-44- geen nieuwe arbeidsplaatsen bekend, terwijl ik wel heb gehoord van geruisloze afvloeiing'#;^ Toch nam de werkeloosheid enigszins' af. Onderstaand overzicht-waarin de los|se landarbeiders vanaf 1968 zijn opgenomen onder overige beroepen en voordien onder land bouw- geeft daarvan een duidelijk beeld. De werkOfrs&eid in de bouwnijverheid blijkt hoog. Werklozen1968 1969 1970 1971 1972 Bouwnijverheid 11 23 5 58 40 metaal 5 3 3 5 26 landbouw 1 4 2 12 overige beroepen 27 39 32 63 34 44 69 42 138 108 aanvullende werken bouwnijverheid 5 metaal landbouw 1 overige beroepen 10 16 Wet Sociale W^'rkv. Bouwnijverheid metaal landbouw - overige beroepen 12 «t 7 7 .3. 8 3^ -45- Geregistreerde arbeidsreserve 'i 1968 1969 1970 1971 1972 Bouwnijverheid 16 23 5 58 43 metaal 5 3 3 5 26 landbouw 2 4 2 15 13 overige beroepen 49 55 41 63 35 72 85 51 141 117 Aanvragen werkgevers Bouwnijverheid 4 - 6 2 - metaal '60 29 40 1 23 landbouw - - - - overige beroepen 8 5 18 5 1 72 34 64 8 24 s waarvan 2 onder de 19 jaar. SOCIALE ZORG Onderstaand volgt een overzicht van de ontwikkeling der uitgaven krachtens de A.B.W. vanaf 1966 tot en met 1972, waar bij te constateren valt dat alleen de kosten bij de categorieën "incidentele uitkeringen" en "verpleging/verzorging van per sonen beneden 65 jaar" in 1970 zijn teruggelopen, de andere kosten zijn daarentegen aanmerkelijk gestegen o.a. door zgn. bijstandsheffingen (belastingen). In 1971 heeft er een fikse stijging plaats gevonden over bijna alle categorieën. Alleen bij de personen boven de 65 jaar, die verpleging/verzorging behoeven, liepen de uitgaven enigszins terug. Deze vermindering is te verklaren door de regelmatige ver hogingen van de A.O.W. en de geringe stijging van het aantal personen dat bijstand behoeft. I

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1973 | | pagina 24