n.eid betracht moet worden opdat inderdaad de particuliere bouwer aan zijn 'trekken kan komen. i Hsvoorzitter antwoordt dat men niet kan zeggen dat een bepaalde groep par ticulieren inderdaad een bouwonderneming Vormt. Het college krijhf vier brief j'es' met vier verschillende namen. Het lid Glarijs vindt dat ais het lid Roosenboom gelijk heeft, er alles in het werk gesteld moet worden om de reglementen zodanig te veranderen dat het voortaan niet meer mogelijk is dat ondernemingen en beleggers gaan schuiven met de grond bestemd voor particulieren. Het lid Bomers begrijpt niet dat er nu mensen zijn die deze zaken onbevredi gend aanvoelen, terwijl zij zojuist nog tegen het amendement Roosenboom stem den, dat de bedoeling had deze uitwassen te voorkomen. Het lid Roosenboom is van mening dat er gemanipuleerd wordt, ook door het college. Er is een serie bungalows aangevraagd van tien stuks. Allemaal heel mooi op naam. Nu de zaak rond is kan men een advertentie in de krant lezen, waarbij deze bungalows te koop worden aangeboden. Hij vindt dat hfet college navraag moet doen naar de namen om te kijken of de gegadigde wei als serieus moet worden aangemerkt. Men moet zoiets niet klakkeloos aanne men. Er liggen daarom nu gronden braak waarop mensen graag hadden willen bouwen. De voorzitter antwoordt dat het voor de raad even moeilijk is als voor het college om aan de hand van briefjes uit te maken of iemand wel. als serieuze gegadigde kan worden aangemerkt of niet. Het college heeft weieens het vermoeden dat ze in de boot wordt genomen, maar dat is niet te bewijzen. Het lid Roosenboom vindt toch wel dat er bij het college een licht moet opgaan als per naam vier woningen worden aangevraagd en die naam blijkt dan tevensin relatie te staan tot een bouwondernemer. Men kan in dit geval toch niet volhouden dat hier sprake is van partikuliere bohwers. De voorzitter antwoordt dat het een ieder vrij staat te bouwen. Men kan moeilijk zeggen dat die en die niet serieUs zijn en daarom niet in aanmerking komen. Het lid van Eekelen is het niet helemaal eens met het lid Roosenboom hoewel er een kern van waarheid in zijn betóog schuiLt. Het zijn namelijk niet alleen de zuivere particulieren die op die gronden kunnen bouwen en waarvoor ze ook gereserveerd zijn, maar de gronden waren ook bestemd voor de kleine aannemers. Dat er gemanipuleerd wordt daar is hij ook wel van overtuigd en dat is ook reeds ter sprake' gekomen in de commissie ruimtelijke ordening, maar dat kan men niet in de schoenen van het college schuiven. Het blijkt namelijk pas veel later dat er gemanipuleerd is. Het lid Roosenboom blijft van mening dat het mogelijk moet zijn om te kunnen nagaan wie er wel of niet als serieuze kandidaat kan worden aangemerkt. De voorzitter merkt op dat de kandidaten bij navraag allemaal zeggen serieus te zijn. Het lid slmers gelooft dat dit een groot probleem is voor het college het welk kan worden opgelost door het college te machtigen niet meer grond aan één persoon te verkopen dan nodig voor het bouwen Van een woning. De voorzi ter wijst er op dat men daar de zaak helemaal niet mee oplost. Het .'.id St. rm-Bosch hoort van de voorzitter dat het college soms wel be paalde gevoelens heeft dat men bedot wordt. Zij vindt dat men in dat geval niet met die mensen in'zee moet gaan. 1 De voorzitter antwoordt dat alleen dat gevoelen niet voldoende grond kan zijn om de aanvraag te weigeren. Die man heeft op'dat moment alleen de schijn te gen. 1 Het lid Roosenboom vindt het jammerlijk dat daardoor juist de particuliere bouwer buitent schot valt. Ilé voorzitter zou een waterdicht voorstel bijzonder op prijs stellen. Ook het '.jolege is de mening toegèdaan dat de particuliere bouwer zoveel mogelijk aan zijn trekken moet kunnen komen en suggesties in die richting zijn welkom. Het lid Hoo'senboom zegt dat het nooit, de bedoeling geweest kan .zijn dat een verzekeringsman, die bovendien is geassocieerd met een bouwonderneming, voor 4 woningen bouwgrond in optie toegewezen krijgt. Wethouder van de Watering vindt het toch wel frappant dat hij nooit iemand van de "dcorgestuurdën" aan de deur heeft gehad. Het lid Roosenboom dacht dat dit niet specifiek een probleem was waarmee men naar wethouder van de Watering zou lopen. Wethouder var. Wezel vraagt of het lid Roosenboom niet wat namen van die serieuze kandidaat-bouwers kan noemen. 1 De voorzitter zegt dit eveneens op prijs te stellen. Het lid Roosenboom beschuldigd het college ervan te gemakkelijk grond uit te geven aan niet-pèrticulieren. 1 De voorzitter licht toe dat dit gebeurt binnen de regels van het door de raad genomen delegatiebesluit en hoewel het college wel eens twijfels heeft, levert dat niet voldoende grond op om de aanvraag te weigeren. Het lid van Eekelen dacht dat men een heel stuk in de goede richting zat de bedoelde grond niet langer dan een jaar in optie werd gegeven. Daarna mvet men'betalen of'de grond loslaten. Bijzondere gevallen, zoals het uitblijven van de premie, bijvoorbeeld, buiten beschouwing gelaten. De voorzitter zegt dat het college de lijst met kandidaten eens door zal nemen om te kijken wat er nog ligt. Het doorspelen van de namen van de afge wezen gegadigden stelt hij op prijs. 1 Het lid Roosenboom licht toe dat men die namen net zo goed te weten kan komen op openbare werken of de afdeling financiën. De voorzitter vindt dat het ook tot de taak van een goed raadslid behoort mee te helpen een dergelijke zaak zo goed mogelijk op te los^n, door be paalde kennis door te geven aan het college. 1 Het lid Somers merkt op dat de incidentele bouwer er vertrouwen in moet kunnen hebben dat de grond die er ligt en die ook voor hem is bestemd niet net voor zijn neus weg Wordt gedaan aan een ondernemer. Meh moet een modus vinden om tot eeh oplossing te geraken. De voorzitter zegt toe dat het college nogmaals in deze materie zal duiken om te kijken wat er aan te doen kan zijn.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1973 | | pagina 92