GEMEENTE
HALSTEREN
O
f)
O
P.
-7ZT
NOTULEN VAN IE OPENBARE VERGADERING VAN 3E RAAD IER GEMEENTE HALSTEREN, GEHOUDEN
OP DONDERDAG 23 AUGUSTUS 1973 OM 19.00 UUR TEN GEMEENTEHUIZE
AANWEZIG: Voorzitter: Drs.A.L.Heidens, burgemeester
Secretaris: J.van Elzakker
Leden W.A.Glarijs, J.P.van Eekelen,
J.Klaassen, Mevr.F.de Knijf-
Klaassen, J.Mens, F.A.C.Mouws,
A.P.P.Roosenboom, J.Sinke,
J.M.M.Somers, Mevr.J.Storm-Bosch,
P.van Tillo.
P.van de Watering en J.M.P.van
Wezel, wethouders.
AFWEZIG: met kennisgeving: M.van Elzakker
0FEN1-NG
De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijke gebed.
F*","Teelt mede dat bericht van verhindering is ingekomen van het lid van Elzakker.
Hij stelt aan de orde het enige punt van de agenda:
BESPREKING BOUWVERGUNNING GENERAL ELECTRIC PLASTICS B.V.
De voorzitter licht toe dat formeel aan de orde is de bouwaanvraag van mei 1973 van
Ge rif? ra Ele Triedie door het college is afgewezen en waartegen General Electric
•Vi oep is gegaan bij de raad. Tevens zijn daarop door General Electric nieuwe
-O®'agen ingediend, waarbij de hoogte van de gebouwen in overeenstemming was
met voorschriften van het bestemmingsplan, weliswaar met gebruikmaking van de
ontheffingsbepaling. General Electric heeft gezegd het beroepschrift te zullen in
trekken als op de thans ingediende bouwaanvragen gunstig wordt beschikt. Praktisch
zijn daarom deze laatste bouwaanvragen aan de orde.
Het lid Roosenboom vraagt of het de gewoonte is dat het college de raad hierin kent.
De voorzitter merkt op dat de raad daar zelf om heeft gevraagd. Bovendien zijn deze
bouwaanvragen van vitaal belang.
Het lid Roosenboom veronderstelt dat het toch niet de bedoeling van het college is
om de raad te laten zeggen wat in feite ter competentie van het college is. Als dat
zo wel is dan vindt hij dat de wethouders niet geschikt zijn voor hun taak en maar
moeten aftreden.
De voorzitter antwoordt dat het nemen van een besluit voor het college geen pro
bleem is. Het college heeft het voornemen om, met gebruikmaking van de ontheffings
bevoegdheid, de gevraagde vergunningen te verlenen, maar gaat daar niet toe over
dan nadat eerst de raad daaromtrent in kennis is gesteld, zoals eerder is overeen
gekomen
Het lid Roosenboom wijst er op dat dit voornemen niet schriftelijk aan de raad is
kenbaar gemaakt en hij begrijpt uit de woorden van de voorzitter dat dit nu bij
deze mondeling gebeurt.
De voorzitter bevestigt dat het college die oplossing overweegt en herhaalt dat men
volgens afspraak eerst dit punt in de vergadering van de raad brengt. Het moet niet
gezien worden alsof het college niet zou durven besluiten.
Het lid Roosenboom merkt op dat de eerste tekeningen in strijd waren met het bestem
mingsplan. Daarop is een nieuwe aanvraag ingediend, aangepast aan de voorschriften
en die door het college kan worden afgedaan. De raad hoeft er nu niet meer in gekend
te worden. Stel dat de raad afwijzend beschikt op het beroepschrift dan nog kan het
college óp de tweede aanvraag gunstig beschikken. Door zoals nu te handelen kan het
i
tw.